GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 174

Bekijk het origineel

1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 174

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

164 belasting te onderscheiden van de phoronomische en ruimtelijke grootte. Met één slag is daarmede het pleit beslecht tegen de ,,omkléedingstheorie". Het is immers niet zóó, dat het physische achtereenvolgens „omkleed" wordt met het phoronomische en het ruimtelijke, en dit ten slotte v/eer met het arithmetische; m.a.w. dat het physische zou zijn opgenomen in deze reeks van gezichtsvelden, en deze weer in het arithmetische. Eer omgekeerd: een analogie van het getal is te bespeuren in het ruimtelijk gezichtsveld (niet in de ruimte als omgeving van het individu!], een analogie van het laatstgenoemde in dat van ds chorologie, een analcgie van deze in het phoronomische en weer een analogie van dit phoronomische gezichtsveld in het physicale. Het mathematisch moment in de physica — de uitdrukking zegt het reeds — vertoont dan ook deze structuur; het analogische ligt in het hoogere veld, niet het hoogere veld in de analogie, De verhouding van mathesis en physica is dan ook allerminst daardoor bepaald, dat de materie bij waarneming in de ruimte is. Het is dit, maar dit verband tusschen een mensch en de materie in z'n omgeving — dus ook dit verband tusschen alle menschen en de materie in hun omgeving — is een biotisch en allerminst een kentheoretisch. De materie is in de ruimte. Doch ook is er een analogie van het arithmetisch veld in het ruimtelijke en eene van het ruimtelijke gezichtsveld in het phoronomische en eene analogie van deze in het physicale gezichtsveld. En alleen de laatste volzin drukt het verband uit tusschen mathesis en physica. Op dezen samenhang berust de kentheoretische mogelijkheid de grootte ook in het veld der physica op te merken, Ondertusschen vergete men niet, dat de grootte maar niet zóó in de physica is in te voeren; men heelt hier n,l, niet met één, maar met een viervoudige belasting te doen. Want aan de physica gaan vooraf de ruimteleer, de chronologie en de phoronomie. En juist wijl de ,,grootte" reeds in het ruimtelijk gezichtsveld analogie is. wordt ze door de velden van alle wetenschappen, in welke ze voorkomt, op nieuw belast. Zoo wordt ze in de ruimteleer tot ruimte-grootte, in de chronologie tot duur (tijdsgrootte), in de phoronomie tot snelheids-grootte, in de physica tot bewegings-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 212 Pagina's

1926 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 174

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1926

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 212 Pagina's