GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De geschiedenis der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 33

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De geschiedenis der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 33

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

31

heeft Jezus tijdens Zijn omwandeling op aarde niet gegeven. Na Zijn opstanding heeft Hij slechts weinig meer gepredikt. Juister is het misschien met het oog op Hand. 1 : 3 te zeggen: van de gesprekken door Jezus met de Zijnen gehouden na Zijn opstanding behoort weinig tot de openbaring, die bestemd was voor de kerk van alle tijden. Jezus heeft een anderen weg gewezen: Hij spreekt van den Geest der waarheid, die naar de volle waarheid den weg wijzen zal ^). Met deze uitspraak van onzen Heiland is een zaak van zeer groot belang onder onze aandacht gebracht. Joh. 16 handelt uitvoerig over de komst van den Heiligen Geest. Het is in het belang der discipelen, dat Jezus tot den Vader gaat, want dan zou de Trooster komen. Reeds daaruit blijkt, hoe gewichtig die komst is. De Geest zal een overtuigend, een weerleggend werk doen in de wereld. Maar de Geest zal ook, wat de discipelen nu nog niet kunnen verdragen, spreken en de toekomst verkondigen. Dat zijn twee dingen, waarop wel valt te letten, zeleeren \ ons, dat de openbaring niet maar doorgaat, maar dat ze verder gaat. Er komt meer, dingen, die de discipelen tot nu toe niet hadden gehoord.- Nieuwe dingen zijn dat aan den eenen kant niet, de Geest zal niet spreken van zichzelf, doch spreken, wat Hij hoort. Hier is de tegenwoordige tijd gebruikt, we hebben te denken, aan hetgeen later heet: het nemen uit het Mijne. De feiten blijven voorafgaan, nieuwe feiten komen er niet bij, de Geest spreekt, wat Hij hoort van Christus, Die in de heerlijkheid is en verheerlijkt daardoor juist den Zoon ^). Er is echter ook sprake van de toekomst. Niet dat Jezus daarvan niets had bekend gemaakt, Zijn discipelen wisten de hoofdzaak, n.l. dat de Christus weder komen zou op de wolken des hemels. Toch is dit verkondigen van de toekomst door den Geest op één lijn gesteld met het spreken, van hetgeen Hij hoort. De bedoeling moet wel zijn, dat bij deze prediking van de toekomst vele nieuwe dingen zullen worden geopenbaard en we denken hier dadelijk ,-^aan hoofstukken als 1 Thess. 4 of 2 Th ess. 2, aan de heele >) Joh. 16 : 7 vlg. - 2) Vgl. ook Joh. 15 : 26.

I

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1925

Rectorale redes | 76 Pagina's

De geschiedenis der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 33

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 20 oktober 1925

Rectorale redes | 76 Pagina's