GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1911-1912 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 59

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

51 die op groote schaal geëxperimenteerd heeft met tuberkel-bacillen en in wiens gedachten deze bewerkingen dus eene ruime plaats innamen, laat niet na in bedoeld handboek een overzicht te geven van hetgeen door anderen, die aan den factor heriditeit waarde toekennen, is aangevoerd tot steun van hunne opinie dat aan de tuberculose in een kleiner of grooter deel der gevallen eene heriditaire dispositie ten grondslag ligt. CORNET,

Hij vermeldt o. m. dat SORGO en SULSZ een anatomisch stigma

van aangeboren tuberculeuse toestanden meenen gevonden te hebben. Bij hun onderzoek van een groot aantal vrouwelijke tuberculeuse patiënten zou gebleken zijn dat, indien de long slechts aan eene zijde is aangetast, aan diezelfde zijde ook de borstklier en de areola dier klier kleiner zijn dan aan de andere zijde; bij mannen zou iets dergelijks waargenomen zijn. Hierin zien die onderzoekers eene aangeboren minderwaardigheid van de eene lichaamshelft, waardoor de tuberculose aldaar post kan vatten. CORNET maakt ook gewag van de paratuberculeuse aandoeningen bij kinderen van personen, die aan tuberculose lijdende waren, d.w.z. bij descendenten van personen aan tuberculose lijdende worden niet zelden dystrophieën, voedings- en ontwikkelingsstoornissen en stoornissen in het vaatstelsel waargenomen. Bij ouders van kinderen lijdende aan congenitale hart-, bloeden vaataandoeningen, aan mitraal-stenose, stenose der pulmonalis, vernauwing der arterieën en chlorose, wordt dikwerf tuberculose aangetoond. TURBAN'S overerving van den locus minoris resistentiae wordt ook niet vergeten ; vermeld wordt het frequent voorkomen van den habitus phthisicus, zij het ook met de opmerkingen, dat de drager van een dergelijken habitus dikwerf volkomen gezond is, dat vele phthisici, zelfs de meerderheid hunner, geen paralytischen thorax hebben, en dat die thorax-vorm, althans dikwerf, niet voorafgaat aan de ziekte maar eerst in den loop daarvan ontstaat door het verdwijnen vooral van de inademingsspieren en van het vet. CORNET acht het zeer wel mogelijk dat, evenals een breede mond, groote oogen en ooren enz. kunnen overerven, dit ook het geval is met de anatomische eigenschappen welke z.i. de scrophuleuse diathese vormen; hij twijfelt er niet in het minst aan of de afstammelingen van ouders, die ten tijde van de geboorte van het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's

1911-1912 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 59

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1912

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 174 Pagina's