GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„DE JEUGD IN WEST-EUROPA”, I.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„DE JEUGD IN WEST-EUROPA”, I.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder bovenstaanden titel versoheen van de hand van Ttaijs Booy in de Volkspaedagogische Bibliotheek onder redactie van H. M. van Randwijk en N. Stufkens, een werkje, dat werd opgedragen aan de nagedachtenis van al die jongens en meisjes, die zijn gevallen als soldaten voor een nieuwen tijd.

Stufkens stelt den auteur aan de lezers voor als een jongeman van Gereformeerden huize, die in Leiden Indisch en Nederlandseh recht studeert, in den bezettingstijd illegaal werkte en daardoor veel in aanraking kwam met jongeren van andere levensovertuiging. IjTa de bevrijding nam hij deel aan de groote jeugdconferenties te Londen en elders, trok in den zomer van '46 door West-Europa en kreeg voeling met de jeugd in Diiitschland, Frankrijk, Scandinavië, de Ziüd-Europeesche landen en Zwitserland en denkt binnenkort een jongeren-samenkomst in Rusland bij te wonen.

Wie verre reizen doet, kan veel verihialen. Daarom lijkt het me niet ondienstig eens te luisteren naar wat deze jongeman heeft te vertellen.

Volgens den inleider is het de moeite waard met overgegevenheid en openheid, met innerlijke ontferming ook, naar zijn eerlijk, tegeUjk idealistisch en

realistisch woord, dat met zulk een bezwerenden ernst tot ons gericht wordt, te luisteren.

Booy zegt in zijn „Woord vooraf", dat de tijd rijp is voor een appèl op de jeugd van West-Europa. „Wij willen niet langer aarzelend in de ontreddering van vandaag staan. We gaan aan het werk voor een nieuw West-Europa,

Dit boek is misliikt, als het niet het trommelvuur is van het groote appèl.

Het moet de stoot zijn naar een uitbarsting in jeugdland. Laten wij probeeren het huis te bouwen, dat West-Europa waardig is en laten we met woorden en daden, met hart en ziel „neen" zeggen tegen de krachten in en rond ons, die West-Europa ten verderve voeren”.

Na dit veel belovende „Woord vooraf" teekent de auteur de tegenwoordige generatie als een, die in Niemandsland leeft. Een jonge Duitscher zei: „Ik geloofde in Hitler en het nationaal-socialisme. Hitler is dood en het nationaal-socialisme verslagen. Jullie hebben me mijn geloof ontnomen. Geef mij een nieuw , geloof. Bc kan niet zonder". Onze generatie, „democratisch" West-Europa, bezit evenwel dat nieujye geloof niet, waarom deze Duitscher schreeuwt. „Ons ontbreekt", zoo zegt Booy, „de idee waaraan wij ons geven kunnen, de idee, die niet alleen alles schenkt, maar ook alles vraagt, die denken en handelen leidt en het hart in gloed zet. Eens trokken de apostelen de wereld in met een idee. Met een sterk geloof, een klare levens-en wereldbeschouwing, die den mensch van hun tijd aansprak, met een plan en een vurig gemoed. Zij brachten een nieuwen maatstaf. Langen tijd droeg de West-Europeesche cultuur het stempel van Jezus Christus. Bestond er in onze landen een levenseenheid, waarin de Bijbelsche Boodschap de kracht en het ferment was. Die levenseenheid is verbroken. Het Christelijk karakter van onze cultuur is gaandeweg zwakker geworden. Het Christendom takelt hard af. Het maakt een zware crisis door, een crisis, die velen reeds den naam agonie geven. West-Europa heeft de Christehjke idee verloren. Is in een onheilspellend vacuum terecht gekomen. Onze generatie staat niet in dienst van de Christelijke idee. Zwerft door niemandsland. O zeker, West-Europa heeft nog kerken en kerkgangers. Er zijn nog Christenen, die een idee hebben. Er is nog een Christehjke levens-en wereldbeschouwing, er moeten er zelfs diverse zijn. Er zijn nog vele geloovigen. Onder hen zijn nog geladenen. En: Onze generatie telt niet alleen ongelbovigen. TaWjk zijn de Christelijke jongeren. Onder hen zijn er, met een idee.

Maar zij zijn West-Europa en onze generatie niet. Evenals de communisten er niet in slaagden om onze lichting hun merk te geven, zijn zij er niet in geslaagd.

Nu gaan wij, dat zijn een aantal jongeren uit alle West-Europeesche landen, probeeren de jeugd van West-Europa te antwoorden op haar vraag om een nieuw geloof en een nieuwe idee.

Het Evangelie is geen afgeleefde zaak.

Het werd den menschen voor alle eeuwen gegeven!”

Tot zoover de schrijver.

Misschien verwacht u, dat de auteur nu de jeugd van West-Europa gaat oproepen ernst te maken met dat aloude Evangelie, voor alle eeuwen immers gegeven, den Bijbel te aanvaarden als Gods Woord, opdat de ontredderde jeugd van onze dagen weer begeert te drinken dat levende water, dat alleen Christus kan geven en waarvan Hij getuigt: „Zoo wie gedronken zal hebben van het water, dat Ik hem geven zal, die zal in eeuwigheid niet dorsten, maar het water, dat Ik hem zal geven, zal in hem worden een fontein van water, springende tot in het eeuwige leven”.

Helaas, deze jongeman, die met zoo groeten hartstocht schrijft over den diepen nood van de huidige jeugd, die ziet dat wij dansen op een vulkaan, die gekweld, wordt door brandende zorgen over de toekomst der jonge generatie — hij heeft in het bijzonder het oog op de categorie der thans pim. 17 tot 26-jarigen — wijst een anderen weg, die z. i. uitnemender is.

Het oude Evangelie doet het niet meer.

Het Christendom moet vernieuwd worden, radicaal vernieuwd. Er n^oet een nieuwe Christelijke idee worden „geschapen". De Bijbelsche Boodschap moet worden vertaald en die vertaling moet zorgvuldig afgestemd zijn op het levensgevoel van den jongere van na den tweeden wereldoorlog. Een moderne levens-en wereldbeschouwing is noodig.

Een nieuwe passie, een nieuwe liefde, een nieuwe bezieling. Een modem plan.

Een herboren maatstaf.

Het West-Europeesche vacuum moet plaats maken voor deze nieuwe Christelijke, idee. De situatie is kansrijk, waut in onze generatie leeft een machtig verlangen naar religie.

Over den inhoud van dat vernieuwde Christendom hoop ik u de volgende week in te lichten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1947

De Reformatie | 8 Pagina's

„DE JEUGD IN WEST-EUROPA”, I.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 maart 1947

De Reformatie | 8 Pagina's