INGEZONDEN STUKKEN.

(Buiten verantwoordelijkheid van de Eedactie).

Geachte Redactie

Met belangstelling las ik uw artikel: „De nieuwe koers" (II) in de Heraut van 8 Oct. 1.1. Reeds in het begin van 1900 heb ik de leiders der verschillende Christelijke parijen in on land opgewekt, om samenwerking met elkander te zoeken ten einde met vereenigde kracht het ongeloof ook op politiek terrein te wederstaan. En een vrucht van mijn initiatief is geweest de coalitie der Chr. partijen, die nu zoo jammerlijk verbroken is. Den val van ons Christelijk ministerie betreur ik en had ik ook niet verwacht. Het Kerkelijk vraagstuk heeft den t partijen links de overwinning bezorgd en de eenheid der Christelijke partij.n doen splijten. Groen achtte de oplossing van het Kerkelijk vraagstuk nog meer urgent dan de oplossing van het onderwijs-vraagstuk. De organisatie van 1816 heeft de zonen van hetzelfde huis uit elkander gedreven en broeders van elkander vervreemd. Van harte ben ik het met u eens, waar u schrijft:

„Die valsche organisatie is daarom de kanker, die ons kerkelijk en politiek leven verwoest. Zij is het, die de Gereformeerde broeders verdeeld houdt en hun kracht verbreekt. Onze invloed op het volksleven, die, mits we vereenigd waren, zoo groot kon zijn, wordt daardoor ondermijnd. En beterschap is niet te wachten vóór dit struikelblok uit den weg is geruimd.”

Gelukkig is er in de Ned. Herv. kerk een beweging op touw gezet tegen die organisatie en ook de Heraut kan die beweging steunen, door er niet geringachtend, maar waardeerend over te schrijven. Ik erken het goed recht der afscheiding van 1834 en der doleantie van i886, al heb ik nog geen vrijmoedigheid, er mij bij aan te sluiten. Maar toch komt het mij voor, dat als de broeders van 1834 en 1886 hadden kunnen besluiten, in de Ned. Herv. Kerk te blijven, wij de organisatie van 1816 al lang kwijt waren. En indien het den Gereformeerden mogelijk was, in massa tot de Ned. Herv. kerk weder te keeren, dan is het mijne overtuiging, dat dan de dagen der organisatie van 1816 geteld waren.

De jongste uitspraak der Hervormde Synode in de zaak van Dr. Bahler zal deze organisatiebeweging in de Ned. Herv. Kerk geducht versterken. Zulke beslissingen moet die Synode juist nemen, om aan de Ned. Herv. geloovigen de oogen te openen. En ik wensch die Synode niets vuriger toe, dan dat ze, hoe eerder hoe beter, haar eigen graf grave.

De organisatie van 1816 moet vallen. „Als de Ned. Herv. Kerk wederkeert in het voetspoor der vaderen, " zoo ongeveer heeft Dr. A. Kuyper eens gezegd, dan zou ook Z.H.Gel. tot die Kerk wederkeeren. Als de organisatie van 1816 verdwenen is, dan is demogelijkheid geopend, dat de Gereformeerden in en buiten de Ned. Herv. Kerk weder vereenigd worden. En dan is ook het gevaar geweken, dat ze elkander op politiek terrein in de wielen zullen rijden.

Om de éénheid aller Gereformeerden in ons goede land te kunnen verkrijgen, moeten zij elkander nu reeds leeren waardeeren en verdragen. Ze moeten inzien, dat de strijd des eenen, ook die des anderen is. Men moet niet meer handelen, als men hier te St. Jacobi parochie doet, waar de Gereformeerden (in weerwil der samenwerking, die er op initiatief van den Geref. predikant tusschen mijn schoolbestuur en de Geref. schoolvereeniging is tot stand gekomen en die wel omschreven is) met eene vrijmoedigheid, die mij verbaast en ontroert, het meerendeel hunner kinderen naar de ; openbare school zenden en men mij dikwijls als een vijand behandelt. Als de Geref. predikant alhier broederlijk jegens mij gezind was, dan zouden deze misstanden niet voorkomen.

„De oplossing der kerkelijke kwestie schijnt ons daarom van het hoogste belang", schrijft u. Ik ben het geheel met u eens en daarom zou ik o, zoo gaarne zien, dat de Gereformeerden buiten de Ned. Herv. kerk, de Ned. Herv. Gereformeerden in hun kerkelijken strijd aanmoedigden en steunden. „De eenheid der Gereformeerden op kerkelijk en politiek terrein" dit moet ons ideaal en onze leuze zijn. Met dank voor de opname dezer regelen ben ik na heilb. en vriendel. groete.

U. Ed. dw. dnr.

H. d. C. School.

St. Jac. Parochie, 9 Oct. 1905.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen