GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1911-1912 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 79

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

71

voor het resultaat van gletscherbeken die onder het ijs langen tijd eene draaiende beweging op den rotsachtigen ondergrond uitoefenden en zoodoende ook steenen in die beweging deden deelen, waardoor dan ten slotte diepe ketelvormige gaten ontstonden, waarin somtijds de wrijfsteenen of molensteenen nog aanwezig zijn. Zij kunnen echter even goed gevormd worden door stroomversnellingen en watervallen, gelijk zulks ook thans nog b.v. in de Orinoco plaats vindt. Ook de strepen en groeven op rotsen, de zoo genoemde gletscherkrassen behoeven niet uitsluitend het werk van gletschers te zijn; zij kunnen even goed ontstaan door verglijdingen van aardlagen. Zulks is b.v. het geval in „das Ried", eene 100 meter diepe ketelvormige inzinking in de Zwabische Jura bij Nördlingen, waar men gepolijste en gekraste gesteenten aantreft, alsmede moreenenachtige vormingen, die er precies uitzien alsof zij door gletschers waren te weeg gebracht. ^) Het keileem of de grondmoreene bereikt hier en daar eene verbazende dikte. Heel gewoon is eene dikte van 100 tot 200 meter; op het eiland Seeland in Denemarken treft men zelfs eene laag diluvium aan die meer dan 400 meter dik is. Het is nauwlijks aan te nemen dat deze verbazende diluviale laag als grondmoreene van een gletscher of van landijs zou zijn ontstaan, wijl de grondmoreenen der tegenwoordige gletschers volgens het getuigenis van FRIEDRICH UMLAUFT (geb. 1844) en andere Alpenkenners slechts eene zeer geringe dikte bezitten. Zelfs heeft men dikwijls waargenomen, dat een vooruitschuivende gletscher den ondergrond, waarover hij zich voortbewoog, geheel of bijna geheel onaangetast liet. Zoo schoof in 1818 de Glacier du Tour in het dal van Chamonix over eene vlakte waar hoornbloemen en klaver groeiden. Vier jaren later trok de gletscher zich weer terug en nu ontloken de genoemde planten op nieuw alsof er niets gebeurd was. De bewering dat de diluviale ijslaag in de noord-Duitsche laagvlakte een dikte van 1000 tot 1500 meter (en in Amerika zelfs van 3000 meter) zou gehad hebben, achten vele natuurkundigen geheel onhoudbaar, wijl naar hunne meening eene ijslaag

1) Oaea, Jahrgang 1901, pag. 457—466.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's

1911-1912 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 79

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's