GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

IN GOEDE HANDEN.

XLI.

Zoo had de Heere zijn genade en liefde aan L Geertje verheerlijkt, haar uit de booze wereld E getrokken en overgezet in het ^koninkrijk van V den Zoon der liefde. Dat is altijd een heerlijke W b en wondere gebeurtenis, maar inzonderheid W zicht-en merkbaar bij hen, die vroeger ook JBh voor het uiterlijke buiten God leefden. Bij hen die vroom zijn opgevoed en door 'sHeeren genade in dien weg bleven, is dikwijls de bekeering des harten min openbaar voor een R ieder, ja soms ook voor hen zelf. Dit neemt echter niet weg, dat er altijd bekeering moet m zijn. Al hebt ge vrome ouders, en al hebt ge KKV u geschikt naar wat zij u leerden, en zijt voor de wereld onberispelijk en leeft in den kring der vromen, dat alles, vrienden, behoudt u niet. Gij wordt alleen behouden door - tnu geloof, gelijk de lïeere Jezus zoo vaak tot de menschen zeide; — Z niet door dat van ouders of van vrienden.

Niet lang na den tijd, dat Geertje beslist voor den breeden den smallen weg had gekozen, gevoelde zij lust en begeerte om ook openlijk belijdenis des geloofs te doen. Vaak, helaas, is dat sleurwerk en is 't hart er niet bij.'Maar hier was het anders, en begeerde zij 't zelf zonder iemands aandrijven. Zij sprak er over met haar vrouw, die haar aanried vader Van Slijpe eens te vragen. Zoo deed Geertje en zijn antwoord was, dat hij het heel goed, ja een zeer prijselijke zaak vond.

Om de waarheid te zeggen verbaasde dat be scheid het meisje wel een weinig. Immers vader B Van Slijpe hield, zoo meende zij, de menschen Ht juist van de kerk af. Hoe kon hij haar dan raden zich er bij te voegen? Met haar gewone rond­ c heid, kon zij niet nalaten hem hierop, doch zoo Z met halve woorden te wijzen. Evenwel het antwoord was: „Volg maar mijn raad kind. 't Andere zal je wel na dezen verstaan.”

In afwachting van het tweede, deed Geertje het eerste. Zij ging in de leer bij een predikant en deed na cenigen tijd belijdenis haar geloofs. Reeds was zij in den laatsten tijd veel meer dan vroeger ter kerk, in plaats van naar de samenkomst gegaan. Thans echter meende zij, dat het in 't geheel niet meer aanging, die laatste te bezoeken en haar plaats in de kerk ledig te laten. Doch haar juffrouw, die toch ook een vroom mensch was, deed het wel. Hoe dat te rijmen? Zij vroeg het eindelijk den predikant, die haar had onderwezen en deze zei eenvoudig: „Als je beleden hebt, dat hier de kerk van Christus is, dan is je plaats ook hier, en wil je dan nog verder met de vromen samengaan, goed, maar niet als we in Gods huis allen bijeenkomen of behooren te komen.”

„Maar die menschen als vader Van Slijpe zijn toch ook vroom, " zei Geertje, „ja ik meen zelfs veel beter dan menig ander.”

„Dat kan ook best zijn, en is uitnemend, " was 't antwoord. „Maar wat hen drijft zoo te doen als zij doen, is toch verkeerd. Als er iets in hun oogen niet goed is, kunnen zij er over spreken. Maar indien elk, die meent, dat hij in de kerk niet het goede of niet genoeg ontvangt, daarom op zich zelf ging, zouden we de grootste verwarring krijgen. Het Woord des Heeren wordt onder ons getrouv/ verkondigd, en er is geen reden, om zich af Ie zonderen, louter wijl men meent, dit of dat beter in te zien.”

Om kort te gaan. Geertje zei voor goed het gezelschap vaarwel, en de juffrouw van het hof was verstandig en eerlijk genoeg, om haar dit niet kwalijk te nemen. Zij verblijdde zich, dat Geertje den waren vrede had-gevonden en was niet alleen haar meesteres maar ook haar vriendin. Heel lang bestond echter het gezelschap niet meer. Want iemand uit de leden, Zoeter of Zouter geheeten, meenende dat hij 't weer beter wist dan de voorganger, kreeg met dezen verschil over een onderwerp, wat te zwaar om 't hier te bespreken, 't Gevolg was, dat er twee partijen ontstonden, een voor Zouter en een andere voor Van Slijpe. Deze twee hadden een poos oneenigheid en gingen toen geheel uiteen. Bij welke groep de hofjesjuffrouw behoorde, is mij niet bekend, maar wel, dat na enkele jaren geen der beide vergaderingen meer bestond.

Voor Geertje was en bleef het in haar dienst recht aangenaam. Zij had een vrome meesteres en schoon er veel te doen was, viel de arbeid, met gebed begonnen en met het oog op den Heere God voortgezet, het meisje niet zwaar. Vooral de Zondag was haar lieflijk; in waareid een rustdag voor allen. Er werd niet, als n vele gezinnen, dien dag eens bijzonder lekker egeten, ja gesmuld, zoodat de kookerij den halven dag in beslag nam. Evenmin stonden meid f juffrouw hun tijd te verbeuzelen met zich op e tuigen als een schip, dat reisvaardig moet emaakt. Neen, men lei het hier Zondags eenoudig aan, en deed zooveel mogelijk, alles aterdags af. 't Was wel te wenschen dat allen onzen lijd ook zoo deden. Wie den Zondag ls mstdag wil gebruiken, kan het, en zal er zelf en zegen van ondervinden.

Zoo had dan Geertje ook alle gelegenheid, aar ouden vriend den koster te bezoeken, die et vreugd vernomen had, wat de Heere aan aar ziel had gedaan. Dat zij op het hofje bleef ienen vond hij heel goed, wijl zij daar voor eel verleiding bewaard bleef. Zijn eenige docher had kort geleden het ouderlijk huis verla en, daar zij gehuwd was met een man die te aarlem woonde. Geertjes gezelschap vergoedde en nu ouden man eenigszins het gemis ijner dochter. Het meisje harerzijds verheugde ich in de goede ure, die zij bij den vromen, iefderijken man doorbracht. Zondags was ook aak zijn zoon, haar oude speelkameraad, nu en man flink in zijn vak, in hun gezelschap. e jonge man was iemand, die meer dacht an sprak, doch wat hij zeide was degelijk n ver van dat ijdel gesnap en geklap, waar oo vaak de tijd mee wordt gedood.

Geertje ontging dat niet. Zij had zooveel ongelingen bijgewoond en herinnerde zich maar l te wel hun laffe, flauwe, ja zedelooze taal. ij moest erkennen, van haar vroegeren huisn speelgenoot hoorde zij gansch andere dinen. En 't bewees haar opnieuw, hoe gezegend et is, m de vreeze Gods te zijn opgevoed. ant de jonge man, al dorst hij niet zeggen eeds tot de volle verzekerdheid des geloofs te ijn gekomen, was toch een die ernstig God ocht. Dat betoonden zijn woorden en zijn daden.

CORRESPONDENTIE.

M. B. te G. Daar we geen nader bericht ntvingen, blijkt uw bedoeling te zijn begrepen, n volgt ons antwoord weldra.

N. te H. Vermoedend dat nu de bedoelde ijd om is, zullen we de verlangde inlichting even.

J. W. te C. te H. Om die vraag te beantoorden, zouden we veel meer moeten weten. aarom u niet gewend tot den leeraar, die al t bedoelde wèl weten zal?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 september 1900

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 september 1900

De Heraut | 2 Pagina's