GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De band des verbonds - pagina 278

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De band des verbonds - pagina 278

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

VAN DE HEILIGMAKING.

2 74

Zyt

heilig,

wat Ik ben

ons zelven reinigen van geestes, (II Cor.

God Hij

heilig.

deze belofte hebben, geliefden, laat ons

dan

Dewijl wij

alle

besmetting des vleesches en des

voleindigende de heiligmaking in de vreeze Gods.

7:1.) begint met heiligmaking in de wedergeboorte.

vraagt van

„voleindigen

u,

in

het tweede deel des Verbonds, het

der heiligmaking in de vreeze Gods". Dat

is

doen van goede werken, het dooden van den ouden mensch, het aandoen van den nieuwen mensch. Als maar verstaan wordt, dat het ook weer genade Gods heiligmakende genade, om heilig te zijn in het leven is, van den nieuwen mensch, waar God de natuur heilig gemaakt heeft. En ook, dat de volle heiligmaking toeft tot de heer-

het

lijkheid ingaat.

Die eisch van heiligmaking, om heilig te zijn, wijst op van de Christelijke vrijheid. Aan de vrijheid van

grenzen

den Christen wenschen die

vrijheid

maar

wij in niets te kort te doen, mits

Christelijk

zij.

De

bondeling vergete

ook is een band des Verbonds, „Ik zal u onder de roede doen doorgaan, en Ik zal u brengen onder den band des Verbonds." En nu is het volkomen waar, dat de HEERE de Zijnen onder dien band brengt, maar Gods volk heeft ook onder dien band te zijn en te leven. Het leven der heiligmaking ligt geteekend in deze woorden van Paulus: „Ik ben door de wet der wet gestorven, (?/^ö;/ ik Gode leven zou. Ik ben met Christus gekruisigd, en ik daarbij nooit, dat er

leef,

doch

niet

meer

(Galaten 2:19, 20.)

ik,

maar Christus

leeft

in

7nijJ'

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 336 Pagina's

De band des verbonds - pagina 278

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 336 Pagina's