GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrijmaking, of wat anders?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrijmaking, of wat anders?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

We ontvingen, met recht van publicatie, volgend AFSCHRIFT van een brief van de tot nu toe synodocratisch gebonden kerk in SOEST: soribaat: Nieuwe weg 103:

SOEST, 25 November 1950.

Aan de Eerw. Raad der Geref. kerk (ond. art. 31) te SOEST.

Weleerw. en Eerw. brs.

In antwoord op Uw schrijven van 7/ll/'50 verklaren wi] het volgende:

Wij geloven, dat de Here Zijn volk het loflied op de lippen legt: , , Gij zijt geen Gtod van doden, maar van levenden". Dit loflied mag ook gezongen worden t.a.z. van onze kinderen in geestelijk opzicht. Immers de doodstreep loopt niet daar, waar het lichaam van een kind het graf Ingaat, maar principieel reeds daar, waar wij krachtens het verband met Adam de wortel van het menselijk geslacht, allen in zonde ontvangen en geboren worden. Reeds daar ireedt de Here ons tegen met de belofte: „Ik ben Uw God en de God van Uw zaad". Die geopenbaarde liefde en genade Gods vraagt om erkenning, om het amen des geloofs"en om het lied des levens reeds bij de wieg.

Hierin zegt God — JA — tegen de Geref. Kerk.

Doch wij erkennen, dat onze Geref. kerken door haar m.eerdere vergaderingen in de leerbesluiteu haar bedoeltagen onduidelijk hebben uitgedrukt. Daarvan getuigen de herhaalde verduidelijkingspogingen der Synodes op zichzelf al en ook de eindeloze verwarrmg der geesten nadat de beslissingen gevallen waren wijst dit tilt.

Er is profetisch gestotterd en tevens koninklijk gedwongen, waardoor de harmonie der ambten tussen profeet, priester en koning geschonden is. Hier ligt onze schuld. Zodoende zijn onze kerken In haar beleid geen zuivere afspiegeling geweest van de opperste Herder der kudde, wiens goedheid als een zachte glans ligt uitgespreid over de schapen. De opdracht van onze dierbare Heiland: „Hoedt mijne lammeren" kwam bij ons beleid met tot zijn recht.

Wij erkennen, dat er in Christus' Kerk leertueht moet zijn, doch dat om bovengenoemde redenen de tuchtprocedure's verkeerd zijn geweest, en dat daarom de scheuring ons als een gericht des Heren getroffen heeft.

Derhalve besluiten wij:

Ie. De binding aan de leerbesluiten van '42—'46 te verwerpen.

2e, De daaruit voortgevloeide tuchtmaatregelen over ambtsdragers niet langer voor onze rekening te kunnen nemen.

3e. Van dit besluit mededeling te doen aan onze meerdere vergaderingen en aan de Geref. Kerk ond. art. 31

K.O. 4e. Ook verdere pogingen In het werk te willen stellen om tot eenheid te komen met allen die de verschijning van onze Here Jezus Christus liefhebben In onverderfelijkheld.

Met br. gr.

Namens de kerkeraad:

w.g. A. A. LEENHOUTS, praeses.

w.g. K. VAN TOL, scriba.

We veroorloven ons enkele kantteekeningen (Maandagmorgen) :

1) ook onzerzijds erkennen wij: „God is een God der levenden"; evenals: „Hij is de God van Israël". Maar dit mag niet worden uitgelegd in den zin eener „onderstelling";

2) „onduidelijk" waren de besluiten van 1944 en d.a.v. niet.

Ze waren juist ontstellend duidelijk, waarom dan ook ondergeteekende's brief van 13 Dec. 1943 (voorstel : nog eens nadenken en de binding opschorten) verworpen werd, en openlijk verklaard werd: we weten van het standpunt van K. S. genoeg om te kunnen voortvaren. Het boek van ds H. J. Schilder' is eveneens volkomen duidelijk. Evenals de door ds L. Doekes aangelegde collectie van schorsings-en uitwerpingsgronden. De rapporten van Dijk, Nauta, Ridderbos, Polman krioelden wel van de onduidelijkheden, maar de besluiten van '44 waren duidelijk.

3) Op '44 volgden dan ook geen verduidelijkingspogingen, doch camouflagepogingen;

4) wij wachten op dé exegese van het woord „v e r-werpen"; alsmede op die van de woorden , , niet langer voor onze rekeningte kunnen nemen";

5) in afwachting van die nadere exegese schorten vnj ons eindoordeel op: onze exegese is die van 1944 — en wij weten, dat die goed was.

K. S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

Vrijmaking, of wat anders?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's