GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. Een wereldcongres voor vrij Christendom.

Een drie maanden geleden werd er te Berlijn een „wereldcongres voor vrij Christendom" gehouden. De voorzitter wees er in zijn slotwoord met zekere ingenomenheid op, dat het getal bezoekers tweeduizend bedragen had, waarvan slechts een tiende deel uit theologen bestond, waaruit hij afleidde, dat het bewijs geleverd was, dat het congres „der leekenwereld" belang had ingeboezemd.

Mannen van beteekenis namen aan het congres deel, o. a. de Berlijnsche hoogleeraar HarnacK en de predikant Weinel. Merkwaardig was hetgeen door Harnack betoogd werd over het „dubbele Evangelie." Hij beweerde, dat er reeds in het Nieuwe Testament een dubbel begrip van het Evangelie gevonden wordt, omdat nu eens de verkondiging van Jezus zelf, dan weder de verkondiging van Jezus als Zone Gods, het Evangelie genoemd wordt. Harnack moest niet alleen toegeven, dat het laatste reeds vóór Paulus in de oorspronkelijke gemeente gevonden werd, maar ook, dat beide Evangeliën elkander „zeer nabij komen." Ja hij geeft toe, dat een van de wortelen, waaruit het Evangelie van Jezu.; , als Gods Zoon, ontstaan is, gelegen is in de aanspraken, die de Christus liet gelden. Aan het slot van zijn stellingen sprak Harnack: „Wanneer onvoorwaardelijk daaraan moet vastgehouden worden, dat Jezus een mensch was, zoo staat toch vast, dat God dienzelfden Jezus tot Heere en Christus gemaakt heeft, eii dat het geloof aan Hem, van oudsher kinderen Gods geschapen heeft en nog schept. Zoo is het „dubbele" Evangelie nog even noodig als het vroeger was. Het eerste bevat de waarheid; het tweede den weg om beide te vereenigen in het leven.”

Maar het is toch duidelijk, dat Jezus tot Heer der wereld verheven werd, omdat hij èn God èn mensch was, en dat hij alleen eischen kan, dat men in Hem zal gelooven, als Hij waarachtig God is.

Uit alle verhandelingen bleek het zonneklaar, dat de moderne theologie in Duitscbland, van de geschiedkundige negentiende eeuw teruggekeerd is tot de rationalistische achttiende eeuw.

Nog werd op het congres voor vrij Christendom duidelijk, dat de modernisten tot de denkbeelden van het Jodendom vervallen. Reeds de Marburger docent in de wijsbegeerte. Cohen, beweerde, dat het absoluut geestelijk monotheïsme van het Jodendom, dat eiken middelaar in de gestalte van een hoogeren mensch uitsluit, „redelijk idealisme en enthousiasme schept." „Alleen in sociale zedelijkheid en in wereldburgerlijke humaniteit ademt de levende God, dien de profeten Israels tot God van Israel en tot God der menschheid gemaakt hebben." Een Joodsch theoloog constateerde dan ook eene „weitgehende Uebereinstimmung" van de Joodsche geleerden met de liberale theologie. Het kan ook niet anders. Immers in plaats van den Diieêenigen God, dien de kerk van Christus belijdt, heeft men het unitarisch godsbegrip geplaatst, en daarin stemmen Joden en modernen met elkander overeen. Nu is het wel waar, dat een tweetal leden van het congres een poging waagden, om voor het trinitariseh geloof een lans te breken; maar het feit, dat de Christus beschouwd werd als een voortreffelijk zedenprediker, was niet geschikt om te doen uitkomen, dat het Christendom boven het Jodendom uitgaat. Want ook de Joden houden den Heiland daarvoor.

Doch niet alleen Joden, maar ook de Brahmanen, Boeddhisten, Mahomedanen, ja zelfs vertegenwoordigers van de niet-geloovige gemeenschap der vrijdenkers waren ter vergadering aanwezig en lieten hun woord uitgaan. De secretaris van het congres verdedigde dit met de opmerking dat men uit broederlijke gezindheid en door de overweging, dat de zedenleer geheel afhankelijk is van den vorm der godsdienstige belijdenis, ook niet-Christenen uitgeoodigd had, op het congres voordrachten te houden. Zoo was er een Boeddhist uit Ceylon ter vergadering, die leerde dat het echte Boeddhisme niet anders bracht dan practische zedeeer zonder eenig godsgeloof. En daarom liet ij ook den eisch hooren: „Zend ons geen t issionairs, die alleen het verwoesten van ons eloof op het oog hebben." Een lid van het ongres heeft later beweerd, dat deze Boeddhist ezegd zou hebben: Zend ons geen „zeloten" blinde ijveraars) als zendelingen. Maar dit erandert niet veel aan de zaak. Een zendeling er Christelijke ketk kan geen ander doel ebben, dan de heidenen tot het Christendom e brengen; wanneer hij alleen komt om heidenen wetenschappelijk te ontwikkelen, dan kan hij en naam van Christelijk zendeling niet dragen.

Ten slotte merken wij nog op, dat op het K ongres ook de sociaal-democraat Dr. Mau-d enbrecher het woord voerde, om te betoogen d at nog eenmaal het socialisme de inhoud van o e geheele Christelijke vroomheid wordt, en m an zouden alle vrijzinnigen, wat betreft de s ern van het godsdienstig bewustzijn, met d lkander verbonden zijn, al mocht men in s heorie en begrip uiteengaan. En al, , is het e edurende tientallen jaren gebleken, dat de t ociaal-democratie vijandig tegenover het Chrisendom staat, dit verhinderde niet, dat het B ongres Dr, Maurenbrecher uitbundig toejuichte, en dat de twee volgende sprekers, beiden predikanten der Evangelische landskerk, Dr. Pfannkuche en Lic. Traub, hunne instemming met het gesprokene door den sociaal-democraat betuigden.

Dat aan dit alles een man als professor Harnack mededeed, die om zijn katheder te Berlijn dagelijks honderden theologen vergaderd ziet, is voor Duitschland een veeg teeken. Niet minder bedroevend is het feit, dat dezelfde Harnack, benoemd werd tot lid^van het Spruch-coUegium, het lichaam dat^ uitmaken moet of een predikant, die wegens onrechtzinnigheid aangeklaagd werd, al dan niet in zijn ambt kan gehandhaafd blijven.

Noord-Amerika. Een twijfelaar toegelaten tot den dienst des Woords.

De kerkeraad der Presbyteriaansche kerk van New-York heeft den heer J. E. Steen toegelaten tot de bediening des Woords. Deze heer Steen is een van de drie candidaten, omtrent wier rechtzinnigheid een tijd geleden twijfel rees bij de Presbytery van New-York. In r909 verklaarden zich in genoemde vergadering 37 leden tegen zijne toelating, nu waren er 27 leden die daar tegen stemden. Het komt ons voor^ dat alle leden zich geroepen hadden moeten gevoelen, om den heer Steen af te wijzen. Men oordeele: Gevraagd, wat hij geloofde omtrent de geboorte van den Christus uit de maagd Maria, antwoordde de candidaat, dat hij zich niet vermeten zou, die wondere geboorte van den Christus te ontkennen; maar waar de geleerden het omtrent dit stuk nog niet eens waren, en hij nog niet genoeg gestudeerd had, om voor zich zelven tot eene vaste overtuiging te komen, zoo wenschte bij zijn oordeel over dit punt op te schorten. Doch hij meende, dat het ontkennen of toestemmen van dit leerstuk, geen verandering brengen kon in zijn geloof in de menschwording van Gods Zoon, in Jezus Christus.

Gevraagd, hoe hij dacht over de opwekking van Lazarus, antwoordde hij, dat hij de macht van Jezus, om menschen uit den doode op te wekken, niet in twijfel trok; maar hij wist dat sommige geleerden twijfelden of het Evangelie van Johannes wel een historisch boek was, en daarom wenschte hij weer verschoond te worden van het uitspreken van een bevestigend oordeel. En hiermede nam het Presbytery van New-York genoegen, en zoo zal de heer Steen weldra als predikant bevestigd worden !

The Continent, een liberaal blad, noemt de toelating van dezen twijfelenden candidaat een stap voorwaarts, er bij voegende, dat het wel medelijden gevoelt met die trouwe harten, die hierover smart hebben. De jonge man is weimeenend en „hoog ernstig." Hij moge eenige leerstukken der Kerk betwijfelen, de stukken die hij gelooft, zijn meer in aantal, dan die hij in twijfel trekt.

The Herald and Presbyter denkt er anders over. Dit blad wijst op de uitspraak der jongste „General Assembly" omtrent fundamenteele leerstukken, waaronder ook die welke den heer Steen werden voorgelegd, welke luidt: „Deze leerstukken zijn beleden in de eeuwenoude belijdenis der kerk, en de feiten waarover het gaat, zijn feiten, waarop, onder anderen, het Christendom rust. Niemand die ze ontkent, of ernstiglijk in twijfel trekt, moest toegestaan worden te prediken, of moest niet tot predikant geordend worden." De omstandigheid, dat men toch een jong mensch tot den dienst des Woords toelaat, die deze leerstukken weigert e U belijden, moet de Kerk met zorg vervullen.

Nog zorgelijker vinden wij het, dat de Presbyteriaansche kerk een school heeft, als Union Seminary, waar der studeerende jongelingschap door hoogleeraren de weg van den twijfel wordt gewezen.

Wij beamen hetgeen een inzender in The Continent schreef: „Het in twijfel trekken van de geboorte van onzen Heiland uit eene maagd, terwijl men toch nog beweert dat zijn bloed behoudt of reinigt, is klare tegenspraak. Indien iemand de eene uitspraak van den Heiligen Geest niet gelooft, boe kan hij de andere ge looven, of een ander bewegen zulks te doen? En dan te twijfelen aan duidelijke uitspraken van den Heiligen Geest in het Evangelie van Johannes? Het beweren, dat deze publieke beleedigingen van God, de Presbyteriaansche kerk niet zullen verwoesten, is hoogmoedige waanzin.”

Al deze dingen verwonderen ons niet. Al k sinds jaren hebben wij de ontwikkeling der nv Presbyteriaansche kerk in de Nieuwe Wereld met bezorgdheid gadegeslagen.

— Eene nieuwe beweging op godsdienstig gebied.

Het verschijnsel dat in vele Christelijke v kringen waar te nemen valt, namelijk: het zich werpen op uitwendige zending, hebben ook wij n met belangstelling gadegeslagen. De wereldcon­ d ferentie te Edinburgh gehouden, is daarvan de s vrucht geweest. En met hoeveel sympathie wij z deze beweging, om het Evangelie aan Jood, h Mahomedaan en Heiden te brengen, ook gade­ d slaan, toch rijst bij ons telkens de vraag: Is n het wenschelijk, dat in eeb tijd, waarin de kerken, over het algemeen genomen, inwendig t verzwakken, de arbeid der geloovigen zich M voornamelijk richt op de bekeering der Hei­ e den sche en Mohamedaansche volken?

Het schijnt dat men in de nieuwe wereld c dit bezwaar deelt. Daar is immers eene nieuwe wvvv beweging op godsdienstig terrein waar te nemen. n die beweging spelen mannen de hoofdrol. r was in Amerika een tijd, waarin het scheen lsof de mannen zich aan het kerkelijk en odsdienstig leven onttrokken, om het terrein w vrij te laien voor de vrouw. Hierin kwam t verandering ten goede. De ontwaakte ijver der o mannen is vooral in de zending te zien, ge­ Mkbvbnmv tuige de Laymen's Missionary Movement. De nieuwe beweging beweegt zich echter op het errein der inwendige zending. Men wilmannen en jongelingen die buiten alle gemeenschap even, bearbeiden, om ze, zoo mogelijk, weer n den schoot der Kerk terug te brengen. De ieuwe beweging wordt dan ook aangeduid ls de „Men and Religion Foward Movement." De statistiek toont aan, dat het volk in oenemende mate van de Kerk vervreemdt. ooral geldt dit van de werklieden in de roote steden, en van de bevolking op het latteland, ia de staten van Nieuw-Engeland. ovenal blijkt het, dat zooveel mannen van de erk afdwalen. Men heeft geconstateerd, dat in e nieuwe wereld het aantal vrouwelijke leden er kerken, dat der mannen met drie miljoen vertreft. Drie miljoen meer vrouwelijke dan annelijke leden der kerken! Dit is een toetand, waarover men wel mocht nadenken. En it is gedaan, en daaruit is een beweging onttaan, om de afdwaling van de Kerk te stuiten n de afgedoolden tot de gemeenschap der Kerk erug te brengen.

Nu werd den sssten en zósten Oct. I.l. te uffalo, N.Y., daarvoor eene vergadering ^e houden, waarop ruim driehonderd afgevaardigg w g m den aanwezig waren, die alle kerken die den naam van „Evangelical" kunnen dragen, vertegenwoordigen. Den vergaderden werd vooral op het hart gebonden, de mannen die slechts in naam met de Kerk verbonden zijn, of die geheel van de Kerk vervreemd werden, op te zoeken en te bearbeiden, om op die manier nog te redden wat te redden is. In de resolutiën, welke werden aangenomen, werd uitgesproken: „dat de Kerk van Jezus Christus bet eenige door God aangewezen instrument is-tot behoudenis der wereld, en dat alle organisaties, die tot dit doel medewerken, slechts middelen zijn, waardoor de Kerk haar werk uitoefent". Het doel is, om de mannen en de jongelingschap te bewegen tot persoonlijke aanneming van Jezus Christus. Om dat doel te bereiken, zal vooral aangedrongen worden op het opderr zoeken der Heilige Schrift; men zal ook nadruk moeten leggen op het feit, dat de Christelijke religie de eenige hoop is der wereld, en dat de zendingsarbeid een levend en blijvend element behoort te zijn in het Christelijk leven.

In al de voornaamste steden zullen in het begin van het komende jaar, gedurende acht dagen groote meetings gehouden worden. Deze meetings zullen worden voorbereid o. a, door van huis tot huis de menschen te bezoeken. Op die manier zal men de jongelieden en de mannen trachten op te sporen, die van de Kerk vervreemd werden, en zal men trachten, hen weer onder den invloed te brengen van de Kerk waaronder zij thuis behoorden; zij die nog nooit in verband tot de een of andere Kerk stonden, zal men tot de Kerk pogen te leiden.

Deze beweging heeft vooral tot hen, die tot hiertoe leefden, alsof het woord van Kain hen bezielde: „Ben ik mijns broeders hoeder? " veel te zeggen. Van harte zijn'wij het eens, wanneer de Amerikaansche Wachter hier aan toevoegt:

„De Men and Religion Forward Movement" prikkele ook de leden onzer kerken, om wakker en vol ijver in den dienst des-Heeren te zijn, verzekerd zijnde, dat de arbeid niet ijdel zijn zal in den Heere.”

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 december 1910

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 december 1910

De Heraut | 4 Pagina's