GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Doctor Irenicus

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Doctor Irenicus

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op den negentienden December anno Domini 1950 wordt Professor Dr K. Schilder zestig jaar. En aangezien Prof. Schilder, alias K. S., van deze zestig jaren de meeste op en om het Kerkplein heeft doorgebracht, gaan we dezen dag niet — zooals ongetwijfeld door anderen wel geschieden zal — met een „welsprekend" stilzwijgen voorbij.

Op zulk een zestigsten verjaardag denkt men onwillekeurig aan een Latijnsche spreuk: „sexagenarii de ponte", wat vertaald zijnde zooveel beteekent als: „de zestigjaren van de brug". Stel U gerust: zelfs de oude Romeinen hebben niet de dagen gekend, dat mannen, die de zestig jaar bereikt hadden, van de brug den Tiber werden ingesmeten. Maar wel werd gemelde spreuk eens door jongeren aangeheven om dien zestigjarigen den toegang tot wat wij tegenwoordig het stemlokaal en het stemhokje noemen te verbieden. Het waren jongeren van het type van Rehabeam's vrienden, die meenden, dat de mannen van die jaren maar van de deelname aan het openbare leven moesten worden uitgesloten.

Grevaar voor K. S. om den Tiber, aan de Kamper verhoudingen aangepast, den IJsel te worden ingesmeten, is er wel niet. Buiten gevaar er nog eens in terecht te komen is hij niet heelemaal. Wie hem wel eens met een zwaren koffer met boeken achter op den bagagedrager, één hand aan het stuur van de fiets, over de straat heeft zien laveeren, houdt zijn hart vast voor het geval dergelijke bicyclische toeren eens aan de IJselkade zouden worden gewaagd

En van de deelname aan het openbare leven is deze zestigjarige gelukkig nog niet uitgesloten. En met dankbaarheid gedenken we op den komenden Dinsdag hoe een daartoe in het verleden ondernomen poging' door Gods genade is mislukt en hoe midden in een bangen kerkstrijd de polemist K. S., ook hij, heeft mogen mede arbeiden aan het bewaren, aan het herstellen van den vrede: deze doctor irenicus!

Doctor irenicus!

We kunnen ons voorstellen, dat de typeering van K. S. als een doctor des vredes in bepaalde kringen een homerisch gelach doet opgaan. Men hééft nu eenmaal in die omgeving van K. S. de caricatuur-voorstelling van een man, die vecht uit louter behagen aan het vechten zelf; van een, die polemiseert omdat hij er zoo'n plezier in heeft; de waanvoorstelling van een herleefden Ismaël „wiens ha: nd tegen allen is". En — om dat maar niet te vergeten — hij is officieel gedoodverfd als kerkscheurder-van-groot-formaat.

Maar tegen al deze voorstellingen, officieuze en officieele oordeelvellingen houden we vol: K. S. heeft zéér den vrede der kerken mogen dienen.

Want vrede stichtten in het verleden en stichten in het heden niet die menschen, die met negatie van door God den HÈERE gestelde vijandschappen op offerfeesten van beginselen „ijzer en leem" zoeken te verbinden. Zij leggen den grondslag van den onvrede en vergaderen in een huis, dat zij tegen zichzelf verdeeld hebben, toorn als een schat.

Maar wie begint door den God den HEERE gestelde vijandschap te aanvaarden en om de bewaring van de eenigheid des gelóófs polemiseert, hetzij dat zij hooren, hetzij dat zij niet hooren, tijdig en ontijdig, tegen elke vermenging van ijzer en leem, de antithese — door Kuj^er herontdekt — niet verdoezelend, die raakt wel uit de gunst van irenische geesten, maar die heeft waarlijk gestreden voor den waren vrede. Want hij heeft zich benaarstigd te behouden de eenigheid des geloofs, door den band des vredes. Zoo heeft K. S. gepolemiseerd.

Om den vrede der kerk.

Om de eenigheid des geloofs te behouden. En dat heeft de HEERE, die hem tot dat werk riep, willen zegenen.

We weten goed, dat we dit schrijven op een moment, waarin die strijd naar buiten èn naar binnen doorgaat. Zoo zal het in Gods Kerk ook blijven. Tot den jongsten dag. Eerst dan zullen ook alle deelen van de wapenrusting Gods, waarin Gods knechten hier moeten gaan, worden omgesmeed tot instrumenten van louter opbouwenden arbeid.

Maar midden in den strijd van de strijdende kerk (dat is toch méér dan een term in „een bouquetje dogmatiek") mogen we toch , vandaag den HEERE danken, dat we in die strijdende kerk de eerstelingen van den eeuwigen vrede mogen genieten.

En we danken den HEERE, dat ook K. S. sexagenarius door 's HEEREN gunst daaraan heeft mogen mede-arbeiden.

Spare onze God hem nog vele jaren voor zijn arbeid om ons volk te leiden in de kennis der Schriften.

En moge hij zich nog lang geven, met hart en mond en pen en rechterhand, getrouw aan God, Gods kerk en 't Vaderiand! •

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's

Doctor Irenicus

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 december 1950

De Reformatie | 8 Pagina's