De overwinning.

Amsterdam, 24 Juni 1904.

Voor de schitterende overwinning bij de Staten-verkiezing behaald, dankt ons Christenvolk den Heere onzen God.

De strijd was ditmaal bijzonder zwaar.

Tegenover ons stond heel de machtige liberale pers. De socialisten deden als hulptroepen uitnemenden dienst. De jonge liberale garde trad voor het eerst in het strijdperk. Het geld stroomde toe. Een ijver en krachtsinspanning werd ontwikkeld als nooit te voren. Tarief-wet en wet op het Hooger Onderwijs deden dienst om handel en tegenstanders der Vrije Universiteit tegen het Ministerie op te zweepen. Voeg jdaar nog bij den wrok der revolutionaire arbeiderspartij over de nederlaag in 1903 haar bereid, en het zou waarlijk niet te verwonderen zijn geweest, indien tegenover zoo machtige coalitie de Christelijke staatspartijen in de minderheid gebleven waren.

Ook hier echter geldt het oude woord der Schrift, dat wat onze vijanden ten kwade hebben gedacht, door God ten goede is gewend. De verkiezing voor de provinciale staten, die anders een weinig politiek karakter draagt, zou als stormram worden ge bruikt om het Christelijk Ministerie, nog eer de vierjarige periode der parlementaire werkzaamheid ten einde was, ten val te brengen of althans met machteloosheid te slaan. Zoo zou deze overwinning een voorspel worden van nog schitterender triomf, die in 1905 stond te worden behaald. De Statenverkiezing zou het Sedan worden, waarop de capitulatie van Parijs volgen moest.

Dit gevaar is van meet af door de chris telijke partijen doorzien. Niettegenstaande alle misleidende leuzen, waarvan weer zoo kwistig door de liberale partij misbruik is gemaakt, heeft ons volk gevoeld, dat de worsteling ging om het christelijk karakter onzer natie. Van Prof. van der Vlugt, die heel vroom in de Kamer psalmen aanhaalt, maar de religie alleen goed rekent voor de binnenkamer, tot den felsten socialist, die aan allen godsdienst een doodelijken haat gezworen heeft, was de grondtoon, dat aan de heerschappij van de Christelijke religie en van Gods Woord op politiek gebied een einde moest gemaakt worden. Het was een te zaam zich opstellen en beraadslagen van al wat tegen den Heere en Zijnen Gezalfde zich keert, zeggende: Laat ons hunne banden verscheuren en hunne touwen van ons werpen.

Dien raadslag heeft Hij, die in den hemel woont, verijdeld. En de uitslag van den strijd is, dank Zijn genade, juist omgekeerd geweest, dat ons Christelijk Ministerie is bevestigd; dat niet alleen behouden bleef wat men had, maar nog winste is behaald, en dat ons volk in zijn groote meer­ derheid opnieuw verklaard heeft, dat het vasthield aan het verbond, door den Vader des Vaderlands met den Potentaat der potentaten gesloten.

Dat nu geeft blijde hope voor de toekomst van ons vaderland. Het toont, dat de omkeer op politiek gebied in 1901 niet te danken is geweest, gelijk de liberale pers beweert, aan toevallige oorzaken, die met de diepste principieele tegenstelling niets te maken hebben, maar vrucht is van een doorwerken van de Christelijke beginselen in ons volksleven. Wat door Bilderdijk en Da Costa met tranen is gezaaid, wat door Groen van Prinsterer en Elout van Soeterwoude onder veel bittere miskenning is geplant geworden, draagt door de goedertierenheid onzes Gods over ons thans rijke vrucht. En niet vergeten mag daarbij worden, dat ook in de Roomsche kerk een krachtige politieke actie opkwam, die steeds beslister tegen het liberalisme zich keerde en voor de antirevolutionaire beginselen partij koos. Zoo werd de scheidslijn steeds zuiverder getrokken, en al mag er geschil zijn over de middelen en wegen om het ideaal te bereiken, het ideaal zelf: de handhaving van ons Christelijk volkskarakter, bindt op politiek gebied steeds nauwer al wat in den Christus Gods gelooft saam.

Toch mag de vreugde over de behaalde overwinning geen oogenblik onze krachtsinspanning doen verflauwen of den vijand, die tegenover ons staat, gering doen achten.

Wel bleek ook nu weer, hoe innerlijk zwak en verdeeld de liberale partij geworden is. Met bitteren spot schrijft Mr. Troelstra in Het Volk, dat de nederlaag niet aan de socialistische partij te wijten is, maar aan de zwakheid, beginselloosheid en onvastheid der liberale partij alleen. Geen enkel hooger ideaal bezielt haar meer. Ze mag een oogenblik, geprikkeld door lust op regeermacht, haar uiterste krachten inspannen, maar een vast program heeft ze niet. In negatie alleen ligt haar kracht. En zonder den steun der socialistische partij zou ze evenals de conservatieve partij in 1872 als sneeuw voor de zon zijn weggesmolten. Maar al is de heerschappij van het liberalisme voor goed gebroken, in het socialisme is een veel beslister en machtiger vijand voor de toekomst opgestaan. En wie df kracht van dezen vijand te licht telt, verstaat de teekenen der tijden niet.

Daarom moet bij de herstemmingen, die ons nog wachten, met onverflauwden ijver de strijd opnieuw worden aangebonden. Al kan de overwinning niet worden te niet gedaan, de moreele indruk van die overwinning mag niet verzwakt worden door laksheid onzer kiezers bij heropening van den strijd.

Daarom moet reeds nu het oog gericht op de zooveel zwaardere worsteling, die in 1905 ons wacht. De thans behaalde victorie geeft moed voor de toekomst. Het Christelijk ministerie blijkt het vertrouwen van ons volk te hebben. Schier overal ging ons .-stemmencijfer vooruit. Maar wie inslaapt op behaalde lauweren, heeft niets dan teleurstelling te wachten.

Daarom verwachten we van ons Christelijk Ministerie, dat het in dit laatste jaar van deze parlementaire periode, gesteund door het votum van ons Christenvolk, nog menige wet ons zal schenken, die de Christelijke grondslagen van ons volksleven bevestigt.

Dan zal voor ons vaderland een nieuwe dageraad aanbreken, waarin de oude profetie van Bilderdijk bevestigd wordt.

Nederland, dat weer opleeft uit zijn langen doodslaap en weer trouw wordt aan het onverbrekelijke drievoudige snoer, God, vaderland en Oranje.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen