Is er aan de publike universiteit ten onzent plaats voor eene Faculteit der Theologie? - pagina 37

37

vatting van

het

Protestantsch beginsel

hier

lande bestaat, het

te

ééne puur negatie f' tegenover Kome, en voorts rationalistisch; evenzeer

andere

maar

keerd,

Nu

iJosilief zijn

men

heeft

Rome en

tegenover

negatie/'

het

het

rationalisme ge-

Wunnl can God.

sterkte vindende in het

^)

reeds in de dagen van Oldenbarnevelt gepoogd door

de benoeming van Prof. Vorstius deze rationalistische opvatting van te doen vinden; maar onderde leiding van Oranje en de diepe verontwaardiging van het gereformeerde volk, is deze aanval destijds afgeslagen. Niet met de woorden

het Protestantsch beginsel hier te lande ingang

van Voetius, die partijdig kon schijnen, maar met wiens naam zeggen wat

men

en gezag

negatieve

dit

zoo gaarne tegen ons

Protestantisme

die

van Coccejus,

uitsi)eelt, zal ik

u

onzent reeds destijds

ten

bedoelde. In zijn op 2 Juli 1G44 gehouden lijkx^ede op den Franeker

hoogleeraar

Maccovius zegt Coccejus van dezen scherpzinnigen

lecticus dit: ,/Maccovius' bloeitijd viel in die bange, netelige

toen zijn

dagen ...

.

wanden van de Gereformeerde kerken mannen

binnen de

er

dia-

opgestaan, die, eerst bedektelijk, toen openlijk, het Libertijnsch

dreven; hierin bestaande,

beginsel

wilden,

waanii plaats zou

nominaal Christus

haar hoofd, maar door

zou gedoogen, maar naast deze

men

waarvoor

belijdenis der vaderen

spel zou laten aa)i alle

vrij

zich

van dwingelanden

ee)i college

men óók nog, ja de

zou geregeerd laorden, en luaarin

of inzicht,

van lieden, mits ze

Christendom beleden; een kerk, die niet door

slechts zeker

als

een nieuwsoortige kerk

dat ze

zijn voor allerlei slag

meening

eenige opvatting van de Schrift

op

of op eenige historische traditie beroepen kon; ja, waarin plaatsruimte

wat zou zijn zelfs voor hen die alles afbraken en ontkenden met eenig aan de rede of de Schrift ontleend schijnargument kon aangetast worden, en die aan dit streven den weidschen titel gaven ,

,

van

verdraagzaainheid en irenisch bedoelen; zich daarbij beroepende

op de vrijheid van onderzoek,

om hun

en daarbij uitgaande van den de

almacht van

(1)

Da

(2j

CoccECi,

graphieën

Costa. Protest.

Amst. H. Hövekcr 1848,

opgeven).

Dr

illud

reformatae,

letterlijke

63a.

p.

des

wil

genade oidslagen

Opera oninia, Tom. VI

cursus in tempus Ecclesiae

Gods

leervrijheid te rechtvaardigen,

vrijen

p.

menschen,

worden"

Ie

.

.

(in

om van Wat nu

G.

Tuin.

(Niet

woorden van Cocceius

durum et difficile. qui primum occulte,

^).

qnol.

.

.

VIII,

i-'<'li.jl<

alle bio-

liiidi'ii:

„Incidit eins

invrnliMiut

iiitrn i);irietes

deinde apertt;

I.iiiei-iinisnnini

partn-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen