GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Hoelang nog verdragen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoelang nog verdragen?

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

-En Jezus, antwoordende, zeide: , ongeloovig en verkeerd geslacht! hoelang zal ik nog met ulieden zijn? Hoelang zal Ik u nog verdragen? Brengt hem • Mij; hier. Mattheus 17:17.

(Oudejaarsavond).

De Oudejaarsavond is niet meer wat hij voor vijftig, ja, nog voor twintig jaren was.

Toen kwam er, als de wenteling van het jaarrad bijna den cirlcel dichtte, nog vreezie over alle ziel.

Toen greep het versterf der-tijden de menscihen in de christenlanden-nog aan.

Toen was het oor der mtenigte nog, gevoelig genoeg om den voetstap van den dood te onderscheiden.

Toen huiverde men nog voor de vergankelijkheid.

En in breede massa toog toen nog naar de bedehiüzen. Vreemd keken velen er rond. Zij kwamen hier zelden. Zij vroegen naar h'et Godswoiord weinig. Daarom kon de kerk hen 'niet trekken. Maar nu, nu voelden zij er zich onweerstaanbaar heengedreven. Het tijdelijke in zijn gebrdkenheid trok een scheur ook in hun leven. Zonden doemden op voor hun geest. Het harde in 'hen .werd week. Uit de kei van hun hart vloten langzlaam droppelen. Met dichtgeknepen keel verlieten zij vaak het kerkgebouw. Zij liepen eenzaam soms nog een wijle rond. De gedachte aan het gezelschap, waarin straks al hun betere gevoelens zouden worden gesmoord, hinderde hen. Zij 'beloofden zich een nieuw leven.

Die Oudejaarsavond is aan h'et verdwijnen. Men is oprechter geworden. .

Eén avond aan den godsdienst te wijden en alle andere van het jaar aan de wereldvreugde acht men komedie.

Hoevelen hebibenrierLJh'un oudejaarsavondbelolten gehouden?

Wat is zulk een vroomheid waard ?

Wat beteekenen die avondwolkjes van berouw, die in den vroegen morgen reeds z'ijn weg'gedrevca?

Dan liever de konsekwentie aangedurfd!

Dan liever voor alle oudejaarsavondstetotaïng de ziel gesloten!

Dan liever onder kwinkslag het oude jaar uit-, het nieuwe binnengetreden!

Dat is immers oprecht?

Op die oprechtheid Iz'ou veel af te dingen zijn.

Wie zóó Jiandelt, staat niet oprecht den tijd, die voorbij vliegt. tegenover

Niet oprecht tegenover zichzelf, want ieder gaat toch naar zijn eeuwig huis.

Niet oprecht tegenover zijn Scheppier, - want Diens rechten erkent men niet.

O, afschuwelijke oneerlijkheid!

Men is niet oprechter, 'men is sdüamrA& ioo'^& j: geworden.

Op den Oudejaarsavond toiet tot zichzelf te willen inkeeren, getuigt van zelfverlaging, van verontzedelijIcing, van gewetensverkratóSting^ van verbeestelijking.

Als de kldkken luiden ten blewijzte, dat het Oudejaar ten einde liep, heft Ih'Ct beest versuft den kop' op, de waakhond begint te blaffen.

Maar daarna slapen zij in.

Zij hebben geen tijdsbegrip.

Zij kennen geen huivering voor de eeuwigheid.

Is menig modern mensch niet hun gelijk? .

De gemeente hou de den Oudejaarsavond in waarde. - ' . '

Ook onder haar is' verslapping ingetreden.

De kerken zijn, zoo. het Oudejaar niet met den Nieuwtestamentischen sabbat samenvalt, niet voller dan anders, maar leeger.

Men heeft siooveel te beredderen om' straks in zijn gezin den overgang van oud naar nieuw door te maken.

Men zal daar 'misschien het tekort vereffenen door een gebed in het midden der zijnen op te zenden. ,

Een zekere nuchteribieid heeft to'enigeen onzer, aangetast.

Aan ware wijding, igelijk die door den "Geest onder de prediking wordt gew'ek't, heeft to-en minder dan vroeger behoefte.

Dat is een teeken van doorvloeiïng, voffi van God!

De Oudejaarsavond, goed beleefd, .is een avond van ontvankelijkheid.

Dan heeft de ziel stilte noodig.

Stilte en wijding en leiding.

Dan wil zij stemmen opvangen en zwijgen.

Dan gedenkt zij, hoe hij de intrede van het jaar, dat hu zijn loop eindigt, deze er nog was ea die, en de droefheid komt opnieuw boven, het is of de wond Hveer opengaat, of het verdriet weder een verwoeden aanval tegen hien zal richten, totdat uit het Godswoord de grafstem komt: „Alle vleesch is 'gras en al zijn goedertierenheid als een bloem des velds". Maar dan valt ook een bazuinstem in; „Ik ben de Opstanding en het Ijoven, die in Mij gelooft zal léven al ware Hij ook gestorven". En uw ziel .snikt.

Daar verheffen alle driehonderdvijfenzestig dagen van het bijna verloopen jaar Jiün stem en zij 'klagen u aan bij de vierschaar Gods. Zij beschuldigen u 'vjan de vuilste zonden.

En uw i; iel buigt zich 'neder en weet niet te antwoorden en is va.n de waarheid dier aanklacht diep overtuigd.

Daar klinkt uit. den hemiel een stem.

Het is de steto van uw Heiland.

Gij verwacht, dat die u troosten zal?

Maar dat valt bitter tegen.

Hij vraagt: hoelang 'zal Ik u nog' verdragen?

Want Hij die gisteren en 'h-eden dezelfde is en die vraag tot Zijn jongeren richtte, wendt ZicJi daarmee ook tot; u. ^^S*; ? !^

De omstandigbeden'*g-ïjn'%el veranderd.-Daarom zegt Hij tot u niet: hoelang zal Ik nog: licham'elijfc bij u zijn?

Maar och dat gij het u des te meer aantrokt: hoelang zal Ik u nog verdragen?

Schuif die weemoedige vraag en die pijnlijke aanspraak: „o ongeloovig en verkeerd geslacht!" niet naar de Farizeeën af.

Al zijn die rer ook in begrepen, zij gelden toc'h de - discipelen jhet 'meest.

De wereld raken zij zijdelings, maax u rechtstreeks. . •

De discipelen konden den duivel uit .den maanzieken 'knaap niet uitwerpen; maar •wat overwinningen hebt gij dit jaar op-'den duivel behaald?

Hoe dikwijls heeft |het mOst.erdzaad-gelO'O'f zich in zijn kracht bij u getoond?

Welke bergen hebt gij verzet?

Een vol jaar Jiad Christus u gegeven om' als Zijn discipelen en discipelinnen Zijn Naam' uit te roepen en van. Zijn grootheid te izingen en Zijn heil aan te prijzen - en Zijn wederkomst te profeteeren.

Eien vol jaar!

Hoe hebt gij het besteed?

Verwondert het u, ; als Hij u toevoegl; : hoelang' zial Ik u nog verdragen?

Wat zou het baten of Hij u een nieuw jaar al schenit?

Wat waarborg kunt gij geven, dat gij het daarin beter 'maken e; ult?

Zal h-et geen da capo zijn van !hiet oude?

Of 'misschien nog een bittere verslechtering?

Wat 'heeft de Heiland eigenlijk aan ons!

Waarom zou [Hij nog langer geduld m'et ons gebruiken?

Jezus verwachtte van 'Zijn jongeren geen ant woord.

Ook van u niet.

Gij moet Jiet .aan Hem overlaten, hoelang Hij u nog verdragen wil.

Tracht u miet 'betrekking tot het voorbij gegane jaar niet te 'verdedigen.

Zwijg. Zwijg. ZWijg. Want uw Jez'us spreekt.

Hij sprak tot hen, die Hem eens brengt den knaap Jiler. omringden:

Hij spreekt tcrt u: breng 'Uw ziel hier.

En als die ziel dan uit enkel schaamte zwijgt, als uw ziel door dat zwijgen belijdt: Uw do-en is rein, Uw vonnis gansch rechtvaardig, dan M Hij haar reinigen van al de duivelachtig'heden van het oude jaar.

Dan zal zij kreunen van pijn, omdat zij hiaaj' Meester zoo sleöht heeft gediend.

Maar dan zal zij ook danken, dat zij dit gansch» jaar door Hem is verdragen.

En onder den nagalm van h'et „Zoover h'et Oosten is van het Westen, zoover doet Hij onze 'overtredingen van , ons", luidt het nieuwe jaar in.

HEPP.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1922

De Reformatie | 8 Pagina's

Hoelang nog verdragen?

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 december 1922

De Reformatie | 8 Pagina's