GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De finantiëele nood onzer predikanten.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De finantiëele nood onzer predikanten.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

V.

Ernstige overweging verdient de vraag, of hetgeen de Vrije Kerken in Schotland deden om de predikantstractementen te verbeteren, ons geen voorbeeld ter navolging zou kunnen zijn.

Aan Schotland voelen we in menig opzicht ons nog altoos nauw verwant. Ook daar, evenals bij ons, heeft de Calvinistische Reformatie .haar stempel zoo diep op den volksgeest ingedrukt. Bij geen volk, zoo ge Nederland uitzondert, heeft het Calvinisme zoo diepe wortelen geschoten als in Schotland. John Knox, de Hervormer van Schotland, is een der edelste en krachtigste gestalten, die uit de school van Calvijn zijn voortgekomen en zijn denkbeelden hebben verwezenlijkt. De Schotsche theologie heeft vooral door haar practische vroomheid uitgemunt, en de werken der Erskine's zijn nog bij ons volk geliefd. De voortdurende worsteling met staatsheerschappij in de Kerk heeft in Schotland een heldengeslacht gekweekt, waar het oog van ieder Calvinist met bewonderenden eerbied naar opziet. En de Convenants, waarbij schier heel het volk zich vereenigde in heilig verbond, om God te dienen naar de zuiverheid van het Evangelie en geen menschelijk juk in de kerk te dulden, behooren tot de schitterendste bladzijden uit de historie van het Calvinisme. En al mag in later tijd die stoere Calvinistische geest vooral onder den invloed van de zoogenaamde „Moderates" bij de rijkere bevolking zijn verzwakt, in de hooglanden van Schotland leeft nog een geslacht, dat de hooge traditie van het Calvinisme in eere houdt.

Opmerkelijk is het dan ook, hoe juist in Schotland, reeds in het midden der 18 de eeuw, het verzet tegen de staatsbemoeiing met de Kerk, geleid heeft tot het stichten van Vrije Kerken, die niet alleen de spiritual independance, de geestelijke zelfstandigheid der Kerk, in haar banier schreven, maar ook met beslistheid opkwamen voor het voluntarianisme, d.w.z. voor het beginsel, dat de gemeente haar eigen dienaren te bezoldigen heeft. Juist in Schotland is het eerst gevoeld, dat de fiaantieele afhankelijkheid van de Kerk haar vrijheid belemmeren moest, en men tegen de machtsusurpatie van patronen en Staat niet veilig kan staan, wanneer de Kerk niet finantieeel onafhankelijk werd van elke buiten haar staande macht. Om het „Erastianisme, " d. w. z, de leer, dat de Staat ook over de Kerk te gebieden had, met wortel en tak uit te roeien, hebben deze Vrije Kerken elke subsidie van den Staat afgewezen, en geheel uit eigen middelen voor de bezoldiging harer dienaren gezorgd. Aan deze actie dankten de Secession Church en de Relief Church haar ontstaan, die in 1847 tot de United Presbyterian Church saamvloeide».

Was reeds door de^e separatie een niet onbelangrijk deel der bevolking van de Staatskerk losgeweekt, nog veel machtiger werkte dat proces door in het begin der 19de eeuw, toen onder de geniale leiding van Dr. Chalmers opnieuw de strijd werd aangebonden tegen het patronaatrecht, meer dan 470 predikanten met de Staatskerk braken en de Free Church of Scotland ontstond, die wel de machtigste en invloedrijkste Kerk in Schotland geworden is. Men weet, hoe Groen van Prinsterer zich steeds met voorliefde op deze separatie beriep en daarin het ideale voorbeeld zag, hoe na ernstige voorbereiding van het volk en op een punt, waarvan ieder de billijkheid en rechtvaardigheid kon inzien, de strijd met de Staatskerk moest gestreden worden. Ook deze Vrije Kerk heeft noodgedwongen alle Staatssubsidie moeten prijsgeven en met een offervaardigheid, die ieders bewondering afdwingt, voor het onderhoud van hare dienaren gezorgd.

