GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Nu ook Dr. Tjeerd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Nu ook Dr. Tjeerd

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 1 November 1912.

Nu ook Dr. Tjeerd Hoekstra de benoeming ot hoogleeraar aan de Theologische School eeft aangenomen. Is daarmede aan den rbeid der Haagsche Synode een einde ekomen en kan ze haar zittingen sluiten.

ist In breede retrospectieve beschouwingen ver deze benoemingsquaestie zullen we ons iet meer verdiepen. Wel geen Synode heeft tan zoo schwpe critlek In de p^p blcnptgestaan als de jongste Synode. Kerkrech-w a tei^lijk zou ze zw^ar hebben gezondigd door h hare zittingen te verdagen. De door haar ultgebrichte benoemftgen zouden blqk t hebben gegeven van ergerlijke part^digheld, Dat ze bij de besprekfog der candidatenin geheime zitting vergaderde, werd afgekeurd als een Roomsch conclave. Zoo deugde zoo goed als niets van wat deze Synode l heeft gedaan.

Op al deze aanklacht*») nog eens terug te komen, zou móstera^ha den maalt^d wezen. Trouwens, de Synode zelve heeft aan deze critlek zich niet veel gestoord en is rustig haar gang gegaan. Naar onze overtuiging kon de Synode ook niet anders doen dan ze gedaan heeft, en ze heeft haar waarlijk niet gemakkel^ke taak met ernst volbracht. Geroepen om een tweetal hoogleeraren te benoemen, heeft ze niet naar partijstandpunt, maar naar de wetenschappelijke qualiteit gevraagd. En al werd ze meermalen in hare benoemingen teleurge steld, hét is haar ten 'slotte gelukt aan de Theologische School een tweetal mannen te verbinden, wier wetenschappelqke aanleg door ieder erkend wordt en van wie ver wacht mag worden, dat ze de opleiding onzer a.s. prekikanten op hoog peil zullen houden. Aan beide nieuwbenpemde hoogleeraren roepen wc daarom een hartelijk welkom toe, en we hopen, dat ze nog lange jaren met zegen aan de School onzer Kerken mogen arbeiden. Al betreuren we, dat door deze benoemingen de oplossing van het opleidingsvraagstuk weer verder verschoven is, toch zal het „getrennt mar schiren" In de pract^k niet al te veel kwaad doen, wanneer het „vereint schlagen" daarb^ maar niet uit het oog verloren wordt.

Stappen we hiermede van dit minder verkwikkel^ke onderwerp af, vooraf zrjech ter eerst een verklaring afgelegd, waarmede we met opzet hebben gewacht totdat de zaak der benoemingen haar beslag had ge kregen. Het geldt n.l. het verwijt, alsof de Vrije Universiteit bij deze benoemingen een min nobele rol zou hebben gespeeld. Nu heeft de Vrije Universiteit als zoodanig met deze benoemingen aan de Theologische School niets te maken, en ze heeft daar mede zich noch rechtstreeks noch zijdelings ingelaten, zoodat dit verwijt zandereenigen grond is. Wat een enkel hoogleeraar pu bliek over deze zaak geschreven heeft, kan natuurlijk niet op rekening der Vrije Univer' siteit gesteld worden, aangezien dat schreven geheel buiten voorkennis der Vrije Universiteit omging. Elk hoogleeraar heeft als lid der Gereformeerde Kerk het volste recht, aan de Kerken advies te geven, hoe ze z.I. handelen moeten, maar voor dat advies draagt h^ zelf dan ook de verantwoorde lijkheid. Alleen In zooverre is de Vr^e Universiteit in deze quaestie gemengd ge weest, als de hoogleeraren van haar Theo logische faculteit officieel door de Synode zqn uitgenoodigd als adviseerende leden, en gemeend hebben aan die uitnoodiging geen gevolg te moeten geven. Het zal echter voor ieder wel duidel^k zijn, dat deze onthouding niet voortkwam uit gebrek aan belangstelling, maar uit overwegingen van kieschheid, die hier niet nader behoeven te worden aangeduid. En wat het feit bC' treft, dat een drietal der benoemden ten slotte bedankt hebben, zoo kon hiervan zeker niet de schuld aan de Vrije Univer siteit gegeven worden. Want thans mag wel openl^k worden medegedeeld, dat toen de hoogleeraren der Theologische faculteit door de bedoelde personen om advies werden gevraagd, door hen eenparig de raad is gegeven, om de benoeming niet af te wij zen, maar aan te nemen. Naar het ons voorkomt, is de houding der Theologische faculteit in deze zaak geheel correct ge weest.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 november 1912

De Heraut | 4 Pagina's

Nu ook Dr. Tjeerd

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 november 1912

De Heraut | 4 Pagina's