1946 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 102

94 heeft welkom geheeten, brengt hij het referaat in bespreking. Dr Balhuizen heeft met genoegen geluisterd naar de uiteenzettingen van den spreker. Echter werd hem niet duidelijk, welke de plaats der ziel is. Is deze in de structuren vervlochten, dan is de vraag : hoe gaat het met den dood? Komt dan aan de vervlechting een einde? Dr Schoep : Volgens Prof. Dooyeweerd ligt de scheidingslijn in het boventijdelijk centrum (noem dit de ziel), dit is niet onderworpen aan den tijdelijken dood, is daarboven verheven, boven den tijd. Als het lichamelijk bestaan wegvalt, blijft dit bestaan. De kern van den mensch ligt boven den tijd uit, in Christus wordt deze kern weer tot God teruggebracht of van Hem afgewend, maar het blijft bestaan ook na den dood. De Aktgtructuur is de uiting van dit boventijdelijk centrum, waardoor de mensch zich van het dier onderscheidt. De heer Lindeboom zegt : De inleider heeft opgemerkt, dat de geneeskunde niet bij de biologie of de psychologie kan ondergebracht worden, aangezien dan haar antwoorden op de vragen naar de verhouding van geneeskunde en staat, ziekte en zonde, biologistisch of psychologistisch zouden uitvallen. Deze bewijsvoering leek mij niet juist. Natuurlijk zijn biologistische en psychologistische gedachtengangen onjuist. Maar geen enkele wetenschap kan uit zichzelf zuiver haar verhouding tot andere wetenschapsgebieden bepalen. Daarvoor is beoordeeling vanaf een hooger plan noodig. De psychologie zelf kan ook niet over het verband tusschen ziekte en zonde een uitspraak doen; doet ze het, dan is er gevaar voor psychologisme. Daarmede vervalt ze zelf niet als wetenschap. Het gevaar voor biologistische etc. gedachtengangen is op zich zelf geen argument tegen de logische subsumeering van de geneeskunde onder de biologie — ook al is daar uit anderen hoofde overwegend bezwaar tegen. Dr Schoep : Als de psychologie niet wijsgeerig gefundeerd is, kan zij de problemen niet oplossen. Zij moet dan blijven binnen de grenzen van haar wetenschap. Dit geldt voor de psychologie: evengoed als voor de physica. Gaat zij psychologisch b.v. den godsdienst bestudeeren, dan blijkt haar verklaring psychologistisch. Het voorwetenschappelijk gegeven reikt verder dan de wetenschap. De oplossing in één aspect doet aan de werkelijkheid tekort. Dr Brummelkamp vraagt: Is de beschouwing van Dr Schoep verhelderend voor het geheele gebied der geneeskunde, of alleen voor de questie : ziel-lichaam? De chirurgie en interne geneeskunde bewegen zich overwegend in de sfeer van het physisch-chemische. Als Voorbeeld noemt hij de hernia incarcerata, die een therapeutische ingreep vraagt die tot het physisch-chemische behoort. Dr Schoep : In mijn voordracht is niet alles principieel doorgewerkt. Er is ook in de interne geneeskunde en de chirurgie de intuïtie, die reeds heenwijst boven het physisch-chemische uit. Bier e.a. hebben hierop gewezen. Natuurlijk zijn er ziekten en afwijkingen,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen