GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Pers-stemmen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pers-stemmen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dr Gunning en de „Gemeenschap s beweging".

Over de „Gemeenschapsbeweging" in Duitschland wordt nog steeds verschillend geoordeeld. Sommigen letten uitsluitend o.p "haar excessen (buitensporigheden). Anderen .meenen, dat ze een heilzame reaktie is tegen de dorheid en döodschheid, welke vele Duitsche kerken tof een'"kerkhof, zij het ook met bloemen versierd en met mausoleus verrijkt, maakt.

Dr J. H. Gunning J.Hz. heeft een reis gemaakt naar Wurtemberg, het centrum der „Gemeensohapsbeweging". In „Stemmen des Tijds" verhaalt hij' van een der leiders dier beweging, Friedrich Stanger van Möttlingen.

Eerst vergelijkt hij hem met Blumhardt, den pro^ feet dezer beweging.

Toen de roem van Blumhardt als man des gebeds, die voor honderden kranken naar lichaam en geest het middel ter genezing werd, tot ver buiten de grenzen van zijn gemeente en van zijn land was doorgedrongen, stroomden velen naar Möttlingen, precies zooals het tegenwoordig weer geschiedt. De toestanden op economisch, sociaal en politiek gebied zijn veranderd, en er is een ontzaglijk groot verschil tusschen den fijn-beschaafden, algemeen-ontwikkelden Blumhardt en den ongeletterden, wéinig-ontwikkelden, in den grond kinderlijken Stanger — maar God is Dezelfde gebleven, en Hij, die zich Zijne verschillende instrumenten weet te kiezen om Zijne wonderen van genade en ontferming onder de menschen te verrichten, doet ook in onze dagen groote dingen door den onaanzienlijken „Friederic van Möttlingen".

En dan over Friedrioh Stanger-:

Friedrich Stanger werd den 5den Februari 1855 in een armzalig huisje te Möttlingen geboren. Het staat er nog, maar is onbewoond en ook onbewoonbaar; het dreigt inéén te storten en ik hoop maar dat zijne vereerders het niet zullen aankoopen om er een soort bedevaartsplekje van te gaan maken, wanneer de oude man er niet meer wezen zal. Zij doen reeds bij zijn leven veel te veel aan afgoderij met zijn persoon.

Zijn vader was een dronkaard, die in dehrium gestorven is en „Friederie" hoorde thuis nooit anders dan schimpen en schelden op de „fijne" Stundisten. Als jongen van elf jaar had hij een poosje nog al indrukken van deze piëtisten, maar na zijn kerkelijke aanneming, die in Duitschland gewoonlijk op het 13e, 14e jaar plaats grijpt, keerde hij beslist zich van alle godsvrucht af. Hij werkte een tijdlang op een der talrijke goudsmidsfabrieken van 't naburige Pforzheim, kwam daarna in dienst bij een paardenhandelaar en ontwikkelde zich meer en meer tot een goddeloozen spotter en een woesten dronkaard. Een 25 Liter bier kon hij op één dag plaats bezorgen in een maag, zooals alleen Duitschers dien onder dagelijksche „oefening" kunnen verkrijgen, maar toch ook daar te lande niet straffeloos. In zijn logge, jichtige, waterzuchtige lichaam en in zijn verzwakte hersenen, die hem veel denken en alle studeeren onmogelijk maken, draagt hij tot op dit oogenblik de gevolgen van erfelijke belasting en persoonlijke zonde.

Zijn leven, evenals dat van John Bunyan en zoo menig ander kind van God, was een voortdurend worstelen om vrij te worden van Satans slavendienst en van zich-verzetten tegen de roepstemmen Gods. Ook na zijn huwelijk, in 1881 met een vrouw gesloten, die evenmin als hij den Heere kende, bleef hij drinken en zwetsen tegen de vromen, maar de genade liet hem niet los. Af en toe had hij een diep gevoel van ellende en riep hij tot God; gezichten en visioenen van allerlei aard vielen hem ten deel, aan roepstemmen tot bekeering ontbrak het hem niet, en eindelijk moest ook dit harde hart breken onder de liefde van Christus, die al zoo lang hem gezocht had. Hoe vaak had hij verlangd naar de hulp van een waarachtigen Christen, die hem helpen kon!. Ook zijne geschiedeiiis is weer een aanmaning te meer tot allen, die God vreezen, om toch voor Hem te komen en de hand te bieden aan dezulken, die wankelen ten doode. Wie door Jezus gevonden is, moet anderen helpen om Hem te vinden. Gered om te redden!

Zoodra hij zich tot den levenden God bekeerd had, ging de drank er aan en richtte zich zijn medelijdend hart (want dat had hij) tot de diepst-gezonkenen. Straat-arm en nog bovendien zuchtend onder allerlei schuld, zocht hij in een étuisfabriek een stuk brood te verdienen, maar zijn toenemende jicht maakte het hem onmogelijk daar te blijven. Lichamelijk was hü een wrak, een toonbeeld van ellende, maar al aanstonds werd deze ziekelijke man door den Heer gebruikt om kranken te genezen. Hij heeft onmiskenbaar van God de gave der gezondmaking gekregen. Evenals Blumhardt zijn er velen, voor wie hij het middel is geworden tot geestelijke en Uchamelijke genezing.

Het oordeel van Dr Gunning over deze beweging en haar profeet is zeer mild, hoiswel hij! het oog niet sluit voffg^^M onbeholpene en gebrekkige in beide. #|^§

in beide. #|^§ Naar ons gevoelen ligt er in deze beweging meer ongezonds, dan Dr Gunning erin heeft ontdekt.

'Wijl zouden niet durven beweren, dat het zoogenaamde charisma der gezondmaking niets andjers dan een vorm van suggestie is, ofschoon wij' ons kunnen voorstellen, dat iemand redeneert: of ik door suggestie of door medicSjhen gezond! word is mij hetzelfde en wij' aan den anderen kant meenen, dat gebed en geloof in tijden van krankheid bij ons tijdens krankheid een veel te geringe plaats innemen en hun kracht toit liclhamelijlke genezing door onze overdreven nuchterheid en ons alles willend begrijpen int-ellektualism-e_ wordt onderschat. %5.i«é^è> i^ï

Dan — die gene'zings, , w'onderen"'±'zijil-"'ff(3i6r ons het voornaamste niet in de „gemeensdhaip'Sbeweging".

Het komt aan op de hoogere geestelijk© faktoren, welke daarin werken. Daaromtrent zijto. onze inlichtingen nog te schaarsch om ons aam een 'definitief oordeel te wagen. Men zou ter plaats© een onderzoek moeten instellen. Wel geloof - jk, dat we hiero-p mogen toepiassen: verderf het niet, want er ligt een zegen in. Een zegen v'oor 'D'uitschland althans.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1926

De Reformatie | 8 Pagina's

Pers-stemmen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 mei 1926

De Reformatie | 8 Pagina's