1940 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 67

51 houdt m dat door den zondeval de mensch heeft verloren alleen een bovennatuurlijke genadegift de redelijk-zedelijke natuur van den mensch is er echter niet door verdorven Hiertegenover leeren de reformatoren, dat de natuur m den wortel verdorven is Kuyper drukt het als volgt uit m den wortel, w a a r het leven tot eenheid komt, daar, w a a r het leven zich ontsluit voor God Dit is met de scholastisch-aristotehsche dichotomie niet te rijmen D r G e r b r a n d y de positie van den mensch is veranderd hij kan niet meer leven naar den wil van God zijn zijn is niet veranderd wel zijn positie Prof D men mag deze dingen niet scheiden Rome doet dit ook als het leert, dat het esse" van den mensch niet is aangetast, en loochent hiermede de radicale verdorvenheid N u erkent de , , W der W ", dat de mensch wel mensch gebleven is, de w e t is niet veranderd door de zonde, ook niet de structuur van 's menschen bestaan Deze laatste is echter zoo gebouwd, dat het bestaan van den mensch zijn centrum heeft m de bewuste verhouding tot God , D e stengels zijn aangetast vanuit den wortel" (Kuyper) Z o o is de mensch die wel mensch bleef, in den wortel verdorven d i m den wortel van alle levensuitmgen Dr Bakker meikt op dat \ o o r den medicus de levende mensch wel het belangwekkendste gegeven in de schepping is Eigenlijk inzicht ten opzichte hiervan kan uiteraard niet verkregen worden vanuit de natuur- en scheikundige kennis van de levenlooze natuur M o e t het daarom niet bevreemden, dat m stelling X X als bezwaar tegen het vitalisme wordt aangevoerd, dat dit de physisch-chemische aspecten van het levend lichaam niet genoegzaam laat gelden'^ M o gen WIJ niet met Piof H a n s M u c h eikennen dat alleen een komende biologische natuur- en scheikunde op biologisch gebied eenig gezag zal kunnen laten gelden"^ In bescheidenheid moge ook de vraag gesteld worden is het wel geheel zeker dat uit de moderne natuurwetenschap een functionalistische werkelijkheidsbeschouwmg zich baanbreekt'' W o r d t deze niet reeds aangetroffen m oudere medische literatuur m H a h n e mann's geest' ( H a h n e m a n n O r g a n o n der Heilkunst 1910 J T Kent Lectures on homoeopathic Philosophy) Dr Hooykaas merkt op n a a r aanleiding van stelling V , dat de W der W idee toch ook abstraheert De noodzakelijke verwerking van de ervaringsgegevens tot een geheel brengt dat mee Hij twijfelt er aan of aan Aristoteles (of tenminste aan zijn christelijke volgelingen, als T h o m a s ) wel recht gedaan w o r d t door bij de ziel alléén aan het intellect te denken Ook het ethische en andere aspecten der werkelijkheid zullen daar wel m besloten liggen D a t het wetenschappelijk denken m conflict komt met de naïeve ervaring ( V I ) behoeft ons niet af te schrikken, w a n t deze laatste

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen