1921 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 24

12

alleen geen voldoenden onderlaag kan leveren voor den arbeid van een beroepskantoor (Beratungsarbeit). Noodig is een wisselwerking met het experimenteel-psychologisch onderzoek en daarom kan men het advies voor een beroep niet toevertrouwen aan de school en aan den onderwijzer en den schoolarts, maar is het noodzakelijk, dat de waarnemingen, op school gedaan, opgeteekend worden, deze moeten dan verzameld en geordend den raadgever voor het beroep in handen worden gesteld. De onderwijzer verricht dus, zij het ook zeer nuttige en gewaardeerde hand- en spandiensten. Bij het opstellen van de vragenlijst heeft HYLLA zich door de volgende gezichtspunten laten leiden, waarbij bijna uitsluitend met de zoogenaamde „gespecialiseerde industrieën" en voor een klein deel met de middelberoepen rekening werd gehouden. Voorop mag gesteld, dat de lijst alleen vragen mag bevatten, die voor het doel, waarnaar men streeft, gewichtig zijn, dus, die in verband staan met de psychische bijzonderheden, die voor de geschiktheid van het beroep van beteekenis zijn. Men moet eventueel niet letten op de eigenschappen, die in gemiddelden graad aanwezig zijn, dienstig voor de rapporten. Meeningen toch over de psychische geschiktheid voor bepaalde beroepen worden alleen als nevenresultaten van het schoolonderricht verkregen. Men moet den opvallend lagen of ongewoon hoogen graad van een „eigenschap" vaststellen. Behalve de gewone gegevens, die ingevuld moeten worden, moeten de rapporten en zoo mogelijk ook een bericht van den schoolarts ingeleverd worden. De lijst moet niet alleen een vragenlijst zijn, maar moet ook een impuls geven, om de geëischte waarnemingen te doen. daarom is het noodig voor het praktisch gebruik haar van toelichtingen te voorzien. In de lijst moet opgenomen worden, wat men blijvend (niet een keer) heeft waargenomen. Doet men het maar eenmaal, dan zou de onderzoeker genoodzaakt worden bijzondere proeven te doen, die dan het karakter van zoogenaamde tests zouden aannemen en zoo zou het eigenlijke doel verloren gaan, men zou dan onbetrouwbare resultaten verkrijgen, daar de inrichting van de waarnemingen zonder plan en willekeurig zouden zijn. De lijst moet dienen voor waarneming door verschillende personen. Dit bereikt men het best, door de lijst voor eiken leerling bv. in de laatste 3 schooljaren door den onderwijzer van de klasse te laten invullen. Minder aanbeveling verdient het de resultaten te

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen