GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 234

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 234

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Drs. D. Mulder (verenigingslid UR):

Prof. dr. E. Boeker (natuurkundige):

1. 'De Universitaire Wetenschap heeft een dienende taak voor de totale samenleving. Dat geldt met name voor de VU en spruit voort uit haar grondslag en doelstelling. 2. Het is echter niet alleen de taak van elke (deel) discipline afzonderlijk. Het is waarschijnlijk zelfs zó, dat een afzonderlijke discipline daarin nooit zal slagen zonder daarbij de andere disciplines te betrekken. 3. De Universitaire Wetenschap moet geacht worden daarin beter te kunnen slagen dan een wetenschappelijk instituut van een onderneming, aangezien bij deze laatste een aantal disciplines niet vertegenwoordigd zijn. 4. De realisatie is echter geen sinecure. Het elkaar verstaan is op zich al een probleem in de communicatie tussen verschillende disciplines. Ook bij de VU zal dit ongetwijfeld een probleem zijn. 5. De vraag of de VU niet wat is afgeraakt van haar oorspronkelijke doelstelling suggereert echter dat begrip voor deze zaken zou ontbreken. Mijn indruk is dat het verantwoordelijkheidsbesef voor de samenleving beslist wel aanwezig is, maar dat de realisatie verre van simpel is. 6. Het instellen van interdisciplinaire werkgroepen ware te overwegen. Bij de VU zou daarbij ook de Vereniging waar de VU van uitgaat erbij betrokken kunnen worden. Hierbij ware ook te denken aan technische disciplines die als zodanig niet bij de Universiteit aanwezig zijn.'

'In het belangrijke betoog van Hoefnagels zijn m.i. twee punten te onderscheiden: 1. De opleiding in een der hedendaagse wetenschappen is zo toegespitst op de methoden en technieken van dat ene vak, dat de student geen weet krijgt van de functie van dat vak in de samenleving en er evenmin idee voor krijgt hoe dat vak gebruikt kan worden voor de opbouw van een betere samenleving. 2. De methoden, technieken, prioriteiten, probleemstellingen van de afzonderlijke wetenschappen zijn zo verweven met de hedendaagse kapitalistische maatschappijstructuur dat de beoefening van die wetenschappen de status quo bevordert; een andere maatschappij zal andere wetenschap kennen. Met het eerste punt kan ik het in grote lijnen eens zijn, al moet gezegd worden dat er aan sommige Universiteiten en ook aan de VU onderwijsprogramma's zijn die de studenten beter pogen te vormen; binnen de faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen is daartoe juist een hoogleraar benoemd, Dr. M. J. S. Rudwick, terwijl de uitbreiding van zijn staf wordt gepland om de integratie binnen de studieprogramma's zo sterk mogelijk te maken. Uit de manier waarop dat zal lukken zal het functioneren van de doelstelling van de VU duidelijk kunnen worden. Het tweede punt is een intrigerende vraag. Men heeft vroeger op soortgelijke gronden als Hoefnagels wel gemeend dat er een Christelijke Natuurwetenschap zou bestaan. Daar is niets van gekomen. Binnen de gedachtengang van Hoefnagels zal dat toegeschreven moeten worden aan het feit, dat het Christendom zich aan het kapitalisme heeft geconformeerd. Zelf heb ik op dit punt nog geen afgerond standpunt. Het lijkt mij wel duidelijk, dat de prioriteiten, die men stelt bij zijn wetenschapsbeoefening, en trouwens bij de inrichting van zijn hele leven, samen zullen hangen met de maatschappijvisie en de levensbeschouwing die men heeft. Of dat ook zijn invloed heeft o p \ l e methoden en technieken, die men bijvoorbeeld in de natuurwetenschap moet hanteren, weet ik (nog) niet. Ik hoop dat mijn antwoord zo uitvoerig genoeg en helder is.'

'Herkent u het hier geschetste beeld van de universiteit van vandaag en kan dat ook slaan op de VU? Indien prof. Hoefnagels' toorn billijk is ontstoken, is de VU dan niet wat afgeraakt van haar oorspronkelijke doelstelling?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 234

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's