GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De blik op de toekomst wordt steeds donkerder.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De blik op de toekomst wordt steeds donkerder.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 22 Maart 1918.

De blik op de toekomst wordt steeds donkerder.

Wie meende, omdat Rusland inzonk en uiteenbrokkelde, . dat dit jaar de kamp om de wereldhegemonie wel zou worden opgegeven, zal thans wel inzien, hoe falikant deze berekening uitkwam. De overwinning door de Centrale Mogendheden in het Oosten behaald, en de vrede door wapengeweld daar verkregen, heeft de verbittering bij de Westersche mogendheden eer vermeerderd dan verminderd. De vredesstemraing die gewoonlijk in het voorjaar opduikt, is nu weer verdwenen. Stemmen als van Lansdowne in Engeland en van Sembat in Frankrijk, die op de schrikkelijkheid van dezen oorlog wezen en op een vrede door vergelijk aandrongen, zijn de stem van een roepende in de woestijn gebleken. De saamspreking over de wateren van den Atlantischen Oceaan heen tusschen Czernin en Wilson heeft tot geen resultaat geleid. En nu viert de odrlogshartstocht weder hoogtij en bereidt alles zich voor op de groote worsteling, die aan het Westfront komen moet. En wanneer men zegt, dat dit de laatste en beslisseride slag wezen zal, dan heeft de ervaring wel geleerd, hoe na zulk een laatste en beslissende offensief steeds weer een allerlaatste volgt. Als de beslissing door de wapenen moet verkregen worden, dan eindigt deze oorlog niét, voordat heel Europa ten ondergang is gebracht.'

En intusschen wordt de positie van de weinige neutrale landen, die nog als eenzame klippen opsteken uit dezen oorlogsoceaan, - steeds moeilijker. Druk ondervonden we van beide oorlogvoerende partijen, maar wat die groep van Mogendheden, die zegt voor de veiligheid en het zélfbestemmingrecht der kleine natiën den strijd aangebonden te hebben, zich thans tegenover ons land veroorloofd heeft, gaat wel alle grenzen te buiten. Keel onze vloot, die buitengaats ligt. wordt met beslagneming bedreigd, wanneer we haar niet vrijwillig aan deze Mogendheden afstaan.

Op struikrooverswijze wordt ons het mes op de keel gezet en de keuze gelaten tusschen onze vloot of ons leven. Heel ons volk heeft wel diep den smaad en de krenking gevoeld, ons daardoor aangedaan.

En al heeft de Regeering gemeend te moeten capituleeren, de vraag is, of onze positie daardoor niet nog gevaarlijker geworden is. Griekenland is het droeve voorbeeld, dat toont, wat er van een volk wordt, dat zijn nationale eer niet hooger stelt daW het leven.

En niet alleen, dat de buitenlandsche politiek van ons vaderland zich wel in het meest gevaarvolle stadium van dezen oorlog bevindt, maar ook onze binnenlandsche nood "kliqjt. Met moeite en zorg zijn we dezen winter doorgekomen. Het deel ons toegemeten was karig, maar voor honger en koude zijn we nog bewaard. Zelfs was het een verblijdende mededeeling, dat onze broodvoorraad tot Augustus zal strekken.

Maar als de beloofde hulp van buiten niet komt — en wie durft daar nog op rekenen? — dan zal het allernoodzakelijkste ons ontbreken gaan. Onze veestapel wordt afgeslacht. Onze oogst reikt niet toe om ons volk te voeden. En als Duitschland uit weerwraak over het afstaan van onze vloot geen steenkolen leveren wil, zal er ook te kort aan brandstof wezen.

Het is te begrijpen, dat de Regeering daarom met angst en zorg de toekomst tegen ziet.

Want waar gebrek is, daar sluipt zoo licht een geest van ontevredenheid en wantrouwen het hart binnen. De akker is dan bereid om het zaad van opstand, door anarchisten uitgestrooid, te ontvangen. En als de' volkshartstochten eenmaal 'ontbranden — Rusland toonde het — weet men niet, voor welke ellende we komen te staan.

Op ons Christenvolk rust daarom wel een ernstige roeping in deze dagen.

Een roeping niet ^alleen om in het gebed telkens weer de toevlucht te nemen tot Hem, die alleen in dezen nood uitkomst kan geven, maa; ' ook om door verdieping van levensernst, door onderwerping aan het kruis ons opgelegd, door liefde en hulpbetoon aan armen een ^voorbeeld te geven.

Nood, zegt men, leert bidden.

De ervaring leert, helaas, dat nood den mensch ook zoo verschrikkelijk zelfzuchtig kan maken.

De ergste vorm van die zelfzucht is wel, dat sommigen van dien algemeenen nood, waarin het volk verkeert, nog niisbruik willen maken om-door het opjagen van de prijs der levensmiddelen zichzelf te verrijken.

Maar ook waar deze stuitende vorm van zelfzucht vermeden wordt, kan zoo licht de mondige lust in het hart opkomen om in eigen levensbehoeften te willen voorzien, al gaat dit dan ten koste van het algemeen.

En ook dat is niet geoorloofd.

De Apostel roept ons toe, dat wanneer één lid lijdt, , heel het lichaam zal medelijden. En hoeveel te meer heeft dan, waar heel het lichaam lijdt, elk lid dat lijden mede te dragen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 maart 1918

De Heraut | 4 Pagina's

De blik op de toekomst wordt steeds donkerder.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 maart 1918

De Heraut | 4 Pagina's