GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 284

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 284

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

gesprekken tussen kerk en faculteit

nen gekomen. Het was duidelijk dat er iets gebeuren moest. Daarom arrangeerden deputaten, mede op instigatie van Nauta, een ontmoeting met de faculteit.78 Het was dit spoor der ontmoetingen dat deputaten de komende jaren zouden bewandelen. Aanvankelijk gebeurde dat tijdens een ‘normale’ vergadering, later werden er enkele dagdelen voor uitgetrokken en werd die tijd doorgebracht op een conferentiecentrum. Uiteindelijk kwam het zelfs tot ‘ontmoetingen’ op synodeniveau. Niet altijd waren deze gesprekken eenvoudig. Daarbij bleek het probleem in toenemende mate een intern kerkelijk probleem te zijn. Niet de faculteit was verdeeld, het deputaatschap was dat, en daarmee weerspiegelde hij de verdeeldheid binnen de kerken. De eerste ontmoeting tussen faculteit en deputaten vond plaats op 27 oktober 1967.79 In verband daarmee was de behandeling van het deputatenrapport ter synode opgeschort en bereidden deputaten een aanvullend rapport voor. Van den Berg opende de vergadering en wees op het centrale thema: ‘Hoe groot is de ruimte van de kerk en hoever reikt de expansie van de theologie?’ Dat was inderdaad die vraag die de komende jaren de kerken en de faculteit zou bezighouden. Van Teylingen verwoordde de vrees voor een te grote kloof tussen kerk en theologie en bracht dat thema terug tot bespreekbare proporties toen hij melding maakte van enige ‘bezwaarschriften’ uit de gemeente. Hij constateerde ‘bewogenheid’ bij veel meelevende gemeenteleden. Met andere woorden: de ontwikkelingen in de theologie maakten nogal wat emoties los. Zonder verder op de bezwaarschriften in te gaan – die waren op zichzelf niet aan de orde – stelde hij de vraag: ‘Hebben wij niet al te lang een zekere positivistische geschiedkundige bewerktuiging zien gebruikt worden bij de beoordeling van de Schrift?’ Deputaten stelden voor dat de faculteit gezamenlijk met de filosofen zich op deze vraag zou storten. Ze waren dus niet van plan de botte bijl te hanteren, maar hoopten op een brede bezinning juist rond de vraag naar de geschiedenis en de geschiedwetenschap. Daarmee was de ruimte geschapen om tot een uitwisseling van gedachten te komen. Naar aanleiding daarvan beloofde Van Teylingen de synode te zullen opwekken tot vertrouwen. Tevens beloofde hij te zullen verklaren dat voor het besef van deputaten bij geen van de leden van de faculteit het gezag van de Schrift in het geding was. Het ging hier om de consequenties van de menselijkheid van de Schrift.80 Wel verzochten deputaten met

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 283

283

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 284

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's