Vrije Universiteit.

Vrije Universiteit.

Want wie veracht den dag der kleine dingen? Zach. 4 : lOfl.

Het is van algemeene bekendheid, dat de Gereformeerde Kerken in Noord-Holland, althans op enkele na, in een allertreurigsten toestand verkeeren.

Het Modernisme, zes duizend jaren oud, heeft in die provincie zijne verwoestingen bijna overal voltooid. Die nog geacht mogen worden tot de belijdenis der Waarheid te behooren, hebben zich meestal bij de Christ. Geref. Kerken gevoegd, en zij, die hiertoe geen vrijheid vinden konden, vergaderen in kleine groepjes of kringen, in schuurtjes en kamers.

Eigenlijk hebben zij reeds jaren gedoleerd, wat de Kerken en hunne personen betreft, over hun smart geklaagd en den druk meer of minder diep gevoeld, en moeten trachten zich eenigermate te helpen, om, als zij niet nu en *dan eens een voorganger krijgen, elkander door het voorlezen van een predicatie van een of anderen Gereformeerden leeraar te stichten.

Vooral ook aan de Zaanstreek vindt men zulke plaatselijke Kerken, en onder die ook een te Wormer.

In Nov. 1886 werd ik door een broeder aldaar, sedert jaren bij mij bekend, dringend aangezocht, om ook eens te zijnent te komen spreken over de Vrije Universiteit.

Hij zeide mij, dat dit zijn zou voor een klein groepje van 30 a 36 eenvoudige vrienden, en dan zou plaats hebben in een klein lokaaltje, door hem van een hooiberg gemaakt; maar gaf mij toch zijne verwachting te kennen, dat dit bezoek niet geheel onvruchtbaar zou zijn.

Laat mij, hoewel dit mij tot schaamte is, maar mogen bekennen, dat ik die verwachting niet deelde, maar om der wille van dien broeder toen beloofde eens te zullen komen.

Op 24 Nov. A» po begaf ik mij dan ook daarheen, maar in veroordeelende ongestalte der ziel, daar het maar al in mijn hart was, doch gelukkig zonder dat het over mijne lippen kwam:

»_Kan uit W. iets goeds komen voor de Vrije Universiteit? "

Ik ging er dan ook zeer gedrukt heen, maar toen ik begon te spreken, nam de Heere die gedruktheid genadiglijk en ten eenenmale weg; ik vergat de kleinheid van het getal hoorders en wat dies meer zij.

Toen ik eindelijk de collecte voor onze Vereeniging aanbeval, kwam de gedachte weer bij mij ^op; : »Het zal ook wat geven, ge hadt het houden eener collecte wel achterwege kunnen gelaten hebben." — o! Die zondige overleggingen des harten!

De Heere had dus alle reden, en recht bovendien, om mij ten eenenmale beschaamd te maken. Hij deed het dan ook — maar op eene wijze, die weer pleit voor zijne grootej.barmhartigheid. Hij deed dit, door mij de vurige kolen van eene verrassende uitkomst op mijn hoofd te hoopen, die echter niet brandden, maar alleen vernederden.

De collecte, gehouden onder ruim 30 personen, bracht het aanzienlijke cijfer op van ƒ19.03 en wat meer zegt, ik mocht, ten gevolge van mijn optreden aldaar, 17 begunstigers winnen tot een contributie-bedrag van ƒ 36.50 's jaars; terwijl onze Broeder C. Groot zich bereid verklaarde voor onze Vereeniging als agent voor Wormer en omstreken te dienen.

Onder de lezers en lezeressen van dit stukje zullen er wel zijn, die beseffen kunnen, hoe een en ander mij verootmoedigde voor den Heere en hoe beschaamd ik mij voor Hem gevoelde, toen ik den volgenden dag zoo heel anders gestemd huiswaarts keerde, dan toen ik naar W. ging.

Toch was het niet enkel schaamte, die mijn hart vervulde. Ook blijdschap en dank aan dien Heere, die dit alles had gewrocht, werd bij mij gevonden, waarvoor Hem alleen dan ook alweder de eere worde toegebracht.

W. KUHLER Wzn.,

Lid der Commissie tot Vermeerdering der Inkomsten.

In dank ontvangen:

Voor de Vereeniging:

Aan Contributiën door Dr. C. C. Schot Cz. te Tholen ƒ12.60; door den Heer A. Hoekstra te Rinsumageest ƒ70; aan Collecten: door den heer W. K. Jaarsma te Heeg, van de Jongel. vereen. /s.o8; aan Schenkingen van van heer W. C. B. te A. ƒ 15; door den heer Joh. Oskam van de Chr. Jongel. vereen, te de Meern ƒ 2 50; door Ds. J. Hulsebos van mej. de W. V. geb. S. te Wissekerke ƒ 10; door den heer W. Kuhler Wz. van Mej. A. v. E. te N. ƒ2.

Voor het Hospitinm:

Van den heer W. C. B. te A. ƒ 7.50 van den heer N. te B. i vaatje boter.

Voor het Studiefonds:

Bij Prof. Dr. A. H. de Hartog ingekomen: van den heer W. C. B. te A. ƒ 2.50; door Ds. B. V. Schelven onder letters G. K, B. ƒ 8.25; van H. te Z. ƒ 2, van M. te A, /2.50.

Voor de Bibliotheek:

Van Ds. De Gaay Fortman een paitij boeken; van Mej. B. te R. Fruytier, »Salomo's raad."

S. J. SEEFAT, Penningmeester. Lijnhaansgracht 248.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen