GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

OP EN OM ’T KERKPLEIN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

OP EN OM ’T KERKPLEIN

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1648 - 30 Januari - 1948.

Op den dejifigsten Januari is het 300 jaar geleden, dat te Munster de vrede, die aan den tachtigjarigen oorlog een einde maakte, gesloten werd.

In zijn Handboek der Geschiedenis van het Vaderland teekent Groen van Prinsterer aan: „De jeugdige Republiek, gevormd door den moed en de volharding van een gering aantal Christenen, die Gode meer dan den menschen gehoorzaamheid hadden betoond, was het gedenkteeken van de onbedriegelijkheid der belofte: zoekt eerst het Koninkrijk Gods en zijne gerechtigheid en al deze dingen zullen u toegeworpen worden".

Groen heeft in den Vrede van Munster en in den Gouden Eeuw, dien de Republiek toen beleefde, geschiedenis schrijvend in het licht dor Schriften, den zegen des Verbonds herkend en erkend over een geslacht, dat het Verbond des HEEREN gehouden had en gedacht aan Zijn bevelen om die te doen (Ps. 103).

Dat geslacht, dat het „pleit van dwang en vrijheid" begonnen was, had het Verbond (ïods gehouden allereerst in de kerk. Het was door Gods genade teruggeleid tot de Woorden des Verbonds ^ de rechte prediking — tot het bloed des Verbonds — de rechte saoramentsbediening, het had weer geleerd den HEERE te dienen naar Zijn Woord. En uit den Hèidelberger had het gewerd, dat het ware Sabbatswerk der geloovigen was: „dat de kerkedienst of het predikambt en de scholen onderhouden worden (Zondag 38)". Ook de scholen! Begeerde Leiden van Oranje niet een Universiteit, allereerst om te voorzien in den schreienden nood aan DSenaren des Woords?

Ook voor Oranje stond de vrijheid der kerk vooraan. Om die vrijheid der kerk zocht hij de vrijheid van het land. In zijn correspondentie schrijft hij voortdurend over haar! Als Haarlem door de Spanjaarden in 1573 gevallen is en men aan Oranje schrijft, dat het nu uit was, ten ware „eenig Verbond tusschen hem en een machtig Vorst mocht bestaan", antwoordt hij: „Zoo het Grod Almachtig belieft heeft van der stede van Haarlem na Zijn Goddelijke wil te disponeeren, zullen wij Hem en Zijn Goddelijk Woord daarom verloochenen en verlaten ? is daarom de sterke hand Gods eenigszins verkort enZijn kerk en Gemeente te niet gebracht? "

Om Gods Kerk en Gemeente ging het hem! Om — zooals het in datzelfde schrijven even verder heet „de beschermenis der Christenen en andere verdrukten". Voor deze beschermenis had Oranje „met den alleroppersten Potentaat der Potentaten" een vast verbond gemaakt.

En in deze worsteling voor de burgerlijke vrijheid der naar Gods Woord gereformeerde kerk, Gode meer gehoorzaam dan den menschen, rees de vrije Republiek der Vereenigde Nederlanden op als een genadige zegen van Gods Verbond. Die hjjizen en akkers en vaders en moeders en broeders en zusters verlaten hadden om des Evangelies wil, hadden horiderdvoudig

Drie eeuwen later.

Het Koninkrijk storten. der Nederlanden dreigt ineen te storten.

Gods kerk in de Nederlanden ligt in smaadheid en schande.

Zij, zelve eenmaal de Moeder der Vrijheid door den zegen des HEEREN, heeft zich, sedert zij aan den greep der eerste hiërarchie — de roomsche — ontkwam, opnieuw laten ketenen door het door Koning Willem I ingevoerde instituut en, ook uit deze tweede hiërarchie uitgeleid, heeft ze opnieuw en gansch vrijwillig zich begeven onder het juk der derde hiërarchie, den strik, langzaam maar zeker en ten slotte nog met overrompelend geweld door haar eigen synode over haar geworpen.

Symptoom van de verlating van het Verbond des HEEREN.

Zoo haalt de kerk het oordeel naar zich toe. Zoo trekt ze dat oordeel aan over land en volk. Waar het lichaam, het lijk der kerk, is, daar zullen de arenden vergaderd worden.

Er is verband tusschen de afbraak der kerk en, de afbraak van het Koninkrijk der Nederlanden.

Dat is evenmin te b e w ij z e n (voor het vléésch, wel te verstaan) als het bewijsbaar is (voor dat zelfde vleesch!) dat de Republiek, zooals die in 164S uit den strijd te voorschijn kwam een gedenkteeken was van de trouw des HEEREN.

Dat laatste was een geloofsuitspraak van Groen. Want het geloof alleen herkent den za g e n è n den vloek des HEEREN.

En het is missehien wel een van de ergste teekenen van het verval van kerk en christenheid, dat men vandaag meent, dat zélfs voor de geloovigen die zégen en die vloe~k niet op te merken, niet registreerbaar zijn.

Desondanks zingen deze menschen, hoewel 'meenend, dat we in concreto den zegen en den vloek des HEEREN niet onderkennen kunnen „van Zijn doorluchte wonderdaan" en ze voegen er ook nog aan toe „en wilt Zijn straffen gadeslaan".

Mocht meit ze gadeslaan: anno 1948!

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 31 januari 1948

De Reformatie | 8 Pagina's

OP EN OM ’T KERKPLEIN

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 31 januari 1948

De Reformatie | 8 Pagina's