Officieele Berichten

Donderdag 20 Juni a.s. zal D.V. te Rotter dam de jaarlijksche Provinciale Diaconale Conferentie der Gereformeerde Kerken in Zuid-Holland worden gehouden.

De Conferentie heeft plaats in het Kerkeraadsgebouw Ammanstraat 25, en duurt van 10 tot 5 ure.

Behalve een elftal vraagpunten, beginsel en practijk van der diakenen ambt rakende, komt op het agendum voor een referaat van den VVeleerw. ^ heer Ds. H. G. van den Brink, Predikant'te Rotterdam, over het onderwerp; „Langs welken weg is meerdere ontwikkeling van het Diaconaat te verwachten ? "

Toegang tot de Conferentie hebben alle Dienaren des Woords, Ouderlingen, Diakenen en Leden der Gereformeerde Kerken in Zuid-Holland.

Exemplaren van het agendum en van de stellingen, welke de geachte referent zal ontwikkelen, zijn in de vergaderzaal verkrijgbaar. Wij wekken tot getrouwe opkomst op.

Classis Amsterdam.

De Classis Amsterdam examineerde den 5 Juni praeparatoir den candidaat H. Ph. Ingwersen, en stelde hem beroepbaar in de Geref. kerken van Nederland. Zijn adres is te Watergraafsmeer.

S. O. Los, Scriba.

Kort verslag van de samenkomst der Gereformeerde Kerken in de

Classis Utrtcht op Woensdag 29 Mei 1901.

Ds. van Minnen opent de samenkomst op de gebruikelijke wijze, en heet Ds. A. L. Ruys, Dienaar des Woords van de Kerken van Montfoort en linschoten, die voor 't eerst ter vergadering is, hartelijk welkom.

Al de Kerken der Classis zijn vertegenwoordigd door 31 gedeputeerden, onder wie ook een tweetal Diakenen, aan wie zitting met keurstem wordt verleend.

Het moderamen bestaat uit de BB. van Velzen, die naar toerbeurt Praeses, Ds. Ruys, die, als de laatste in de classis ingekomen Dienaar, Actuarius is, als Scriba en Ds. Buitenhuis als Assessor.

De praeparatoire examinalie van den cand. Esser wordt geregeld.

Een gedeelte van de Notulen wordt gelezen.

De stukken van den cand. B. J. Esser zijn ter tafel en worden in orde bevonden. Dr. Honig examineert exegese O. T. (Jes. 40); Ds. Klaarhamer exegese N. T. (i Petri 2); Ds. Barger Dogmatiek. De geëxamineerde draagt daarna een gedeelte»voor zijner leerrede over Ps. 23 : I.

Hem wordt toegestaan in de Geref. Kerken te proponeeren en naar de bediening des Woords te staan.

De lezing der Notulen wordt voortgezet. De Notulen worden goedgekeurd en geteekend.

De Praeses doet de vragen naar Art 41 K. O. en Art. 25 Classic. Regeling.

De Kerk van Harmeien vraagt dat de Classis haar toesta Ds. Lonkhuij/ien van Wilnis voor de tweede maal te beroepen.

Het verzoek van Harmeien wordt, de toelichting gehoord, ingewilligd.

De Kerken van Montfoort en Linschoten ontvangen advies in zake het recht tot afvaardiging van d"; n Dienaar des Woords ter Classicale vergadering.

Der Kerk van Amerongen wordt advies gegeven in zake de toepassing van de 2 de vermaning naar art. 77 K. O.

De Kerk van Utrecht doet mededeeling van den stand der correspondentie met de Geldersche Kerken over samenwerking in de Zending.

Op voorstel van de Kerk van Utrecht'wordt besloten der Javaansche Kerk te Poerworedjo voor den bouw van haar Kerkgebouw te hulp te komen. Een som van / 400 wordt voor dit doel bestemd. Aan de Kerk van Utrecht wordt verzocht dit bedrag over te maken.

De Kerk van Vreeswijk vraagt, of niet, onafhankelijk van de medewerking van de Geldersche of andere Kerken, zekere voorloopige regeling voor saamwerking in de Zending van de Classis met de Kerk van Utrecht zou mogelijk zijn. Wordt niet wenschelijk geacht thans dergelijke regeling te zoeken.

Het voorstel van Utrecht, dat de Kerken der Classis, zoo ze gevolg wetischen te geven aan het desbetreflend verzoek van het Bestuur van het Christelijk Nationaal Boeren-Comité, een dag bepalen voor een ure des gebeds voor Transvaal en Oranje-Vrijstaat, wordt verworpen.

Besloten wordt daarentegen, door den Kerkeraad van Utrecht tot Deputaten van de Classis 's Hage het verzoek te richten, dat door hen op een Zondag een ure des gebeds in al de - Kerken worde uitgeschreven, en indien Deputaten aan dit verzoek ni-t voldoen, een ure des gebeds te houden op een Zondag, door den Kerkeraad van Utrecht te bepalen.

Ds. Buitenhuis houdt zijn referaat over de vraag: „Hoe moet door de Missionarissen op 't zendingsveld onzer Kerken worden gehandeld bij Doopsbediening, Bediening des H. Avondmaals. Huwelijksbevestiging enz., zoolang nog Javaansche Liturgische Formulieren ontbreken? "

— Hij beantwoord de vragen: i. Hoe ontstaan dergelijke Formulieren ? 2. Waartoe dienen ze ? en 3. Hoe handelden de Geref. Kerken tevoren in dergelijke gevallen ?

Referent vat zijn referaat saam in de volgende stellingen:

I.

Lit. formulieren zijn, naar Gods Woord, niet beslist noodzakelijk tot bediening der Sacramenten en ter bevestiging van dienaren des Woords, ouderlingen en diakenen en huwelijken.

II.

Lit. formulieren mogen niet dienen om dogmatische quaesties uit te werken of dwalingen en ketterijen rechtstreeks te weerleggen, maar moeten strekken tot onderwijzing der gemeente, om haar meer en meer tot recht verstand van de sacramenten en van de beteekenis der ambten en van het huwelijk te brengen.

III.

In de samenstelling en vaststelling der Lit. formulieren voor de verschillende kerken der Reformatie hebben wij de historische leidingen Gods op te merken en de formulieren onzer Geref. Kerken inzonderheid, als kostbare documenten, als een heerlijke erfenis onzer vaderen te beschouwen, al blijven zij ook als menschenwerk voor verbetering vatbaar.

IV.

Aan alle kerkengroepen verblijve het onvervreemdbaar recht zich over den vorm en den inhoud barer Liturgie uit te spreken.

V.

De kerken hebben zich eerst in hare Confessie uit te spreken, alvorens zij tot een vasten vorm van haren cultus kunnen komen.

Het Rapport van D. D. Honig en Barger over de vraag: of het vroeger door een der Kerkeraden (in een bekende tuchtzaak) gerapporteerde in overeenstemming is met Artt. 76 en 77 K. O., wordt aangehouden.

De Archivaris rapporteert van zijn werkzaamheden.

De vacature-diensten blijven geregeld als ter vorige vergadering.

De Zendingsdag zal D. V. 28 Aug. of 4 Sept. gehouden worden te Zeist. Aan D.D. Honig, Barger en Bouma wordt de voorbereiding en regeling opgedragen.

Aan de Kerken wordt gevraagd, welken steun ze aan de Kerk van de Bilt kunnen bieden ter beroeping van een Dienaar des Woords.

Al de collecten blijken gestort behalve die van Utrecht, Doorn, de Bilt, Linschoten, Montfoort en Harmeien voor 't Studiefonds.

Na omvraag, gaat de Praeses voor in dankzegging en sluit Z.Eerw. daarna de vergadering.

In naam en op last der Classis:

K. FERNHOUT MZ.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen