GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Dr Jos. Keulers, Waar Jezus leefde. Een reis door Egypte, Palestina en Syrië, 2de druk, 5de duizendtal. — J. H. Romen & Zonen, Roermond, z. j.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dr Jos. Keulers, Waar Jezus leefde. Een reis door Egypte, Palestina en Syrië, 2de druk, 5de duizendtal. — J. H. Romen & Zonen, Roermond, z. j.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Evenals het voorgaande boek eigenlijk een nieuwtestamenticus vraagt om degelijk beoordeeld te worden, zoo eischt voor zulk doel dit werk een oud-testamentious, geassisteerd door een nieuw-testamenticus. Toch waag ik enkele opmerkingen, die voor onze lezers naar ik hoop, een indruk geven zullen omtrent dit werk.

De schrijver vertelt van zijn reis naar de volgorde van het reisprogram, gelijk het aigewikkeld is. Telkens voegt hij opmerkingen toe aan de beschrijving van wat hij ziet, opmerkingen, die dan terugvoeren tot het bijbelsch verhaal, dat voor de — blijkbaar hoofdzakelijk .onder de roomsohe kerkleden gezochte, en in doorsnee als niet bizonder bijbelvast gerekende — lezers dikwijls vrij uitvoerig wordt weergegeven. De schrijver is professor aan het groot-seminarie te Roermond, en het lijkt me zoo, dat we in dit boek heel ongezocht een goede typeering krijgen van wat in de kringen van dezen auteur typeerend is inzake het gebruik van de taal voor wat men noemt stichtelijke of half-stichtelijke overwegingen. Over het algemeen is er een goede smaak: goede verzen, geen vertalingen van poëzie, levendige voorstelling, en taal van den dag. Schaduwzijden zijn er ook: uitdrukkingen, die ons oneerbiedig dunken, of een gebedstoon (b.v. in •een vrij lange, directe aanspraak aan het „Kerstkindje") waaraan wij ons vreemd voelen.

Recenseeren wordt gauw onrechtvaardig, als men gaat vergelijken; maar men kan soms door vergelijking eerlijk typeeren. Daarom merk ik even op, dat ik me hij lezing van deze aanspraak aan het „Kerstkindje" herinnerde een gebed gelezen te hebben in „De Haagsche Kerkbode", een gebed in Gethsémané, geschreven door Dr S. O. Los, en dan in Gethsémané zelf geschreven. Deze twee uitingen typeeren beide schrijvers èn hun geestelijke gemeenschap.

Bij den één een losse stijl, een blijven-staan bij het kerstfeest en - kind, meditatie over wat dat kindje zoo al voor gedachten opwekt. Bij den ander een door de Schrift gevormde taal, huivering voor de plek, waar de Christus gebeden heeft, niet om de plek, maar om het geestelijk geweld, en een plaatsen van het „bic et nunc" op de baan der openbaringsgeschiedenis, een aanvaarding., van wat de Man van. Smarten .heel.direct., en duidelijk en bindend beloofd heeft en bevolen heeft te gelooven. Wie even doordenkt, ziet achter die twee verloren bladzijden een heele kerk-en deels cultuurgeschiedenis liggen, en haar resultaten bieden. ^)

Het boek van Dr Keulers is schitterend uitgegeven; bet papier is blijkbaar met zorg gekozen voor de talriike, zeer duidelijke, in den tekst opgenomen illustraties.,

Een recensenten-„waarschuwing", die den lezer vermaant toch vooral te bedenken, dat^de auteur roomsch is, is hier volmaakt overbodig, want — en dat pleit voor den auteur — men heeft'dat zoo dadelijk zelf opgemerkt, als men leest. B.v. in de roomsche vertaling van den engelenzang („menschen van goeden wil", 183) of bij het ontmoeten van roomsche heiligen, b.v, Veronica, en apocriefe vertellingen, b.v. van den engel, die Habakuk bij de haren pait en naar Babyion brengt, de beschrijving van den kruisweg, enz. Erkend mag worden, dat de schrijver zijn lezers vrij dikwijls met de inderdaad hoog noodige reserve de verschillende „overleveringen" omtrent de „heilige plaatsen" laat vernemen. Dat de Thabor de berg der verheerlijking geweest is, wordt voor waar aangenomen. Maar omtrent den kruisweg is er voorzichtigheid.

Merkwaardig is vooral dit boek voor wie den roomsohen geest eens wil „proeven". De mystiek: op den kruisweg lag Jezus' bloed, hetzelfde, „dat wij eiken morgen in onze gouden kelken ten hemel heffen om den Vader te verzoenen". Kijk op de openbaringsmomenten: Jezus' verschijning aan de jongeren in Galilea (na de opstanding) heet een „teedere attentie" (254), diens verschijning aan Simon een „liefdevolle a 11 e n-t i e". W ij zien het heel anders, maar bekennen, dat er hij da protestanten ook genoeg van die „attentie-preeken" ziin. Gelijke bekentenis voegt ons, als wij de o. i ongeoorloofde vergeestelijking van het wonder van de vischvajtigst lezen, en dan daarbij die sappige, echtroomsche, taal, die ik niet mag, evenmin als het andere uiterste: „Komt ontbijten" (na de vischvangst), — „zoo zou Jezus hen ook opwachten, wanneer zij, moe geworsteld en moe gestreden, zouden komen aansleepen met hun rijken buit van zielen" (257). Railleerend schijnt mij de opmerking over de discipelen, die den „maanzieken" knaap niet konden genezen: „zij hadden hun uiterste best gedaan en waren tenslotte zóó kwaad geworden, dat in gewone omstandigheden een legioen duivelen op den loop zou gegaan zijn" (263), Eerlijk-naief vertelt de schrijver, dat een der gasten een dejeuner op den Thabor (waar hij de verheerlijking van Christus onderstelt) begon met een overnemen van Petrus' woord: „het is goed, hier te zijn". Zulk een toespraak heeft, evenals die van Petrus zelf, noodig, wat de schrijver noemt „vergoelijking". Een enkelen keer weet men niet, of de auteur zoomaar zich plaatst op het standpunt van het bijbelsch verhaal, dan wel resultaten van exegese geven wil; b.v. als hij zegt, dat Samuel verscheen aan Saul te Endor, Is dit: de bijbel „naverteld", of meening van den schrijver, gelijk ook van miJ? Ik weet het niet.

Kortom: een onderhoudend boek, frisch, leuk, niet streng opgevat, en door en door roomsch, niet zoozeer in den inhoud (hoewel ook daarin) als wel in den stijl, den geur, bat cachet. Wetenschappelijk werk heeft de schrijver blijkbaar niet bedoeld; een enkele maal „vertelt" hij zelfs te vlot; b.v. als hij in de buurt van Hebron de legendarische plekken vermeldt, waar Adam geschapen, Adam en Eva na den val verborgen, de dood van Abel beweend zijn. De auteur spreekt zelf van legenden, maar een enkelen keer zou men dat woord wel gecursiveerd willen hebben.


1) Een enkel woord zegt soms ailes. Een Gereformeerde dame zei onlangs 's morgens, toen na veel regendagen de zon scheen, niet: „wat is de Heere toch g o e d", maar: »wat is de Heere toch vrij". Men kan één maand een krant lezen, om de stomme e op te merken; moet énkele maanden studeeren, om die e te b e g r ij p e n, en er geen dwaasheden over te zeggen, doch moet al zijn levensjaren gereformeerde lucht geademd hebben, om den heelen zin (en dat adjectief: vrij) të "kunnen „voelen".

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 mei 1931

De Reformatie | 8 Pagina's

Dr Jos. Keulers, Waar Jezus leefde. Een reis door Egypte, Palestina en Syrië, 2de druk, 5de duizendtal. — J. H. Romen & Zonen, Roermond, z. j.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 8 mei 1931

De Reformatie | 8 Pagina's