GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERS-SCHOUW.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERS-SCHOUW.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Repliek van Dr Kaajan.

Dr Kaajan geeft in „Utr. Kb." antwoord op wat ik tegen hem aanvoerde. Hij neemt met een warmen handdruk afscheid. Dies geve ik' hem oo'k even warm in dit artikel de hand. De' ceremonie gaat beginnen. Bij atscheidsredenen p'leegt men den vocatief te gebruiken. Het zij alzoo'. Broeder Kaajan, U zegt:

Ds Schilder, mijn strijdvaardige O'pponent, is het natuurlijk weer niet met mij eens.

Dit „natuurlijk" dóet het go'ed, ma, ar staat U toch niet goed. Heb ik U gee'U argume'uten genoeg gegeven? Kom, doe nu niet, also'f het alleen maailust tot tegenspraak was; het een en ander kwam ik toch wel op te merke'n, is 't niet?

Ik lees .Uw afscheidsrede verder. En ik verneem:

fk schreef bij een der citaten, - dat ik, ook bij he» licht van bet zinsverband, de betee'kenis van Dr Kuyper.s woorden niet precies kon aangeven.

Maar Ds Schilder, die niet eens weet waar hij de citat-en va.n Dr Kuyper zoeken moet, kan dit wsl.

Een stork stukje van helderzienidhoid.

Ja, ja, helderziendheid'. Grapjes slaan vaak in. Maar nu eerlijk gezegd: ik' heb dien lof niet be­ geerd. Ik zei, dat zelfs de niet-helderzienden wel kunnen bemerken, dat U het citaat van Dr Kuyper hadt uitgelegd in een zin, die met de bedoeling strijdig was. En nu, o-nder ons gezegd: U hebt, ondanks het grapje, niet ontleend, dat mijn opivatling van Dr Kuyp-er's woord de juiste, was. Dus erkent U, dat de \Uwe niet juist wa, s. In orde; en het grapje, nu jal, we .begrijpen elkaar.

Dan, geachte opponent, lees ik zoo verder:

Dr Kuvper beweerde in de Twoedei Kamer (men kan dit natuurlijk ia de Handelingen vinden):

, , Ik meen, dat men in de ingenieurs-opleiding te - Delft niet ontvangt de vorming, welke noodig is voor bet leeraarsambt en dat de studie niet zoodanig is ingericht, dat men van de ingenieurs als regel kan ouderstt-Uen, dat ze belioorlijk daartO'a voorbereid zijn."

Natuurlijk bedoelde Dr Kuyper met deze woorden, aldus de scherpzinnige Ds Schilder, dat hij .het t o a n - m a 1 i g ingenieurschap onvoldoende achtte.

De V r o e g-e r e ingenieurs van Delft waren dus m inde r beivwaam en ook Dr Kuyper deelde dit oordeel.

Ik hoop voor Ds Schilder niet, dat alle. vroegere ingenieurs hem om deze woorden zullen komen' spreken.

Och, laat ze maar gerust komen. Als ze kwaad tegen me doen, zal ik hun zeggen: U doet net als Dr Kaajan, die ook verwai-de wat ik zei èn w.at ik van Dr Kaaja, n vernam, dat Dr Kuyper gezegd had; . niet ik oordeelde, maar Dr Kuyper en ik liet dat verder voor zijn re'kening. Ik .zal de klagers dus naar U doorsture'U, broeder; want U hebt met Dr Kuypers taxatie van oud-Dielft zeer hard gewerkt. TïO'k U niet de schoiuders O'p, zeggende: begeert men in Kampc'U, w.at, hm, wat Delft heeft?

Ik luister verder. Ik hoor U zeggen, collega:

Waarlijk, de ingenieurs-opleiding te Delft sto-nd ook vóór 1904 op niet gering peU. , •--; ',

Dr Kuyper zcide dienaangaande in de State'u-Gen.^-." raal: '•%

„Nu moge.n we gelulddgerwijs, nemine. contradicente (behalve dan-Ds K. Schilder).... *-

Hallo, .(jven stop.pen. U bent vaiudaag erg grappig, maa.r d i t gaat to-ch niet aan.

(Terzijde, tot de niet-Utrechtsche toeschouwers : nemine co-ntra-dicente, dat zei Dr Kuyper in 'de Tweede 'Kamer en, 'dat andere: „behalve dan Ds K. Schilder", dat is van Dr Kaajan. , , Kemine contradicente" beteekent zoov-eel , als: „dit zal wel niemand tegeinspreken. Dus is volgens Dr Kaajan Ds Schilder d© eeni-, ge, die in heel de wereld dit tegenspreefcl; ).

Heusch, collega, dit gaat niet aan. Ik sprak Dr Kuyper niet tegen. Ik zei alleen maar, dat U hem tegensprak, waait U legde he'm anders' uit, dan hij wilde; en dat is o.ok tegensp: ra|ak'. • U spreekt Dr Kuyper trouwens nóg tegen, broeder, en werkt U wat dieper in de moeite. Eerst w.as het: de D-elftsche do'Ctor van nu is niet eens — niet eens! - -behoorlijk — behoorlijk! — voorbereid voor het lesgeven zelfs — zélfs! — aa-n middelbare scholen. Vanda, ag, nu het er opi aankomt, mij een warmen handdruk te geven, heet het, ietwat tegensprekerig tegen dien Dr Kuypier, dien Gij pas.-; | in Utrecht liet zien: ma, ar zelfs de minde-re 'dan " de hedendaagsche do'Ctor van Delft was vroeger al een reus! Hoe is 't nu? Kemine ooaitra.dicente", behalve.... Dr Kaaj.an, to.en hij nog niet mijn'f warmen handdruk gekregen had bij de eerste b groeting. Grapjes, graag, maar het adres moet goedj zijn. Een adres is altijd ernst, want dat is vóo: " eelt ander.

We nemen 'den draad weer oip: en herzeggen:

Dr Kuyper zeide: „Nu moigen we gelukkigerwijs, neminei contradicente (behalve dan dr H. Kaajan één keer) zeggen, dat het onderwijs op de Polytechnische School te Delft geigeanen, reeds geruim en tijd het karakter vaii hooger wetenschappelijk onderwijs draaigt en in Duitschland hoorde ik met genoegen d» verklaring, dat de . School te Delft, zooais zij nu bestaat (dus no'g vóór het verleen.en van het promotiexecht) het karakter 'draagt, dat een Technische Hochschulc in D'uitschland beeft."

Wel bedankt, broeder. De handdruk, en de afscheidsrede worden O'Uver^etelijk. Dat is nu net precies, wat ik beweerde, "dat Dr Kuyper zei, e-n thans de ma, nnen, die Kampen willen laten promoveeren, beweren. Zoo'dra ©en school het karakter , v.aar hooger wetenschappelijk o.nderwijs 'draagt, wordt het tij'd, dat men de oo'USequentie trekt en ze laat promo'veeren. Bedankt voor de vrieridelijke hulp.

Nu moet ik nog even wat zuur kijken, ondanks' den warmen handda-uk. Wat hoor ik daar?

Ds Schilder maakt voorts een reuzen-onderscheid tusschen - den gepromoveerden en den, niet-gepromoveer-. .den ingenieur.

Kijk, 'dat is nou niet aardig. I k maak geo'U „reuze.nonclerscheid". Heb ik. U, vriendelijke deliater, niet voorgelegd de H o o g 'e r o-n d' e r w ij s w e t, ds wet van Dr A. Kuyper en Ko'uingin Wilhelmiuaya •de rede van PrO'f. Kraus, .doo.r Dr Kuyper bijge^; woond? Wilt ü zand strooien over Uw vereenzelviging van inge'Uieurs en doctoreai, best, co'llega/ maar dan niet ten koste van den man, dien ge met een warmen handdruk dJet.deur, , : uitlaat--.Djfe IS, enfm. — •"•••'^•^''''^èii^^^^i^éiii-y^M

Ik hoor U nu verzekeren : ; : ; ; ii%tMZöft-p-; Si; v5> ^; .^^

Ik geloof ook, dat er wel èen'ig Verschil'tusschen den doctor-ingenieur en dien gewonen ingenietur zal zijn.

Kom, collega, kan er nieit een scheutje klare woordjes bij? Nog gens repeteeren? De wet, Dr Kuyper, de koningin, Prof. Kraus, em dat allemaal voor Uw oogeii in „De Reformatie" va, n 5 Aug.

Voorts hoor ik U nog wat oipponeeren tegen mij met wat Dr Bos, en Prof. Bakhuizen Roozer boom gezegd hebben in de Tweede Kamer. Allemaal erg best, maar het gaat mij voorbij. Niet alzoo U. Het is ietwat uit Uw eigen stijl viallen, als ge eerst zonder tegenspraaik aanvaardt, wat ge van Dr Kuyper hebt gelezen, en dan een oogenblik later mij wilt verslaan, met wat anderen opmeTkten.... tégen Dr Kuyper. En als ik dan tensloitta weer hoor: !. ! 1 - "'^^ÉiS^^

Dr Kuyper deed dan ook geruststellende medeidieejingen. i

„De Universiteit • trekt de studenten driemaal zoo sterk aan als Delft", aldus Dr Kuyper. „Het verblijf is aan een Univeirsiteit veel aan, genameir. De wijze, waai'op men daar tegenover de colleges staat, draagt een heel ander karakter. In Delft moet men veel straffer studeeren om het diploma te krijgen."

Nu neem ik gaarne aan, dat de dactor-ingeiniour eein wetenschappelijk man is, maar de beschrijving die Dr Kuyper zelf van Delft gaf, nadert sterk diei van eeiii IJiOlytechnische drilschool.

dan wordt het me heelemaal . wat vreemd, zoo bij 't afscbeid. W.ant nu gaa: t het weer terag naar de . oude fout: wat vaii het niet-promoveerend'e Delft gezegd is, wordt weer opi het promoveerende overgebracht. Zooeven heette het: geen menscfa, I ^-behalve Ds ychilder, spreekt tegen, dat Delft al •'-erg wetenschappelijk was; maar nu is Delft ineens weer een • drilschool gelijk.

Hetgeen dan onder ide „geraststellende med'eideelingen" gerubriceerd wordt.

'' , Toen ik in Delft woonde', hoorde ik' overigens tan meer dan 2400 studenten. En die vrijheid tegenover de colleges.... nu, 'als ze in de andere universiteitssteden nóg vrijer moeten'zijn, dan is de bandeloosheid , aan de orde • van den dag.

De handdruk is tof nu toe M^a|rm; maar de speech noig niet heelemaal held, er.

Dr Kaajan's zwijgzaamheid.

YN^^at zal ik — thans in den 3en persoon sprekend — liog verder Dr Kaajaii antwoorden? Hij ".zegt:

Ik stap van Delft af.

Want wat heeft Delft met Kampen 'té 'maken!

Wat het er mee te mafcen heeft? Precies zooveel, .als er zin lag in Dr Kaajan's vraag, of Kampen begeerd© wat Delft had.

Dr Kaajan zegt voiorts: : .Sp; jJft; '

"Waarom maakte Dr A. Kuyper van de TecSiiische School 'ie Delft een Polytechnische Hoogesehöol met e i g e n d o c t o r a a t? .

Omdat hij de tsohnisclie wetenschappen bij; geen enkele faculteit kon onderbrengen. ,

Als dit juist is, dan is èf de heele universiteitsgedachte (eenheid der weten schappen, eenheid aller wetenschappen) als een fiötie verwoppen door Dr Kuyper; maar in dat geval is-het verwonderlijk, dat Dr Kaajap een moment later er mee wérkt, .als met een oinbetwistbaiar argument. Of .— de andere' mogelijkheid — Dr Kuyp'Or erkent, dat vak-opleiding en wetenschappelijke studie lieelemaal geen tegenstellingen zijn; maar dan hangt Dr Kaajan's theorie, dat Dr Kuyper tusschen vakschool en wetenschapschoo'l zoo absoluut onderscheidt, weer in de lucht. Hij O'ntkom-t er niet aan: de stokpaardjes, die' tegen Kampen wo-rden losgelaten, • moeten er altijd aan geloove'U. Grapjes of geen • grapjes.

En terwijl Dr Kaajan in de Ha'Udelingen der Tweede Kamer zoekt naar oude redevoeringen en voorts zweert bij enkele overgeleverde machtwoorden, daar komt de Hoogeronderwijswet heel .dat studeerkamergeredeneer over opleidingsschool en universiteitsgemeenschap in het zonnetje der nuchterheid zetten. Men moet maar eens. leze-n, hoe tegen-het stelsc'l der gesplitste doctoraten a: l moest worden gewaarschuwd neen, heusch niet in Delft, maar aan de universiteiten, die Dr Kaajan hemelhoog verheft tegen Delft. De universiteit dreigde tof vakschool te worden, to'en men de gesplitste doctoraten wilde invoeren, zegt Dr De Visser. Maar toe'n men genc'zing zocM tegen dit euvel, is hef niet gedaan met machtwoorden over de universiteitsge'meenschap , (waarvan in de praktijk van het promoveere'U toch niemendal terecht "komt), ' maar in de eenheid der wetenschappen, die in een bepaialde f a Cu 1 telt onderwezen worden. D'at co'ntac.t van alle faculteiten onderling juist als eisch voor een gereformeerde universiteit .ontkennen - — welke Gereformeerde denkt er aan? Maar ligt 'dat contact in 'een gebouw? In een professorenkrans? In een ; .. senaafsvergadering zoo eens in de zooveel maand? '' Of ligt het in geloof, in hersenwerk, in boeken, in BELIJDENIS (!) in studeerkamer, in conferentie, in werkprogram? Zoo het daar ligt, wie is nog geïsoleerd? Wie, die wil? En wie', ook aan een gereformeerde universiteit doceerende. isoleert zich NIET, als hij geen lust tot het tegendeel? heeft

? , laar wij zwemmen nog in de' leuzen en vragen geen 'seconde of de - werkelijkheid er mee klopf.

Daarom ga ik ook verder niet in op wat Dr Kaajan voorts nog opmerkt. Zijn antithese tusschen theologische „opleidingsschool" en theol. faculteit" is een pure fictie. Beneden zal ik Pro'f. Hoekstra, citeeren. Wat ik zelf opmerkte tegen Dr, Kaajan laat hij trouwens onbestreden; hij rep-eteert alleen zichzelf.

En als het dan tenslofte nog weer heet: .'

Een theologische faculteit is geïncorporeerd in het geheel der wetenschappen en bezit als zoodanig ook hel jus promovendi.

Maar een Theologische Hoogesoho'Ol, geïsoleerd van 'de anders faculteiten, - niettemin met eigen doctoraat, uitgaande van een bepaalde groeip van 'Kerken, kende - Dr Kuyper niet.

dan antwoord ik: het is allemaal wel goed voor de studeerkamer, maar als Dr K. er mee wérken wil, 'dan moet hij eerst weerleggen mijn met wetsartikelen gestaafde opme'rkingen, daf het theol. doctoraat aan de Vrije Universiteit net zoO' erg geïsoleerd is. als hij op het oogenblik een eenyoudigen Ifezer zou do'en'gelooven, dat het niet is. Ik heb aangetoond, dat dei faculteit, die' Dr Kaajan promoveerde, i n d a t p. r O' m o v e e r e n precies even sterk van de andere faculteiten geïsoileerd was als men maar droomen kan. Toch wordt vroolijk herhaald, dat Dr Kuyper zoo iets niet kende.

Alzoo kende Dr Kuyper niet de doctorsbul, die aan Dr Kaajan is uitgereikt.

Waar men al terecht komen kan, als men polemiseeren wil, zonder de argumenten te raken.

Als nu Dr Kaajan, lettende opi het feit, daf ik zijn artikel nagenoeg geheel O'vernam, ook eens mij citeeren wil in zijn blad, dan zal mijn handdruk nog een klein pietsj'e warmer zijn.

O ja, nog even dit. Dr Kaaja, n beweerde - onlangs C'ok nog, dat ik kerk en staat verwarde. Als hij zich herinnert, wat ik verleden wec'k schreef over 'de in de wetenschappelijke autoriteit der hoogleerare-n zelf gelegen rechten, dan zal hij misschien wel voor zichzelf toegeve'n, dat dit argument mij ook al voorbijgaat.

Ver b o tering. Verleden week werd 'gedrukt: de berk wordt .., g'Qdund" door, , ; h^T, Vp^ömotierecht. Lees , , 'gediend" - ""•' •-r'''f< "

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 augustus 1927

De Reformatie | 4 Pagina's

PERS-SCHOUW.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 19 augustus 1927

De Reformatie | 4 Pagina's