In beide Vrije Kerken, die aldus in Schotland zijn ontstaan en die kort geleden saamgesmolten zijn, stond men echter voor dezelfde moeilijkheden, waarmede ook wij worstelen. In de steden, waar de bevolking gegoed was, kon voor een behoorlijk tractement wel gezorgd worden. Maar geheel anders stond het in de arme Hooglanden, waar de bevolking ook met den besten wil ter wereld een genoegzaam salaris niet opbrengen kon. Ook daar werd in menige pastorie stille armoede geleden. Om aan dezen onhoudbaren toestand een einde te maken, heeft men toen tweeërlei weg ingeslagen. De Vrije Kerk heeft een generaal fonds gesticht, waaruit alle tractementen betaald zouden worden; elke kerk draagt naar vermogen voor het fonds bij en de Synode verdeelt de inkomsten. Als minimum tractement werd in 1844 een tractement uitgekeerd van 138 pond, maar dit bedrag klom allengs tot 200 pond (2400 gulden). Het gezamenlijk bedrag, dat dit fonds in 1882 uitkeerde, beliep over de twee millioen voor de tractementen alleen. De Vereenigde Presbyteriaansche hield daarentegen vast aan het beginsel, dat elke Kerk in de eerste plaats geroepen is, om zelve voor haar Dienaar te zorgen; alleen indien dit tractement onvoldoende bleek, moest uit een hulpfonds het ontbrekende worden aangevuld; van de 551 gemeenten ontvingen 147 gemeenten zulk een suppletie, waardoor ook in deze Kerk het minimum tractement op 200 pond benevens vrije pastorie is gebracht. Het gemiddelde tractement bedroeg in deze Kerk zelfs 266 pond, d. i. ruim drie duizend gulden.

OiSgetwijfeld moet dus erkend, dat de Vrije Kerken in Schotland het probleem op schitterende wijze hebben opgelost. Een minitnum-tractement van f 2400 benevens vrije pastorie is voor een dorps-predikant iseker niet te laag. Zonder eenige hulp van buiten, hebben deze Vrije Kerkenbaar tractementen zoo hoog weten op te voeren, dat ze die van de gesubsidieerde Staatskerk evenaren of overtreffen. Van armoede in de pastorie is in deze Vrije Kerken dan ook geen sprake meer.

Toch zouden we daarom niet gaarne willen, dat onze Gereformeerde Kerken in Nederland dienzelfden weg bewandelden. In zulk een generaal fonds, waaruit alle tractementen betaald worden, schuilt een zeer ernstig gevaar. Ten deele is dat gevaar wel gebleken, toen de Free Church met de United Presbyterian Church zich vereenigde op voorwaarden, die een deel der gemeenten niet goedkeurde, en waaruit het beruchte proces is voortgevloeid, dat in laatste instantie beslist werd door het Huis der Lords met toewijzing aan deze protesteerende gemeenten van alle bezittingen der Vrije Kerk. Zoodra er conflict in de Kerk komt over de belijdenis, levert een generaal fonds altijd het bezwaar, dat bij zwakkere geesten de tractementsquaestie den doorslag zal geven. Terwijl, ook nog afgescheiden daarvan, door zulk een generaal fonds de zelfstandigheid der plaatselijke Kerk belemmerd wordt en de band tusschen den Dienaar des Woords en zijn eigen gemeente toch weer verslapt. De United Presbyterian Church heeft een veel zuiverder standpunt ingenomen, door als beginsel aan te nemen, dat elke gemeente haar eigen predikant bezoldigt en alleen aan hulpbehoevende gemeenten een subsidie wordt verstrekt.

Bovendien mag ook met reden betwijfeld, of alleen de invoering van zulk een generaal fonds (gesteld dat het geoorloofd ware) ons een stap verder zou brengen tot het begeerde doel. Dat de Vrije Kerk uit dit generale fonds een minimum salaris van ƒ2400 kon uitkeeren, was natuurlijk niet te danken aan het feit, dat alle tractementen uit één fonds betaald werden, maar daaraan, dat de gemeenteleden op zoo milde wijze voor dit fonds bijdroegen. In de Schotsche Vrije Kerk was het besef diep doorgedrongen, dat de predikanten in de arme gemeenten moesten geholpen worden; men verstond, wat de Apostel Paulus zegt, dat wanneer één lid van het lichaam lijdt, alle leden lijden. En toen nu eenerzijds, dank zij de krachtige actie der voormannen, ingezien werd, dat een predikant op een behoorlijk tractement als Dienaar van Christus' gemeente recht heeft, en de Kerk haar dienaren geen gebrek mag laten lijden; en anderzijds de band der saamhoorigheid van alle Kerken gevoeld werd, zoodat de rijkere gemeenten zich het lot der.armere Kerken aantrokken; — toen vloeiden de gaven rijkelijk toe en kwam aan de ellende der lage tractementen een einde. Of men daarom bij ons al den maatregel der Vrije Kerk in Schotland zou willen navolgen, door ook hier zulk een generaal fonds in het leven te roepen, zou niets baten, wanneer de zedelijke actie, die daarmede gepaard ging, ontbrak. Niet door het stichten van dit fonds, maar door de sterke offervaardigheid der gemeenteleden zijn de tractementen op peil gebracht.

