De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 39
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit te Amsterdam
37 Immers het woord „godzaligheid" was de staande uitdrukking geworden voor wat de Engelschen piety noemden. Deze ,,Proeve" was gericht tegen een geschrift van zekeren TILENUS, die, in de meening, dat de Dordtsche orthodoxie onvruchtbaar was voor het leven, van Calvinistisch Arminiaansch predikant was geworden.
Het blijkt, dat toen reeds in den geest
van VOETIUS het bewustzijn was gerijpt, dat alleen uit de combinatie vaii~'^^ de Dordtsche theorie en de puriteinsche practijk die ,,reformatie des
<
levens" kan ontstaan waarop hij èn als prediker èn later als academisch docent met zooveel ernst heeft aangedrongen.
Dat VOETIUS onder dit
alles ook met de schriften van AMESIUS — dien hij reeds in Dordt persoonlijk had ontmoet — kennis had gemaakt, blijkt uit de door hem in 1631 voor de werken van TEELLINCK opgestelde praefatie i). Hoe hij in 1634, als academisch docent opgetreden, het zijn roeping achtte de harmonie tusschen wetenschap en godzaligheid onder zijn studenten te bevorderen, kunnen wij zien uit de redevoering waarmee hij in Utrecht zijn ambt aanvaardde en waarvan de titel luidt: „ D e p i e t a t e c u m s c i e n t i a c o n j u n g e n d a . " - ) Kn het besef dezer roeping is zeer zeker nog bij hem versterkt, toen hij in 1636 met zijn zoon P a u i u s een reis naar Engeland ondernam en daar het Puritanisme ook door eigen aanschouwing leerde kennen. Zijn sympathie voor deze richting bleef onveranderd, hetzij hij haar vond onder de eigenlijke Puriteinen, hetzij onder degenen die kerkelijk buiten hen stonden, zooals bij BAYLY, den bisschop van Bangor, wiens „Praxis Pietatis", in het Fransch, Duitsch en Hongaarsch vertaald, door VOETIUS ook in het Nederlandsch is overgezet s). Bezien wij thans zijn academischen arbeid in betrekking tot de ethiek. . Deze arbeid ligt grootendeels voor ons in het 3'= en 4'^ deel zijner 1)isputationes
S e l e c t a e . .Zelf verhaalt hij ons daar, hoe hij zijn
de Proeve door een ongenoemde, onder den titel: „De uitnemendheid van do leer der Grereformeerde Kerk tot bevordering- van troost en heiligheid, in tegenstelling met de troostelooze on krachtelooze leer der Remonstranten." 1) Guiii. AMKSU'S die kortelijck ende Scholastice de lioofdpoincten der practijeke ende de gevallen der conscienfie lieoft voorgestelt, in zijn Tractaat de conseientia ejusque casibus, onlaiigks uytgekommen. Praefatie, p. 2. 2) Deze oratie staat algedriikt achter VOETIUS' E x e r c i t i a P i e t a t i s . Zie beneden. 3) VOETIUS spreekt over dit werkje Disp. Select. III, p. 7 en 17. Hij gaf van de vertaling in 1()42 een nieuwe editie. In Engeland was het meer dan twintigmaal herdrukt. Het is een van de hoofdwerken voor de ascetiek.
|
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's