Een heusche Universiteit.

Amsterdam 8 Dec. 1905.

Aan waardeering van de Vrije Universiteit in de toongevende kringen der Hervormde Kerk zijn we niet verwend. Zelfs bij het jongste feest onzer Hoogeschool was het de Hervorming alleen, die haar het eeresaluut bood.

Toch meene men daarom niet, dat de kerkelijke bladen hier altijd juist weergeven, wat in de gemeente omgaat. Integendeel. Ook onder de broeders in de Hervormde Kerk zijn er nog velen, die den arbeid der Vrije Universiteit hoogelijk waardeeren, en tegen de miskenning haar aangedaan opkomen.

Teekenend is daarom het protest, dat een Hervormd Gemeentelid aan de Zondagsbode voor de Nederduitsche Hervormde gemeenten in den ring Schiedam zond:

De Vrije Universiteit moge dan naar de op vatting uwer redactie geen groote en heusche Universiteit zijn, maar het is niettemin een feit, dat door haar geen Leeraars worden gekweekt, van wie later te verwachten zou zijn dat zij, in Synode ve gaderd, de Gerefor meerde Kerk een slag in 't aangelicht zouden geven als door de Haagsche Synode aan de Herv. Kerk is toegebracht door haar uitspraak in de bekende zaak Bähler.

Dat men toch in dezen tijd niet roeme over die groote en heusche Universiteiten waar mannen gekweekt worden, die later leden der Haagsche Synode geworden, in plaats van voor de geestelijke belangen der Herv. Kerk te waken, toelieten dat, zooals onlangs door Ds. O. zeer juist gezegd is, die kerk een draaimolen werd, waarin ieder meê kan draaien als hij de entree maar betaalt. En hiervoor nu behoeft ten aanzien van de Vrije Universiteit geen vrees te bestaan.

Want èu de Vrije Universiteit èu de Synode der Gereformeerde Kerken putten uit andere bron bij de handhaving der geestelijke belangen harer Kerk dan de Haagsche Synode gewoon is te doen.

En daarom was het geen wonder, dat in 1886 duizenden aan de Herv. Kerk ontvielen, waardoor aan die Kerk zooveel bloed werd afgetapt, dat zij nooit weer op hare krachten zal terug komen.

Het leven is er dan ook zoo goed als uit. Hier en daar nog een levensteeken in den vorm van een protest, dat door de Synode wel naar de snippermand zal worden verwezen.

En ginds en ver nog een roepen om „reorganisatie", wat ook een „ijdel roepen" zal blijken te zijn.

De Herv. Kerk, in haar geheel genomen, is niet meer vatbaar daarvoor, want duizenden harer leden gevoelen niets van den treurigen toestand die er heerscht.

Van de kansels nooit een woord daarover en zoo blijft de Gemeente voor een groot deel onkundig.

En kerkeraden gaan maar voort met de ongerechtigheden der Synode tegenover de Herv, Kerk te bestendigen.

Met hoogachting.

M. OTTEVANGER

Lid der Herv. Kerk.

Wanneer de redactie hierbij aanteekent, dat „eene heusche Universiteit eene inrichting is, op (sic!) welke alle faculteiten zijn vereenigd" en daarom de Vrije Universiteit geen heusche Universiteit kan worden genaamd, dan geeft ze daarmede blijk, van de historie der Universiteiten al bitter weinig studie te hebben gemaakt.

In België, Frankrijk, Engeland, Amerika enz., vindt men tal van Universiteiten, die slechts uit drie of vier faculteiten bestaan, zonder dat iemand er aan denkt deze Universiteiten niet als „heusche Universiteiten" te beschouwen.

Blijkbaar heeft de redactie, wier kennis van onze Nederlandsche taal al evenmin schitterend is, geheel vergeten, dat een volledige en een heusche Universiteit niet hetzelfde is.

Een mensch zonder armen en beenen is heusch een mensch, ook al zal niemand hem een volledig mensch noemen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen