GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 390

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 390

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

378 Zijn

Wezen,

haec sunt formalis ratio,

als formalis ratio „et

cur a nobis adoretur, ut Essentia ipsius infinita, aeterna,

omne hoc quod Deitatis proprie sic venit." Maar ook om Zijne werkingen maar sive

nomine deze werkingen der adoratie, alleen wij worden dictae

;

nooit obiectum forraale

zijn

daardoor er toe gebracht om den eenig aanbiddelijken Grod aanbidden, „quaedam vero ex ipsius effectis, et haec quidem etiam sunt, quae nos adducunt, ut eum adoremus, non tantum sunt formalis ratio, cur adoretur, quia formalis te

eadem est, quae est, cur adorabilis sit. Atqui vero adorabilis est propter solam Naturam Divinam.'' ^) En wat verder des Censors bedenking tegen Maccovius' argument dat Christus' Middelaarschap maar tijdelijk is, aangaat, n. 1. dat Christus' Koningschap en Priesterschap toch wel eeuwig zullen duren, zoo vraagt de Defensor, wat dit^ bij aldien dit zoo ware, aan zijne Thesis te kort doet. Want het Middelaarschap van Christus is toch eens begonnen, en al wat een aanvang heeft is tijdelijk. „Nam dato ratio cur adoretur,

non concesso, quod regnum

et

Christi

duraturum

sit

in

anne ergo non coepit? aeternum, et eius Sacerdotiura Quod si coepit, quomodo non temporarium." ^) Maccovius' b^^ argument was: „Christus qua Mediator, est inaequalis Deo; Ergo eatenus non est adorandus cultu .

.

.

Quia quod inaequale Deo, in infinitum

Ratio;

religioso.

.

inaequale."

De Censor

zet hiertegenover uiteen dat deze ongelijkheid

alleen op de menschelijke natuur ziet; dat

God

waar de Midde-

Vader onderworpen heeft in het werk des Middelaarschaps, dit een vrijwillige onderwerping is die juist daarom des te meer het verloste volk tot aanbidding van den Middelaar moet uitdrijven ^).

laar als

zich aan den

')

Loc. Comm., p. 295.

^)

Loc. Comm., p. 295.

^)

Maccovias citeert den Censor aldna: „Est inaequalis ratione humanae Natarae.

Deinde

inquit,

quod qua Deus

Voluntate non Natura tollit,

nee voluntaria

est, illa

ac

se

in

proinde

subiectio

hoc opere Mediationis Patri

subiecit,

hoc a

Naturalem eius cum Patre aequalitatem non

honoris

eius

minuit,

eiusdem adorationis, honoris, populo redempto suppeditat."

sed (L.

argumentum novum C, p. 295.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 390

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's