GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 94

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

84 geleerden getracht hebben om er zich eene voorstelling van te vormen, niet alleen langs welken weg onze aarde is ontstaan, maar ook hoe ons geheele zonnestelsel de gedaante heeft gekregen, die het tegenwoordig bezit. De belangrijkste van al die meeningen of onderstellingen is misschien wel de nevel- of nevelbolhypothese, gewoonlijk, naar hare beide ontwerpers, de theorie van Kant en Laplace geheeten. Bene Descartes of Benatus Cartesius (1596—1650), een Franschman van geboorte, die den 8-sten November 1620 aan de zijde der keizerlijken medevocht in den slag aan den Witten berg bij Praag, die van 1629—1649 in ons land woonde en hier zijne belangrijkste wijsgeerige en wis- en natuurkundige werken schreef, was wellicht de eerste, die onze aarde beschouwde als eene uitgedoofde ster. Hij hield de kern nog voor gloeiend-vloeibaar en meende, dat rondom die kern achtereenvolgens een kring van vaste metalen, een kring van water en een mantel van lucht gelegen waren, en dat de laatste omgeven werd door de vaste aardkorst, waarop wij wonen. Rondom die vaste korst strekt zich weer de dampkring uit. Onderaardsche krachten hadden volgens Cartesius in vroeger tijd de aardkorst dikwijls doen breken, en doordien de stukken in allerlei schuine standen op de metalenlaag vielen, waren de bergen ontstaan. Blijkens een in 1680 verschenen werkje, getiteld „Protogaea", hield ook de beroemde Duitsche wijsgeer en wiskundige Gottfried Wilhelm, von Leibniz (1646—1716) de aarde voor een oorspronkelijk gloeiend lichaam, evenals de zon dat nu nog is. Door af koeling was volgens Leihniz de vaste aardkorst ontstaan en waren er tevens in het binnenste der aarde holen of holten gevormd, die door instorting niet alleen aardbevingen veroorzaakten, maar ook bergen en dalen deden te voorschijn komen. Noch Leibniz, noch Descartes gingen echter zoover, van een rechtstreeksch verband te zoeken tusschen de aarde en de zon en de laatste als de moeder der eerste te beschouwen. Dit laatste denkbeeld vatte waarschijnlijk het eerst post bij den Franschman George Louis Ledere de Buffon (1707—1788), die vooral bekend is door zijne werken over de natuurlijke historie. Buffon onderstelde, dat de planeten en dus ook de aarde ontstaan zouden

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 202 Pagina's

1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 94

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 202 Pagina's