GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

OPENINGSWOORD van den Voorzitter der Vereeniging van Predikanten van de Geref. Kerken in Nederland, uitgesproken 7 April 1926.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OPENINGSWOORD van den Voorzitter der Vereeniging van Predikanten van de Geref. Kerken in Nederland, uitgesproken 7 April 1926.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde Medebroeders in de Heilige Bediening, f'flet zijn wel ernstige tijden, waarin we thans samenkomen op onze jaarlijksche vergadering te UtuxJit. Als ik dat uitspreek, dan weet ge, da dit niet een gemeenplaats is geworden, zonals enkele jaren geleden het „vanwege den nood der tijden" .meer dan eens op ds lippen hestorven lag, maar dat zorg en weemoed mij dit woord naar de liji| (n drongen. 1926 is noig niet oud, toch - werden rceils verscheidenen uit onzel^ kring weggenomen. "We mógen hier alleen afzonderlijlv hem gedenken, die. Dienaar des Woords hier ter plaatse en trouw bezoeker van onze vergaderingen, onder zoo tragische omstandigheden, in den Dienst onzer kerken van ons werd weggenomen. Maar er zijn erger dingen geschied. Ja we treuren OiVer henf, die, mis-, ^sdiien nog niet als emeriti, toch als bene meriti tot ên Koning der kerk gingen om Heixt in heerlijkheid è aanschouwen. Treuren we niet meer om de breuk, die onder ons is geslagen? De scheuring is feit geweiden, en al kunnen we den omvang nog niit overzien, we weten, dat niet meer allen, die een vorig jaar met ons gingen, aan onze zijde staan, (.ie zult niet van mij verwachten, dat ik over de kwestie zelf, over de Asser Synode veel tot u spreek. Te minder, omdat het xonderwerp afzonderlijk aan de orde zal kernen. Maar wel veroorloof ik me er.u op te wijzen, dat uit alles, wat is gebeuld, tot ons stemmen uitgaan.

\-A' is in de laatste jaren heel wat onder ons veranderd. Wie als. hij, die tot u spreekt, zelf den middelbaren leeftijd heeft bereikt en zich een oogenblik verplaatst naar zijn eigen studententijd, moet wel tot de slotsom koinen, dat de studiosi van een vijlentwintig jaar geleden toch anders waren dan dio van nu. Ik beweer niet, dat toen alles licht, nu .alles schaduw is. Integendeel, ik meen, dat er dingen zijn, waarin het heden door ieder boven het veileden moet worden gesteld. Maar er is ook een verschil, "dat ik betreur. Wij volgden met warmte onze leermeesters, hadden liefde voor de school, waar we studeerden, verdiepten ons voor alles in de onvervalschte Gereformeerde theologie. Nu vergeet ik niet, dat de grootheid van hen, die ons vodigiogen, het volgen gemakkelijk maakte. Evcaniiu, dat de positie van onze hoogescholen in meenig opzicht die was van' in den druk verkeeren, waardoor vanzelf de studenteiï* zich meer aangegoid gevoelden om voor haar te strijden. Maar wat Clo hoofdzaak is, de Gereformeerde theologie: ik eweer niet; dat de jongeren haar niet liefhebben, rnaar ik meeir, dat ze haar te weinig, bestudeeren. Het spreekt vanzelf, dat een Dienaar des Woords kennis moet nemen van de verschijnselen, de richtingen van zijn tijd, hij mag de ethische geschriften, om die nu maar met name te noemen, niet ongelezen laten. Maar wat is voor hem de hoofdzaak, wat is zijn dagelijksch voedsel. Dan antwoord Jk, na het Wornd Gods zal in de eerste plaats lomen^; . de Gereformeerde theologie.

« ïn , dit opzicht is er wel iets ten kwade i^eranderd. Men moge het dAvaas vinden, zooals het vroeger wel geweest is, dat op de boeken-''Peilingen de boeken van Dr Kuyper niet aan nietgeeslverwanten werden gegund en wat in lederen boekenwinkel te koop lag, werd opgejaagd tot een prijs, die het nieuwe nabij' kwam, do waarde waardoor nu de boeken van onze uitiiemendste theo­ logen worden gegund, is in ovèrëmgfemiriingniel het feit, dat in de boekenkast van meer dan één Gereformeerd theoloog van thans, de^ude, leidsheden niet meer zijn vertegenwoordigd: ^^^|^i|^^^

Er is nog een euvel in onzen tq'ïV" dè''cmifefenfie^ woede. Een conferentie kan gezellig zijn op zijn tijd. Maar het nut van zulke samenkomsten trek ik steeds meer in twijfel. 'Er ontstaat een-..confeicntietoon". Niet meer studeeren, maar over alles en nog wat zooii beetje redenceren. Heel gewichtig doen en bij alles vair diepe jiroblemen spreken, die er iiulerdaad soms zijn, maar 'van niets op de hoogte. De studeerkanrer veranderd in conferentic-•oord. Prateir en nog eens praten, en nooit verder komen. Ik zeg deze dingen waarlijk niet om u een tegenzin in onze sameiikomstsn te doen krijgen. Trouwens een conferentie zijn ze niet, toch zou ik u willen waarschuwen, laten we er .geen confe­ t rentie van maken, lateü we niet meedoisn met een mode, die verkeerd dreigt te worden, doch blijven bij het niet l)esprty? : en van ondervyerpeu dan na ernstige studie. ^^t? lïÖ^^^^^M; t

Ernstige studie m.p.y.x^.^^^^^^^^^^'meo-

Vxe moet hel 'me"-'iSët"'"^^^êF''a^.ën, ''S^ ik u' allen, daartoe; oproep. Het komt me voor, dat we dit in de eerste plaats noodig hebben. We behoeven ons eigeix vaderland niet te verachten, we mogen dankbaar zijn voorj, het vele, dat God ons schonk. Toch noopt het fot beschaming, dat in het buitenland de bestudeering van de., oude Gereformeerde theologen meer en meer naar voren komt, terwijl in. het van ouds Gereformeerd Nederland die studie merkbaar is verflauwcl. Is het goeir teeken des tijds, dat onder de leiding van een Zwitsersch theoloog een goedkoope bloemlezing uit de werken van Calvijn ]: )ezig is te .ilünchen te verschijnen?

Broeders, we willen den Kohing dienen in ons heerlijk ambt, we begeeren het te doen als Gereformeerde Dienaren des Woords. Zulk een predikant behoort ook een deel van zijn tijd op de studeerkamer té vertoeven, niet alleen onr daar preeken te maken, maar om er te graven, te onderzoeken. Laat ons het nieuwe niet veronachtzamen^ maar laat ons ook het oude niet vergeten. We hebben dat noodig in onze dageir.' Dan zullen we zien, dat, zij het onder ietwat a.nderen vorm, de strijd van heden ook vroe; ger is gestreden en uit het oude liiighuis kunnen we ons wapenen halen tO't den kamp. AVie onze oude theologeax niet bezit, schaffe ze aan, wre ze ^ ^ ^ | ^ | ^ ^ ^ ^ ^ ^ ^ i

'Slet dit korte inleidend woord wil ik u namens het bestuur onzer vereeniging hartelijk welkom heeten. De. Heere sterke ons in den strijd en Hij gebrui.k6, , - daartoe' ook deze onze vergadering. .Hij', gev^pJslÏÏn aangename stemining bijteen-te zijn. Laat'rPé' ernst in ons midden zijn, de gezelligheid behoeft er niet minder om te wezen. Het stemt tot vreugde, dat gij weer uit alle deelen van ons land in groote getale zijt opgekomen. Namens ons Bestuur wensch ik u toe, dat ge straks van hier gaande, weten moogt, dat de reis niet vruchteloos was. We willen in de kracht des Heeren hier samen zijn om elkander te helpen. En God van 4en. hemel, die doe het ons gelukken! 's0^!0S: '

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1926

De Reformatie | 8 Pagina's

OPENINGSWOORD van den Voorzitter der Vereeniging van Predikanten van de Geref. Kerken in Nederland, uitgesproken 7 April 1926.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1926

De Reformatie | 8 Pagina's