GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Van de kennisse Gods - pagina 322

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van de kennisse Gods - pagina 322

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE DEUGDEN GODS.

320

vermenigvuldigd zijn. In Psalm 73:25 wordt het zoo schoon bezongen: „Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde." En zoo sterk drukt de heilige zanger het uit, dat God het Hoogste Goed is, zoodat wij in God alles, en zonder God niets hebben, dat hij uit„Eén dag in Uwe voorhoven is beter dan duizend jubelt elders; ik koos liever aan den dorpel in het huis mijns Gods te wezen, dan lang te wonen in de tenten der godde:

Zoo ook verstaan we het woord van „Wat noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan Eén, namelijk God!" (Matth. 19 17) omdat Christus Jezus de Middelaar is om den mensch tot God als het Hoogste Goed te brengen, Hij is de weg daartoe, en zocht niet eigen eere, maar de eere des Vaders, die Hem gezonden had. Die goedheid Gods moet niet slechts zedelijk, of geestelijk, of overdrachtelijk verstaan worden, maar ook letterlijk en in den volsten zin des woords genomen worden. In God is het inbegrip van alle begeerlijk goed, van al wat waarachtig geluk en wezenlijke heerlijkheid geeft. In Hem is "

loosheid.

84

(Ps.

den Heiland

:

11.)

tot Zijne

jongeren:

:

waarachtige,

het

noodig, en

God

en genoot

in

goed.

wezenlijke

het

heeft niets noodig.

Alles

heeft

AUGUSTINUS

het Hoogste Goed, toen

hij uitriep:

Hem

zocht naar

„Mijn hart

God!" Ten einde dit expresselijk alzoo uit te drukken, bezigt men met voorliefde het woord volzaligheid. God is de Volzalige, het volzalig Opperwezen. Men spreekt ook van de algenoegzaamheid of Zelfgenoegzaamheid Gods. Hij betuigt van Zich Zelven „Al het gedierte des wouds is Mijne, de beesten op duizend bergen. Zoo Mij hongerde, Ik zou het u niet zeggen, want Mijne is de wereld en hare volheid." (Psalm

is

onrustig in mij, totdat het ruste vindt in U, o

:

50

:

10,

12.)

Wat

Hoogste Goed brengen,

terwijl

zouden en

is

al

de volkeren

alles in

die

de

volken

Hem,

die Zelf het

rijkste volheid bezit, toete

zamen minder dan een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's

Van de kennisse Gods - pagina 322

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's