Van de kennisse Gods - pagina 335

!

DE ZEER OVERVLOEDIGE FONTEIN ALLER GOEDEN. 333 doods, biedt,

en ook de ongelukkige, wien de wereld niets meer openbaart vaak een zoo hartstochtelijk, koortsachtig

verlangen

om

ring vervult.

geheele

te blijven leven, dat het schier

En

wereld,

grijpende

:

„Wat

baat het een mensch,

met verwondeal

gewon

en leed schade zijner ziele?"

vraag van Jezus,

om

het leven der

is

hij

de

de aan-

ziel als dier-

baarst kleinood te waardeeren.

De dood is de allerzwaarste straffe Gods voor de zonde, tegen de Allerhoogste Majesteit bedreven, en het leven was Adam, bij getrouwe wetsvolbrenging, voorgehouden. Daarom is het leven, het eeuwige leven, ook de grootste genadegifte, door Jehovah in Christus aan Zijn

het heerlijkste loon, aan

volk gegeven. „Dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, den eenigen en waarachtigen God, en Christus Jezus, dien Gij gezonden hebt." Zoo treffend schoon is het hierom in de Confessie gevoeld, waar zij Gods Naam uitroept in het leven, dat zij aldus van

Hem

gewaagt

als

goeden, omdat

alle

van de zeer overvloedige Fontein aller goed in het leven is inbegrepen, en God de Heere de immer wellende Bron van het leven, de eenige Fontein en Springader van alle heil is. Het leven is het licht der menschen. En omdat God de Fontein des levens is, ontvouwen wij Zijn lof, en noemen' Hem een goedertieren Vader en milde Zegenader. Wij loven Hem met 6 diepst

ontzag, dewijl Hij ons overlaadt

wijzen, en ons schenkt,

uit

met

goedheid zonder

zalig leven.

Looft God, de Bron van het leven

Zijne gunstbepeil,

het ecuwig,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen