GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 23

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

15 intensiteit der gewaarwording volgens eene rekenkunstige verJiouding toeneemt. Een enkel voorbeeld moge strekken om de beteekenis van deze wet nader duidelijk te maken. Bij eene petroleum vlam met eene sterkte van 10 kaarsen, moet men de lichtsterkte van 2 kaarsen voegen om de gewaarwording te krijgen, dat de vlam helderder geworden is. Voor een gasgloeihcht van 60 kaarsen sterkte moet men den prikkel evenredig, dus met de lichtsterkte van 'i2 kaarsen, sterker maken om de gewaarwording te verkrijgen, dat dit licht iets sterker is geworden. En voor eene electrische booglamp van 2000 kaarsen sterkte zou dus naar evenredigheid noodig zijn eene versterking met het licht van 400 kaarsen. De gewaarwordingen zullen dus met eene gehjke grootte toenemen, wanneer de prikkels relatief met dezelfde sterkte worden vergroot. Deze algemeene wet eischt echter nog eene nadere toelichting, want het is duidelijk dat wij geen enkelen maatstaf bezitten om de intensiteit van eene gewaarwording langs directen weg te meten. Ten einde de verhouding tusschen de sterkte van de gewaarwordingen te meten, is men uitgegaan van prikkels, die nauwkeurig langs physischen weg gemeten worden. Wanneer men nu de intensiteit der gewaarwordingen met elkander vergelijkt, dan blijkt het mogelijk aan te geven of een verschil in sterkte in het eene geval grooter was dan in het andere; ook kan men nauwkeurig vaststellen het punt, waarop men eene verandering in gewaarwording nog juist kon bemerken. Natuurlijk zijn voor het verkrijgen van deze gegevens tal van nauwkeurige onderzoekingen noodig. Voor elk zintuig kan men nu de verhouding bepalen, waarin de intensiteit van een nieuwen prikkel moet staan tot een reeds aanwezigen prikkel om eene verandering in de gewaarwording te geven. Voor de lichtgewaarwording is het 1 : 100, voor de spiergewaarwording 1 : 17, voor de druk- en geluidsgewaarwording 1 : 3. Natuurlijk heeft deze constante geen vaste waarde maar is het slechts een gemiddelde, waarom de werkelijke cijfers schommelen. Voor elk zintuig heeft men eene bepaalde verhouding tusschen de verschillende prikkels, die gelijke intensiteiten van gewaar-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 23

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's