GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vereenigingsleven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenigingsleven.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

MIDDERNACHTZENDING.

Reeds onlangs hadden we, naar aanleiding van het boekje „Na twintig jaar", gelegenheid het een en ander mede te deelen uit den arbeid der Middernachtzendiog. Die moeilijke en zware arbeid, zoo vaak nog miskend en gering geacht, ook door hen, die hem juist door een groote en sterke sympathie moesten helpen steunen en dragen, gaat steeds met gosde resultaten voort.

De berichten uit de afdeelingen der Nederlandsche Middernachtzending-Vereeniging zijn in hooge mate bemoedigend. De eene vesting van de ontucht wankelt en valt na de andere. Doch daarmede mag men niet tevreden zijn, want als hier een vesting zich moet overgeven, wordt ginds een nieuwe gebouwd, en geen groote resultaten kan de middernachtzending bereiken, tenzij de publieke ontucht door haar gemaakt wordt tot een opgejaagd wild, dat geen plaatse der rust in onze beschaafde maatschappij kan vinden.

Daartoe is een heel heir van arbeiders noodig, die echter in niet zóó grooten getale te vinden zijn als wenschelijk en noodig zou wezen. Ieder is trouwens bij lange niet voor den arbeid in dezen tak van het vereenigingsleven geschikt. Juist hier moet de keuze der werkkrachten zoo voorzichtig mogelijk geschieden, want een enkel middernachtzendehng, die niet ter goeder naam en faam bekend staat, kan breede kringen vervullen met antipathie tegen het goede werk. Vooral op dit terrein van Christelijken arbeid moet men, meer nog dan elders, weten, dat de arbeider, die uitgaat, dit doet uit liefde tot Hem, die ook in dezen arbeid de Zender is, en niet uit een zekere zucht, om toch ook eens iets te zien van wat er in de heggen en stegen des levens gebeurt.

De Middernachtzending wordt tegenwoordig onder meer ook bestreden door het tooneel, dat op zich zelf reeds niet geacht mag worden de reinheid van zaden te bevorderen. Terecht wordt er in De Middernach/zendeling de aandacht op gevestigd, hoe in een tweetal tooneelstukken het werk der dienende liefde bespottelijk wordt gemaakt.

Het eerste van die beide stukken is „Het zedelijk bewustzijn" van Albert van Waasdijk, waarin de schrijver hen, die het monster der ontucht bestrijden, schetst als „grove malloten" die .eigenlijk zelt niet weten, waartegen ze tevelde trekken, en spot met de zedelijkheidsdames als met „dames, die van zich weten te doen spreken."

Of de schrijver hierbij gedacht heeft aan he' beruchte geval, dat zich kort geleden heeft voorgedaan in een onzer groote steden, waar door het ontactvol optreden 'van zekere dames zooveel nadeel aan een goede zaak werd gedaan, is ons onbekend; waarschijnlijk is het wel Zeker is echter, dat aan dergelijke gevallen de tegenstanders van den strijd tegen de ontucht schijnbaar zeker recht ontleenden, het streven der middeinachtzending in een kwaad daglicht te stellen.

Vooral in zulke zaken moet men er voor op z'n hoede zijn, dat niet ontactvol worde opgetreden. En bet zal wel niet aan twijfel onderhevig ziJD, dat het verkeerd is, vrouwen met de leiding van de zaken der middernacbtzending te b ilasten, daar door haar zeer licht opgetreden (voidt op een wijze, die wellicht gerechtvaardigd wordt als men alleen de liefde voor een goede zaak la-it spreken, maar niet als men let op de billijke eischen van recht en wet in een welgeordende samenleving.

Moge er alzoo voor den genoemden schrijver eenige aanleiding zijn voor z'n stuk, iets waaraan hij een schijn van recht ontleent, — wai te zeggen van het bekende stuk van dege/ierde schrijfster Reineke van Siuwe, die in haar drama „Oe Zonde" in het derde bedrijf meisjes in een doorgangshuis haar lotgevallen laat vertellen en van directrice en helpsters een beeld ont werpt, dat duidelijk deed zien, welk een voor stelling als van koud, gevoelloos en onchristelijk zij zich maakt van den geest, die in zulk een inrichting beerscht ? Wat daarvan te zeggen, al is het, naar zij beweert, slechts haar doel, de liefdeloosheid, hardheid en minachting der men schen tegenover de fatsoenlijke gevallen vrouw te schetsen!

Het ware zéér goed mogelijk, dat de schfijfster ergens in een inrichting, zelfs in een Christelijke inrichting, een verkeerden geest had waargenomen en dat ze nu, als Van Waasdijk al dan niet opzettelijk doet, ging generaliseeren ten einde op den Christelijken arbeid een on gunstig licht te kunnen laten vallen. Ware dit zoo, dan zou de schrijfster ongetwijfeld bereid bevonden zijn, voorbeelden te noemen, vooral als het haar er om te , doen was, misstanden uit de wereld te helpen. Die bedoeling schijnt echter allerminst voorgezeten te hebben, want, gelijk bekend is, — de zaak is in de Christelijke pers in den breede meegedeeld, — heeft zij niet alleen niet gezegd, op welk gesticht haar critiek doelde, maar heeft zij zelfs volstan dig geweigerd, zich door Ds. Pierson van Zetten te laten overtuigen van haar ongelijk. Het zoeken naar de waarheid speelde bij Mej Reineke van Stuwe blijkbaar geen rol. Het schijnt er haar uhsluitend om te doen geweest te zijn, het tooneellievend publiek te amuseeren, zij het ook ten koste der waarheid.

Op zulke wijze wordt nu de middarnachtsending en andere daarmee samenhangende atbeid der dienende liefde bespottelijk gemaakt. En dat terwijl men overal om zich ziet, hoeveel kwaad het. monster der ontucht allerwegen sticht. Treffend ^ijn de voorbeelden, welke De Middernachtzendeling daarvan mededeelt, treffend echter ook de voorbeelden, hoe door de middernachtzending velun worden gered, die ten doode toe zouden gewankeld zijn, zoo de Christelijke liefde ze niet nog intijds gegrepen had.

Vooruitgang valt in menig opzicht waar te nemen. De vroeger zoo hooggeloofde reglementeering behoort zoo goed als overal tot hel verleden en vindt weinig verdedigers meer. Verordeningen tot het weren van huizen van ontucht worden op hoe langer hoe meer plaatsen ingevoerd. Doch ieder weet, hoezeer ook met steeds grooter driestheid en onbeschaamdheid de ontucht harerzijds optreedt. Eu maatregelen van Regeeringswege tot bestrijding der opgnbare onzedelijkheid en wat daartoe publiekelijk verlokken kan, mogen ondanks den voor-^ uitgang zekerlijk geenszins overbodig worden geoordeeld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 mei 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Vereenigingsleven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 9 mei 1909

De Heraut | 4 Pagina's