125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 84

oplopende spanning

gen. Vóór de stemming hadden Bos en de zijnen verklaard geen verantwoordelijkheid te willen nemen voor het voorstel Bavinck; na de stemming werd hun door de voorzitter gevraagd of ze zich aan het gevoelen van de meerderheid konden conformeren. Bos echter vroeg de synode de uitvoering van het voorstel niet ter hand te nemen. Het klonk vriendelijk, maar de boodschap was duidelijk toen hij daaraan toevoegde: ‘zoo wordt voorkomen, wat in een ander geval wel eenigszins te vreezen is’.61 Met andere woorden: Bos dreigde met een scheuring. Na een verwarde discussie formuleerde Van Schelven het voorstel waarop Bos had aangedrongen. Hij stelde voor uit te spreken dat de synode het niet raadzaam achtte ‘in de gegeven omstandigheden de vereeniging ... tot stand te brengen’. Dit voorstel werd met 23 tegen 17 stemmen aangenomen.62 Een scheuring was voorkomen, de kerken zouden tot het eind van de eeuw twee opleidingen hebben. Maar de school was aan de minderheid cadeau gedaan, zo verzuchtte Bavinck.63 Het zal duidelijk zijn dat de verhoudingen te Kampen er niet op vooruit waren gegaan. Bavinck had op de synode te maken gehad met tegenstand van zijn collegae Noordtzij en Lindeboom. Bovendien was zijn dogmatiek voltooid en kreeg hij het in Kampen te benauwd. Na deze crisis was er eigenlijk geen reden meer om nog langer in Kampen te blijven.64 Dat hoefde ook niet. Van de zijde van de vu werd opnieuw een poging gedaan hem naar Amsterdam te halen. Drie weken na het besluit van de synode stelde de faculteit aan curatoren voor zowel Bavinck als Biesterveld te benoemen.65 Bavinck zag men graag benoemd voor de dogmatiek en aanverwante vakken, Biesterveld voor de praktische vakken en voor Nieuwe Testament. Daarbij zou Rutgers definitief ontheven kunnen worden van de vaderlandse kerkgeschiedenis, Geesink van de nieuwtestamentische vakken die hij sedert het overlijden van De Hartog in 1895 doceerde, en H. H. Kuyper van de ambtelijke vakken, de historia revelationis en van de tijdelijke waarneming van de dogmatische vakken. Hij zou in plaats daarvan belast worden met oude kerkgeschiedenis, vaderlandse kerkgeschiedenis, encyclopedie en symboliek. Curatoren waren snel akkoord. Reeds twee dagen later brachten ze het voorstel over aan directeuren.66 Maar dezen aarzelden. In de eerste plaats waren er enkele directeuren die een versterking van de juridi-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 83

83

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen