Confidentie - pagina 22
18 aan
zei,
om
zelfbeheersching,
manlijken ernst en humaniteit
het zeerst gespeend zijn geweest, wat een reeks moderne
predikanten uit wrevel tegen
hun onbehagelijk e en gewrongen
vooral in provinciale en andere bladen, maar ook in
positie,
maandschriften
en
periodieke
brochures,
ting tot schande, dorsten neerschrijven. dat
onder den
ik
van Fata
titel
hun
eigen rich-
Vooral een stukske,
Morgana
in het Kcht
zond, schijnt diep gewond, en daarom tot dubbele bitsheid
geprikkeld te hebben.
Aan mijn ambtgenoot van Gorkom
schijn ik, tot mijn spijt,
van
twisten,
minste nobel
nigst, het
invective
maar
las,
de droeve eer niet te
den ten-tijdschrift,
te
zijn
,/
krabben
vond
men
en
en
in
deze
dat
ik,
Niet dat ik zijn het stu-
pamflettist
zijn kritiek
onder
op mij, lust heeft
het fatsoenlijke plukharen
dit
en
het exemplair
tot
ongeestelijk bedrijf
vreemdt het
Gorkom's
geschrijf
„los'^
ik
mij
en
derneii
ridderlijke
Komt
vrij
vrucht
geweten
—
king!
beiden,
vens,
bodem mijner
belooft,
de
ik mij
Gorkom
en
ziel
ik acht,
dan
ik
geen
i
e t-lezen tot
gezegd.
antikritiek
heeft dit niet repliceeren
niemand met een
mij niet in verzoe-
mist
Gij
bit-
een akker vindt, die
dat
leid
zelfbeheersching
zei ven
n
Ik weet, dat het zaad der
bidden mag: Heer!
die
waarom
Toch
hebben, lieve
dat de uitval tegen alle
stel
zulk een geschrijf onaangeroerd te laten. heer van
te
er iets tegen mij uit,
costumen zondigt, dan
terheid ook in den
goede
een stuk als van
het onderhavig geval, rao-
dan, gelijk in
orthodoxen
Ik ken mijn hart.
plicht.
zei,
gelezen
niet
zijn
naam in Of be-
van anderen, uit wat hoek de wind waait,
eerst
zeggen
en
zijn
mij allezins rechtgevend.
vriend, ik doe dat nooit.
hoor
noemen van
dat ik zoo ter loops
u,
—
houden
studenten anders ook wel. Het moet dus exceptioneel
geweest
be-
en snijden en doorsnijden, ''
bijten
van
weet
geweest.
Vox Studiosorum,
in de
mijn Collegen, ook blijkens in
mogen
dezen wedstrijd der vinnigheden, het vin-
in
om
het gif van
Ik heb
dit
den
begrijpt hieruit te-
gaf.
nog een anderen grond. Mijn
trouwe vriend en leermeester, de hoogleeraar M. de Yries,
te
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1873
Abraham Kuyper Collection | 124 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1873
Abraham Kuyper Collection | 124 Pagina's