GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Kom, Ds Volten, verwonder U!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kom, Ds Volten, verwonder U!

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kom, Ds Volten, verwonder In het „Gereformeerd Weekblad" schrijft Ds H. Volten: „Deze drie zijn voor mij te wonderlijk, ja vier, die ik niet weet: een dominee, die zijn gebed op papier heeft, ' een graf redenaar, die zijn deernis voorleest; een puber, krank van liefde, die een wiskundesom moet oplossen en een kerk, die naar hereeniging dorst, maar alleen schriftelijk contact wenscht".

De Heer Scheps, die eenige jaren geleden brieven placht te onderteekenen met „Uw bezwaarde medebroeder", maar die thans de opvolgster van hem bezwaard makende synodes ververschingen aanbiedt, nam deze naar het Spreukenboek riekende, maar dan ook slechts riekende, wijsheid van Ds H. Volten in de moppentrommel van zijn Kerknieuws over onder het opschrift:

De Pastor, die het niet weet.

De Pastor, die het niet weet. Dat opschrift komt ons treffend juist voor. Want Ds H. Volten wéét het niet.

We hebben een vrouw gekend, die door haar man verlaten was en ook een wettigen scheldbrief ontvangen had. Hoewel zij een goed geweten had en meende aan het haar ten laste gelegde onschuldig te zijn, had haar echtgenoot voor de goden, de rechters, in wier vergadering God Zelve gezeten is (Psalm 82) bezworen, dat zij hem ontrouw geworden was en scheurmaking had bedreven, zoodat hij, zij het met diep leedwezen, genoodzaakt was haar van zich te laten.

Zoo stond het, zwart op wit, in de stukken. En dienovereenkomstig had ze een naam gekregen. Na eenige jaren zocht de man, gelet op de in zijn gezin levende begeerte naar hereeniging contact en verzocht zijn voormalige echtgenoote om een samenspreking.

Deze zocht naar de in den tijd voor de officieel uitgesproken scheiding gevoerde correspondentie en naar den scheldbrief. Het oude zeer, dat haar toch al dagelijks plaagde, werd weer wakker. Daar stond het: schuldig bevonden aan scheurmaking, ontrouw. Behandeld was ze — als een slet. En toen ze al deze dingen wéér overdacht was de vrucht van die overdenking nu niet bepaald, dat ze ging „dorsten naar hereeniging". Intussehen: zou hij misschien veranderd zijn? Zou hij, die haar „met diep leedwezen" had laten gaan, thans met écht leedwezen naar haar terug verlangen? . Hij wilde spreken. Maar waarover? Over de eigenlijke oorzaken der geslagen breuk? Zooals die in de officieele papieren waren vastgelegd? Of zou hij alleen willen praten over de wanorde, die er sedert ze van hem was heengegaan — zoo durfde hij schrijven! heengegaan! — gekomen was in zijn huis? Dat de boel was vervuild en dat z'n sokken niet iheer werden gestopt en dat er nooit meer eten op tijd klaar was en dat de kinderen lastig waren, sinds zij er niet meer was?

U! Ze wilde zich eerst over een en ander vergewissen vóór het tot een ontmoeting kwam.

En ze antwoordde op het verzoek om een samenspreking, dat zij bereid was contact op te nemen, zij het voorshands alleen schriftelijk. En dat het onderwerp der correspondentie primair zou moeten zijn het geheel der uit de officieele stukken reconstrueerbare eigenlijke oorzaken der geslagen breuk.

Wijs heeft D. E. C. dat van die vrouw niet gevonden. Want haar verstand kón weten, dat er sedert de scheiding bij haar man niets was veranderd.

Maar wie volgt de onnaspeurlijke wegen van een vrouwenhart ?

Intussehen had de man aan zijn begeerte naar hereeniging ruimschoots openbaarheid gegeven. Het werd alom bekend, dat hij weer op vrijersvoeten ging, en dat hij dorstte naar hereeniging. Maar vne schetst de verbazing van die vrouw, toen zé op zekeren dag vernam, dat haar man na ontvangst van haar antwoord, overal liep rond te vertellen: „daar begrijp ik nu niets van: een vrouw, die naar hereeniging dorst, maar alleen schriftelijk contact wil".

Zóó, Ds H. Volten; zóó Mijnheer Scheps, is de situatie.

Er is een kerk in Nederland, die door een andere gemeenschap, de Uwe, officieel is uitgedreven. Deze kerk heeft nog nooit gezegd, dat zij naar hereeniging dorst, maar ze heeft de mogelijkheden daartoe desondanks geopend, schrilrtelijk contact voorshands en indien dat schriftelijk contact vruchtbaar mocht blijken, mondelinge samenspreking daarna.

En er is ook een kerk in Nederland, die luide heeft verkondigd naar hereeniging te dorsten, maar die den eersten stap om tot die hereeniging te komen: voorshands schriftelijk contact, weigerde te doen.

Dat is de kerk van den Heer Scheps. En van Ds H. Volten.

Deze laatste, over deze-dingen schrijvende, bidt om hereeniging. Maar naar het ons voorkomt als „een dominee, die zijn gebed op papier heeft". Hii geeft uiting aan zijn deernis om de geslagen breuk. Maar naar het ons voorkomt als „een grafredenaar, die zijn deernis voorleest". Hij werpt zich op het vraagstuk der hereeniging. Maar naar het ons voorkomt in de gemoedsgesteldheid van „een puber, krank van liefde, die een wiskundesom moet oplossen".

Want er is géén kerk in Nederland, die zegt te dorsten naar hereeniging, maar alleen schriftelijk cpntact wil. Maar er is wél een kerk in Nederland, die zégt te dorsten naar hereeniging, maar géén schriftelijk contact wil. Ook geen letter schrift!

KOM, "DS H. VOLTEN, VERWONDER U!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's

Kom, Ds Volten, verwonder U!

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 september 1949

De Reformatie | 8 Pagina's