GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 31

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 31

Rede bij de 69e herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

wezenlij king van die profetie te beschouwen, zou deze een geheel ander beeld moeten vertonen dan hij metterdaad doet. En nu moeten wij ons nogmaals wenden tot die profetie. Deze verkondigt ook uitdrukkelijk, dat er na de verwerping van den Messias geen plaats meer is voor een nationaal Israël waarin het aloude: „zij mijn volk en Ik hun God" zijn verwezenlijking vindt. Er is één plaats in dé profetie waarin klaar en duidelijk wordt verkondigd, dat, wanneer over Israël om zijn verwerping van den Messias het oordeel komt, dit oordeel, in tegenstelling met de vroegere oordelen, onherroepelijk zal zijn: dan is de bizondere band die God met Israël als natie bij den Sinaï gelegd heeft, voorgoed verbroken, dan is er voor een n a t i o n a l e toekomst van Israël als het verkoren volk van God geen plaats meer. Ik doel op Dan. 9 : 27. Dit vers maakt wel deel uit van een perikoop die de uitlegging voor heel wat moeilijkheden stelt, en ook in het vers zelf schuilen verschillende exegetische zwarigheden; maar er zijn enkele dingen die met genoegzame zekerheid kunnen worden vastgesteld. In de eerste plaats mag tegenover elke interpretatie die de „uitroeiing van een gezalfde" in het voorafgaande vers op een gebeurtenis in den tijd van Antiochus Epiphanes wil laten slaan, worden vastgehouden dat daarmee op den kruisdood van Christus wordt gedoeld, zodat wat daarna verder volgt op de verwoesting van Jeruzalem door de Romeinen betrekking heeft. In de tweede plaats is wel als vaststaande aan te nemen, dat de gebeurtenissen welke in VS 27 worden aangeduid als vallende in het laatste zevental of de laatste „week" tot dezelfde periode behoren als die welke in vs 26 worden genoemd. De samenvatting van de zeventallen of „weken" in een totaliteit van zeventig, die dan weer in drie groepen van respectievelijk zeven, twee-en-zestig en één wordt uiteengelegd, sluit de mogelijkheid om in VS 26 een zekeren tussentijd aan te nemen, gelijk sommigen willen, beslist uit. Het is dus moeilijk te weerspreken, dat ook in vs 27 — hoe men ook over de ver29

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1949

Rectorale redes | 52 Pagina's

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 31

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1949

Rectorale redes | 52 Pagina's