Aan de Vrije Universiteit

Amsterdam, 7 Juli 1911.

Aan de Vrije Universiteit vonden 26 Juni j.l. een tweetal promoties plaats, waarop het ons vergund zij met een enkel woord de aandacht te vestigen.

De heer L. J. Thomassen a Thuessink van der Hoop, wiens te vroeg gestorven vader tot de warmste vrienden der Vrije Universiteit behoorde, behaalde den titel van Doctor in de Rechtswetenschap na de verdediging van een proefschrift, handelende over de Orde van erfopvolging van den Troon in Nederland. Getuigde het van moed om een dergelijk ingewikkeld en moeilgk vraagstuk tot onderwerp voor een dissertatie te kiezen, de lof, die aan dit proefschrift reeds terstond na het verschijnen ook in liberale bladen geschonken werd, toont dat deze moed geen overmoed was. Van harte wenschen we daarom den jongen doctor met den verworven eeretitel geluk; zijn proefschrift gaf blijk van groote degelijkheid, van zeer ernstige en nauw­ . gezette studie, en strekt niet alleen hem, maar ook der Vrije Universiteit tot eere.

En hetzelfde mag zeker ook getuigd worden van de dissertatie, waarop Dr. J. de Jong, Gereformeerd predikant te Loppersum, promoveerde tot Doctor in de Godgeleerdheid. Tot onderwerp van zijn studie koos hij de voorbereiding en constitueering van het Kerkverband der Nederlandsche Gereformeerde Kerken. Het bleek echter bij nadere uitwerking, dat de stof veel te omvangrijk was voor een dissertatie en Dr. de Jong vergenoegde zich daarom met in zijn proefschrift alleen het eerste deel te geven, dat \aaAx\tovit\i< eX. Convent te Wezel in 156I gehouden. Ieder kenner der Vaderlandsche Kerkhistorie zal zeker met bijzondere belangstelling en waardeering dit proef* schrift lezen, want waar dusverre omtrent dit Convent zoo goed als niets bekend was, behoeven de daar opgestelde artikelen en de personen, die deze artikelen onderteekend hadden, is het Dr. de Jong gelukt over dit raadselachtige Convent veel nieuw en verrassend licht te dolen opgaan. Deze dissertatie is daarom een zeer welkome bedrage voor de kennis van dit zoo belangrijke tijdvak; ze legt getuigenis af van groote nauwkeurigheid, van uitgebreide bronnenstudie en van zeer gelukkige gave om uit de gevonden feiten conclusiënte trekken. Moge het aan Dr. de Jong gegeven worden om deze studiën voort te zetten en zij deze dissertatie de eersteling van een reeks studiewerken, die in niet geringe mate zullen bijdragen om de geschiedenis van het ontstaan van het kerkverband der Gereformeerde Kerken ons beter te doen kennen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen