GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

LITERATUUR EN KUNST

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Reizigers" van Bert Balcker.')

Een bundel lyrische poëzie moet zijn een vers van verzen. Het rangschikken der afzonderlijke poëtische uitingen naar hun' immanenten samenhang en rhythmiek is ook zelve een dichterlijke daad. De afzonderlijke schoonheden komen zoo onderling tot rust en helderder glans. Het seizoen in het zieleleven van den dichter sluit zich zoo tot een afgerond totaalbeeld en aan zijn levensgedicht is een strofe toegevoegd. De lezer ziet, hoe het uitvoerig vers van het dichterleven zichzelf blijft voortschrijven van welsprekende pauze tot pauze, tot eens bet ontvankelijk en toegeefelijk dichterhart stilhoudt , en de pen uit de vingers valt.

Indien er iets goeds van Bert Bakkers bundel te zeggen is, moet het dit opmerkenswaardige zijn, dat de afzonderlijke verzen zich als zwak en onoorspronkelijk voordoen, terwijl toch de bundel als geheel den indruk geeft van ©en zekere totaliteit. Het komt mij dan ook voor, dat het zwakke en oaioorspronkeUjke van Bert Bakkers dichterschap meer in ©en tekort aan expressief vermogen mioet worden gezocht, dan in zijn poëtisch bewustzijn als zoodanig. Hier is iemand aan het woord, die op een of andere manier als dichter heeft geleefd, of ernstig voor dichter heeft gespeeld. Kinderen geven soms blijk van een verrassendjuiste observatie der volwassenen, die ze in hun §pel handelend opvoeren. Hier is de rol tot zelfs in de oompositie van den bundel voortreffelijk volgehouden. Bert Bakker moet den lyrischen dichter van ©en bepaald type met ongeveer dezelfde gretige bewondering hebben waargenomen (en scherp waargenomen!) als b.v. een jongen dat een vereerden vlieger of sportsman doet. Er zit iets aantrekkelijks in de vereering voor het dichterschap, die uit dezen bundel spreekt. Vooral ook, omdat zij met een streven naar eenvoud en zuiverheid gepaard gaat. Dat houdt voor mij de belofte! in, dat, indien ik goed zie en Bert Baikker slechts uit vereering van den dichter (laten we zeggen van ihet type Willem de Mérode) tot dichten ir- gekomen, hij sti-aks m.et een blos en een zucM zijn mooie spel zal staken. Dat zal misschien hetoogenblik zijn, waarop een eventueel wérkelijk talent (in welke richting dan ook) zich zal baan breken. Want spelen is prachtig en noodig, wanneer men den tijd van ophouden kent. Zeg zelf:

„Tusschen ontstaan en sterven leven wij, de één zachtmoedig en de ander driftig. Maai- ieders hart is boos en giftig en geen van ons is schuldenvrij."

De mededeeling van het notoire, aardsch-biologische feit, dat wij, tusschen ontstaan en sterven in, léven, kan alleen poëtische waarde hebben, indien zij inleiding is op een zeer persoonlijke, bizondere opmerking over datzelfde leven. „De één is zachtmoedig en de ander driftig". We overwinnen onze bevreemding. Het is de overweging waai-d: wat de menschen onderscheidt, is misschien de mate van hun geduld. Mogelijk is het te aanvaarden, met name wanneer de dichter langs den omweg van dit algemeene oordeel zichzelf afbeeldt, zijn speciale instelling op geduld of ongeduld, zijn „Erlebnis" aan deze of gene zijde van de maatstreep. Toch herinneren we ons meteen verscheidene zachtmoedige menseben, die soms zeer driftig kunnen zijn, juist zij! Maar, zegt de dichter, die onbewust voelt, dat hij ons niet te lang gelegenheid moet geven tot nadenken: „Ieders hart is boos en giftig". De logica liiervan doet ons denken aan den redeneertrant van gezelschaps- VTomen: een geraffineerde „Rechthaberei" spreekt eruit. Hier mag de criticus niet ïneer redeneeren, maar moet hij verstommen. „En geen van ons is schuldenvTij". Schulden-v r ij... ? Wie heeft dat dan beweerd? Dat er schuld is in ieders leven, geeft zelfs de moderne roman toe. Onze mond, die door dat „boos en giftig" was gesloten, opent zich vanzelf van verbazing.

Hoe snel men ook over zulk een strofe heenleest, men maakt de beweging, die ik hierboven schetste, mee. Rammelen de verzen niet, dan tocli wij, die in „Reizigers" reizen.

Dat deze poëzie zwak is, blijkt o.a. ook uit den typlschen zigzag-gang van sommige verzien. Neem bijv. dit:

„Nu gij gestorven zijt, wil ik herdenken ... hoe ik van U gedurig meer ontving, dan ik — o aanklacht — U kon schenken. Thans laat gij mij gebroken achter. Gij gaaft U over aan Gods wil. ... Dood was voor U geen einde, maar begin ... Wat mij verborgen is gebleven, werd U tot ruimte en gewin".

Telkens ©en ik en een gij, of een debet- en een ra'editzijde van een levensboek, en daarover schuift de poëtische gedachte heen en weer:

„Gij zijt nu bijna aan liet einde. ... Voor mij zijn de dagen ©en nieuw en onherroepelijk (? C. R.) begin. ... Voor U herkenning en voor mij vergeven."

Wie gevoelig is voor de beweging van een vers, ki-ijgt van dezen zigzaggang een onaangenjame gewaarwording. Een vers, dat zoo geconstrueerd is, mist alle vlucht, het taxiet maar wat heen en weer tusschen de hangars.

En ook de reeds geprezen drang naar eenvoud en zuiverheid voert niet steeds tot het rechte. Denk aan „Spes Bona":

„God zij met ons! Met U en mij. De werf staat borg voor averij. Heb goeden moed en bid voor ons. Vergeet óók niet het reddingsfonds. Vergeet het niet, want o^ wellicht sneeuwt onvermoed de einder dicht", enz.

Ook „Wee U..." bewijst, dat Bakker niet niet zijn eenvoud moet gaan coquetteeren. Indien hij

onder den invloed van Willem de Mérode uit wil, dan zéker niet langs dezen weg!

Die invloed is overigens evident en te meer bedenkelijk, omdat De Mérode zelf stilistisch niet onathankelijk is.

Ik kan met den besten wil ter wereld in dezen bundel geen belofte zien.


1) Uitg. J. H. Kok N.V., Kampen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's

LITERATUUR EN KUNST

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 18 oktober 1935

De Reformatie | 8 Pagina's