Verslag aan de Algemeene Vergadering over het jaar 1881 - pagina 14

12

nog meerdere colleges aan de nu aanwezige professoren de degelijkheid der studie ongemerkt afbreuk doen. Onze geachte leden en begunstigers gelieven toch in het oog te houden, dat onze hoogleeraren hun vak uit een geheel ander beginsel moeten onderwijzen dan aan de Rijks-universiteiton en dat het hun dus veel meer inspanning moet kosten, om hun vak naar den eisch van hun beginsel op de hoogte der tegenwoordige wetenschap te houden. Dit verhoogt dan ook de moeielijkheid om hoogleeraren voor de nieuwe catheders te vinden. Bijna alle wetenschappelijke personen zijn thans in andere scholen gevormd, en slechts zeer weinigen van hen, die ons beginsel deelen, vonden tijd en gelegenheid om door eigen inspanning hun studie door te zetten. Niet genoeg kunnen we dan ook H.H. Ciii-atoren danken voor de vele moeite, die ze zich geven, om langs allerlei wegen voorziening in den nood der Universiteit te zoeken en wel mag de gemeente ook hun wijsheid en hulpe van den Vader der Lichten toebidden bij de soms pijnlijke verantwoordelijkheid, die op hen rust. Of de Vereeniging zich van lieverlee ook het voorbereidend onderwijs zal moeten aantrekken, maakte reeds dit jaar menigmaal onderwerp van ernstige overweging uit. Telkens meldden zich jongelieden aan, die om opleiding vi'oegen, of omdat hun de middelen ontbraken om naar Zetten te gaan, of omdat hun de Stedelijke gijmnasiën te zeer afkeer tegen het Chiistendom inboezemden, of om andere redenen. De toenmalige Rector gaf hiervan kennis aan den Voorzitter, door wien op zijn advies Pi'of. Hoedemaker werd uitgenoodigd om zich met eenige heeren tot eene Commissie te willen vercïenigen ten einde voor dit eerste jaar voorloopig hulp en raad aan deze jongelieden te bieden. Na samenspreking en assumtie heelt zich deze Commissie in drieën gesplitst. Aan Pr'of. Kuyper, Prof. W^oltjer en den heer R. Okma te Woudsend werd opgedragen te onderzoeken, hoe het onderwijs zelf op de beste wijze kon worden gegeven. Aan Prof. Rutgei's. Prof. Hoedemaker, Dr. Datema, Ds. Renier, Jhr. Mr. A. W. van Beeck Calkoen, Jhr. Mr. Godin de Beaufort en den heer A. Meijer werd het ondei'zoek opgedragen naar de bekwaamlieid der jongelieden, die zich aanmeldden en aan Prof. Hoedemaker en Jhr. Mr. Godin de Beaufort de zorg voor de finantiën vertrouwd. Met de meeste bereidwilligheid wei'd door Prof. Hoedemaker en de overige genoemde broeders aan deze oproeping gevolg gegeven en hem en zijnen medeleden, maar hem vooral,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen