Formuleering van beginselen.

Begrijpelijkerwijze wordt in kringen, die buiten de beoefening der wetenschap staan, herhaaldelijk de vraag gedaan, hoc men zich houden kan aan beginselen, die niet door een bevoegde autoriteit geformuleerd en vastgesteld zijn.

Bij de rechtspraak, zoo zegt men dan, weet ieder waaraan hij zich te houden heeft, want de artikelen der wet tormuleeren en stellen vast.

Zoo ook op kerkelijk gebied staan de beginselen geformuleerd in de Belijdenis.

En bovendien beide malen is er een auto­ riteit aangewezen, om desvereischt over de naleving der beginselen te beslissen.

Maar hoe ter wereld wilt ge iets binden aan «Gereformeerde beginselen", zoolang niet vaststaat, hoe deze te formuleeren zijn, en wie er over beslissen zal ?

Al zulk zeggen nu spruit daaruit voort, dat men geen behoorlijk onderscheid maakt, tusschen beginsel van rechtspraak (civiel of kerkelijk) en beginsel voor het wetenschappelijk onderzoek.

De paedagogiek of opvoedkunde moet natuurlijk uitgaan van beginselen, maar hoe ter wereld zou men ooit deze beginselen met vaste autoriteit kunnen formuleeren?

Een autoriteit die dit zou kunnen doen, is eenvoudig ondenkbaar.

En zoo nu is het met elk vak van wetenschap, uitgezonderd de Theologie, daar deze een onderzoek instelt in verband met de kerk van Christus, en zij dus voor haar onderzoek, wel lang niet alle, maar toch eenige beginselen geformuleerd vindt in de Belijdenis, en alzoo, wijl ze Gereformeerde Theologie moet zijn, met die in de Belijdenis neergelegde beginselen heeft te rekenen.

Staat nu daarom buiten de Theologie alles op losse schroeven? En kan bij elke andere wetenschap ieder onderzoeker van die beginselen maken wat hij wil?

Antwoord: Ja, indien ge van geen historische gegevens uitgaat. Maar stellig niet, zoo ge een historisch gegeven als uitgangspunt neemt.

Stelt ge zoo b. v. dat het onderzoek moet uitgaan van de Gereformeerde beginselen, dan hebt ge een historisch uitgangspunt, en moet het historisch onderzoek beslissen, welke die beginselen zijn, om daarna logisch uit te maken, wat uit die beginselen volgt.

Dit vat nu niet, wie historisch onderzoek en logische consequentie aanziet voor twee niets zeggende gegevens.

Maar dat vat wel, wie weet dat wetenschappelijk historisch onderzoek tot vastheid van inzicht leidt, en dat cvenzoo de logische deductie geen kinderspel is, maar bondig toegaat en vast residtaat levert.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen