GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vereenigingsleven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenigingsleven.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

WAT DE ZENDING DOET.

XL

Ds. J. A. Schuurman Jobs., evangelischluthersch predikant bij de Evangelische Gemeente te Batavia, heeft in 1869 den eersten stoot gegeven tot de oprichting van een seminarie te Depok, door hem bedoeld als „een degelijk seminarium, waar inlanders opgeleid en gewijd worden tot Christusverkondigers onder hun eigen volk". Hij vroeg 5 ton gouds voor zijn plan, en zag drie ton biieengebracht. In 187a werd een Centraal Comitl voor de oprichting instandhouding van een Seminarium bij Batavi gesticht en in 1878 kon het seminarium worden geopend,

Schuurman's doel is in zoover niet bereikt, dat geen zelfstandig werkende zendelingen zijn gekweekt, maar de „evangelisatie van Indië door het eigen volk" is in sterke mate bevorderd door de opleiding van tal van krachten, die als inlandsche helpers onder leiding van de zendelingen op de zendingsterreinen werk zaam konden worden gesteld. Ieder jaar worden 10 nieuwe leerlingen toegelaten, zoodat, daar het aantal klassen 4 bedraagt, ei steeds niet meer dan 40 kweekelingen zijn.

In 1903 is een enqufite ingesteld naar de al of niet noodzakelijkheid en wenschelijkheid van den arbeid aan het seminarie, een enquête, welke geleid heeft tot de conclusie: „Het Centraal Comité, ., , overwegende, dat, hoewel in het algemeen aan de opleiding op eigen terrein en in de taal des lands de voorkeur wordt gegeven, nochtans, zoolang niet elk zendicgsveld in zijn eigen behoefte aan helpers kan voortien, het seminarie als onmisbaar wordt beschouwd, besluit, voort te gaan met de sedert 1878 gevolgde wijze van opleiding van kweekelingen".

In aansluiting aan deze weinige regelen over deze onderwijsinrichting, willen we thans ook nog eenige andere scholen de revue laten passeeren, die, ze mogen dan ook al van anderen aard zijn dan het seminarie, in zoover er mede op een lijn staan, dat ze alle de zending dienen en wel niet in geringe mate,

In de eerste plaats zij genoemd de Kost-en Dagschool voor Dochters van Hoofden en Aan zienlijken in de Minahassa, te Jomohon, waarvan het laatste ons ter beschikking staande jaarverslag, dat van 1909, opmerkt, dat wie eenmaal de geschiedenis van de zending en die van beschaving en ontwikkeling in de Minahassa zal schirijven, zal moeten rekenen met deze meisjesschol, welke zich reeds vele jaren staande hield, , ja zelfs zoodanige vlucht nam, dat er jiren lang geen plaatsje onbezet bleef én voor iedere openvallende plaats wel twee, drie aanvragen waren. Dit laatste is oorzaak, dat men gaandeweg meer op den stand der aanvragers kon letten en zoo de school beter aan haar doel kon doen beantwoorden. De laatste opgave (Oct, 1910) meldt, dat het aantal leerlingen bedroeg 122, waarvan 97 interne en 14 externe meisjes en 11 jongetjes.

Volledigheidshalve moet hier tevens genoemd worden de Vereeniging voor Javaansche Meisj scholen, die in 1907 \XMX Koningin-Wilhelmin School te Jogjakarta opende, aan welke in Nov. 1909 een internaat werd toegevoegd. Van deze sc& ool, welke volgens de laatste opgaven 31 leerlingen telt, waarvan 14 intern, werd kort geleden uitvoerig het een en ander medegedeeld, waarbij ook het hier in Nederland arbeidende „Comité van Bijstand" werd besproken, zoodat nu volstaan mag worden met een terloopsche vermelding. Slechts zij in dit verband opgemerkt, dat er te Jogjakarta voorts nog is een Christelijke school voor U. L. O., die opleidt voor het Gymnasium Willem lU en de Koningin Wilhelmina-School (Batavia), en dat ook te Poerbolin|0, en wel door den kerkeraad van Rotterdam, een begin is gemaakt met een Hollandsch-Javaansche school, welke echter nog in wording is.

Intusschen is opgericht geworden een Vereeniging voor Christelijk Hollandsch Onderwij ten behoeve van de Inlandsche Bevolking in N.O welke zich voorstelt, haar doel te bereiken langs twee wegen:

a. door Christelijke onderwijzers en onderwijzeressen voor den arbeid in Nederlandsch Oost-Indie voor te bereiden, uit te zenden en beschikbaar te stellen voor HoUandsche scholen - ten behoeve van de inlandsche bevolking in Nederlandsch Oost Indië. Zij stelt zich daartoe ia verbinding met personen of vereenigingen, die de oprichting* en instandhouding van zoodanige scholen beoogen. Zij bevordert het oprichten dier vereenigingen, en gaat niet, dan indien bijzondere omstandigheden haar daartoe noodzaken, zelf tot oprichting van zoodanige scholen over;

b. door inlandschen ouders, die hun kinderen in Holland willen laten opleiden, bemiddelende hulp te verleenen bij de behartiging der geestelijke en stoffelijke belangen hunner kinderen.

De subsidiebepalingen maken' het mogelijk, dat een school wordt opgericht, mits gezórgd wordt voor de kosten van oprichting en die van eerste uitzending van onderwijzers. Hiervoor dirat een cekw kapitMl bijtengebracht te woidea. Daar echter de Kegeering bovendien een lubsidie geeft van Vs van de oprichtingskosten, komt bet in een school gestoken kapitaal der vereeniging hierdoor weer geheel of gedeeltelijk vrij, en kan het dus elders op gelijke wijze worden aangewend.

Voor elke school wil de vereeniging de geheele oprichtingskosten voorÉchieten, daaronder mede begrepen de kosten van eerste uitzending van personeel, met de bepaling, dat zoodra de Regeering het Vs gedeelte der oprichtingskosten terugbetaalt, dit bedrag terstond aan de vereeniging overgedragen wordt, terwijl het resteerende Vs gedeelte successievelijkafgelost worde.

De vereeniging heeft aldus noodig een stamkapitaal (aanvankelijk ± / 50.000, later te brengen op ± / 75 000) om steeds behulpzaam te kunnen zijn bij het oprichteri dezer scholen, en daarnaast een bedrag aan vaste jaarlijksche ontvangsten voor allerlei uitgaven ineens, en diverse onkosten.

Het aanvankelijk noodige kapitaal zou moeten dienen voor overname van een reeds bestaande school voor Javanen van Ds. R. Horstman te Temanggoeng, waar jongens opgeleid worden voor de de hoofdenschool en de dokter-dj awascbool en die gereorganiseerd zou moeten worden in een Christelijk-HoUandsch-Javaansche school; voor oprichting van een nieuwe school te Bandoeng, waar op de eerste klasse gonvernementsschool massa's kinderen moeten worden afgewezen en dus groote behoefte aan zoo'n school is; en voor stichting van een school voor dochters van aanzienlijken op West-Java.

Te Bandoeng heeft zich eene vereeniging gevormd. Zoodia de vereeniging voor C. H. O. hier te lande een onderwijzer heeft gevonden, geschikt om als hoofd te worden benoemd, heeft de uitzending zoo spoedig mogelijk plaats. Voor Temanggoeng is men al wat verder, maai 't Gouvernement heeft Temanggoeng nog niet aangewezen als een plaats, waar een C.-H.-O.-school zal worden gesubsidieerd. Ook voor Soekaboemi en Djogja is men bezig. Er aijn echter nog eenige bezwaren, welke overwonnen moeten worden.

N.B. Sedert, nu kort geleden, ons artikeltje geplaatst werd, waarin de arbeid van den Zendingsstudie-Raad te 's-Gravenhage besproken werd, kwam van de pers de zendingsliederenbundel, welke toen reeds even werd genoemd. Het komt ons voor, dat de verzameling der vierstemmige liederen met zorg geschied en goed en geslaagd is, en we zullen den bundel dan ook a gaarne in veler handen zien. Wil men het dOel bereiken, dat beoogd wordt, dan zullen zendingsvereenigingen, zangkoren enz. den bundel nu in geregeld gebruik moeten nemen. Ook is hij voor scholen zeer aantêbevelen, daar het zendingskarakter niet zóó overdreven uitgesproken is, dat men den bundel zou kunnen afwijzen met de opmerking: we kunnen op school toch niet altijd alleen zendingsliederen zingen. Om een groote verbreiding mogelijk te maken heeft de uitgever naast de editie van /1.-~-in stevigen stempelband er een gegeven van f 0.60 (bij getallen /0.45 k /0.35) in slap linnen omslag.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juli 1912

De Heraut | 4 Pagina's

Vereenigingsleven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juli 1912

De Heraut | 4 Pagina's