Onze volijverige amanuensis
Onze volijverige amanuensis, de heer Van Oversteeg, vraagt ons, of we in De Heraut nog eens de aandacht willen vestigen op het nieuwe gebouw, dat de Vrije Universiteit noodig heeft, om waardig te zijn gehuisvest.
Het ging aanvankelqk zoo goed, en de eerste 10 000 gulden kwamen, dank zij den ijver der studenten, in een ommezien binnen. Maar sinds kwam er stagnatie, en de hoop, dat op de jaarvergadering te Rotterdam de tweede lo.ooo gulden zou worp s g E s t den gestort, werd niet vervuld. En wel dook dezer dagen het persbericht op, dat enkele vrienden bij het zesde lustrum een kwart ton als huidegeschenk wilden geven, maar bevestigd werd dit bericht niet.
Toch zou het jammer wezen, wanneer het keurig plan, dat door H.H. Directeuren ontworpen werd, niet kon worden doorgevoerd. Zou het daarom niet mogelijk wezen, al is het kort dag, dat op den Stichtingsdag onzer Hoogeschool een nieuwe gave overhandigd werd? We twijfelen niet, of wanneer de zaak goed werd aangepakt, zouden er genoeg vrienden onzer Hoogeschool worden gevonden, die gaarne een steen voor het nieuwe gebouw wilden geven En al is het dangeen vijfentwintig duizend gulden, ook een verdubbeling van het reeds verzamelde kapitaal zou van harte welkom zijn.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 16 oktober 1910
De Heraut | 4 Pagina's