Maar al hebben we tegen den weg, dien de Vrije Kerk in Schotland insloeg, zeer ernstige bedenkingen, toch kan dit voorbeeld ook voor onze Kerken nut afwerpen, En wel in drieërlei opzicht.

In de eerste plaats, omdat het onze Kerken leeren kan, wat men onder een behoorlijk tractement te verstaan heeft. Wie in ons land voorstelde, de minimum-tractementen op f 1500 te brengen, zou reeds een kreet doen opgaan: dat is onmogelijk. En in Schotland is het minimum-tractement op 200 pond, dat is ƒ 2400, gesteld, en de gemeenteleden brengen dat tractement geheel uit eigen middelen op. L'gt dat daaraan, dat de Vrije Kerken in Schotland numeriek zooveel grooter zijn? Zeker, de Free Church wordt gerekend een millioen leden te hebben, maar de Presbyterian Church was in ledenaantal zeker niet grooter dan onze Gereformeerde Kerken; het aantal Avondmaalsgangers bedroeg rond 150000, Is in Schotland de bevolking dan zooveel rijker dan in Nederland? Engeland is rijk, maar Schotland heeft steeds als het armere deel van Groot-Brittannië gegolden. Met name de onvruchtbare hoogvlakten in het Noorden leveren slechts een kommervol bestaan. Niet in de meerdere sociale welvaart der gemeenteleden zit het verschil, maar daarin, dat de gemeenten in Schotland geleerd hebben voor Kerk, Zending, enz. te offeren op een wijze, zooals in geen ander land geofferd wordt,

In de tweede plaats, omdat in Schotland de rijkere gemeenten den plicht erkend hebben, om de armere Kerken te hulp te komen. Zeker, ook in ons land geschiedt dit. Aan hulpbehoevende Kerken wordt door de Classis wel eenige steun verstrekt. Maar bij ons geschiedt dit met mondjesmaat; een paar honderd gulden heet reeds een royale gift. In Schotland heeft men de koe veel flinker bij de horens gepakt, en gezorgd, dat ook de armere Kerken een behoorlijk tractement konden uitkeeren. Niet het minst daaraan is het te danken, dat deze Kerken zich zooveel sterker konden uitbreiden en het aantal hulpbehoevende Kerken slonk. Met een behoorlijk tractement kan men ook een flink prediker beroepen, en een flink prediker preekt vanzelf de Kerk vol.

En in de derde plaats toont Schotland, hoe de gemeente, trots deze groote offervaardigheid, niet verarmd is, maar juist omgekeerd sociaal vooruit is gegaan. De belofte des Heeren is ook hier in vervulling gegaan: „Brengt al de tienden in het schathuis, opdat er spijze zij in mijn huis, en beproeft Mij nu daarin, zegt de Heere der heirscharen, of Ik u dan niet zal open doen d^ vensteren des hemels, en u zegen afgieten, zoodat er geen schuren genoeg wezen zullen".

Trouwens, Schotland is daarvan niet het eenige voorbeeld.

Ook ons eigen land levert daarvan /een exempel.

De Doopsgezinden hebben van den Staat nooit eenige subsidie ontvangen. Heel hun kerkelijk budget hadden ze zelf te betalen. Zelfs wat ze nu aan subsidie ontvangen, is nog maar een bagatel. Zelfs hebben de Doopsgezinden in vroeger eeuw zoo mild opgebracht, dat nog de tractementen grootendeels betaald worden uit de kapitalen, door het voorgeslacht geschonken. En toch zijn de Doopsgezinden daardoor niet arm geworden, maar behooren ze tot het meest welvarende deel van onze bevolking.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 juli 1908

De Heraut | 4 Pagina's

De finantiëele nood onzer predikanten.

Bekijk de hele uitgave van zondag 5 juli 1908

De Heraut | 4 Pagina's