GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

NBETS VERANDERD.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prof. Grosheide verdedigt zich in „Belijden en Beleven" tegen de klacht, dat hij nogal eens onbeslist is. De mérites van deze zelfverdediging Iaat ik rusten. Hij zegt evenwel, ook wel eens beslist te wezen (eaitie Ankeveen etc, 17 Aug. 1950):

Wij • beginnen met gaarne toe te geven, dat er in ons schrijven verschil is. Soms drukken we ons zeer •beslist, uit, soms niet. Maar dat heeft ook zijn reden. Dat is niet een doordraven aan den enen kant en een 'bang zijn aan den anderen kant, maar dat staat In verband met den aard van het onderwerp, dat we be^ handelen. Wij kunnen dat het best laten zien, door te wijzen op centrale punten, die de laatste jaren in ons blad aan de orde zijn gesteld. Niet om die punten opnieuw te behandelen natuurUjk, doch om in het licht te stellen, waarom we ons soms zeer beslist, soms minder besUst hebben uitgelaten. Aan de voorbeelden, die we geven, want het zijn niet meer dan voorbeelden, we hadden ook andere punten kunnen kiezen, moge men dan zien, waarom we zó en niet anders hebben geschreven.

Wij zijn van oordeel geweest, dat het noodzakelijk was, dat op de Synode van Amsterdam 1936 besloten werd een aantal punten, waarover onder ons verschil van mening aan den dag getreden was, nader te bezien. We hebben ook gemeend, dat de juiste punten waren genoemd, we zijn het volkomen eens geweest met de beslissingen van 1942, we zijn van oordeel geweest, dat de zaak ondanks de bange oorlogsjaren moest worden voortgezet. En tot onze droefheid hebben ook wij het juist moeten vinden, dat het optreden der hoogleraren Schilder en Greijdanus werd gewraakt en dat candidaat H. J. Schilder werd geweerd.

Op dit punt is er bij ons nooit enige aarzeling geweest. Dat wil niet zeggen, dat we elke mogelijkheid buiten sluiten, dat de Synode zich ooit zou vergist hebben of nooit eens 'n woord gesproken heeft, dat beter niet ware gesproken, doch die kwestie is thans niet aan de orde. En nu het omgekeerde. Wij hebben niet onder stoelen en Banken gestoken, dat we het betreurden, dat de Synode een deel van de verklaring van 1905 feitelijk heeft teruggenomen. Evenmin, dat we meenden, dat een zekere ommekeer, die er sinds 'de Synode van Zwolle aan den dag getreden is, liever niet hadden gezien. Maar — misschien vindt men dat onbeslist, — we zijn daar geen revolutie tegen gaan opzetten, we zijn geen actie gaan voeren en zullen . dat ook nu niet doen, al zou misschien een enkele dit van ons vragen, gelijk men het al gedaan heeft. Wij hebben ons bij het besluit en het handelen der synodes neergelegd, omdat we niet kunnen zeggen, dat een en ander in strijd was met Gods Woord.

Even later:

In de Indonesische kwestie denken wij anders dan de meeste Gereformeerden. Wij nemen niet voor onze rekening sormjilge ondoordachte uitspraken, die wel door enkele zendingsmensen zijn geuit, maar in het algemeen gesproken delen we het standpunt der zending en we hebben dat ook uit laten komen, iets, wat ons nog al onaangenaamheden heeft bezorgd.

Nog verder:

En nu een laatste punt. We zijn het met hen eens, , die den toestand van ons kerkelijk leven vrij zorgelijk vinden. Ook dat hebben wij niet verborgen. Het is waar, 'dat ook wij niet bij machte zijn gebleken om een weg' ter verbetering aan te wijzen, maar opw.ekken om de ellende te zien en beter te leren kemien. Is toch ook al van betekenis.

Nu noemen we eens enige kwesties, waarin we ons minder beslist hebben uitgelaten of heel geen gedachten hebben geuit. Daar is b.v. de aansluiting van onze kerken bij den Wereldraad. We spreken hier nit, dat dit punt ons veel moeite heeft gegeven en in zeker opzicht nog geeft. We zijn het niet eens met de meeste argumenten, die In onzen kring tegen aansluiting worden aangevoerd. Dat we na lang aarzelen tot het toesluit gekomen zijn, dat niet aansluiting toch beter is, heeft een anderen grond. Onze Gereformeerde kerken mogen zich niet losmaken van de Gereformeerde en andere geheel rechtzinnige kerken in Amerika. In Amerika zijn de toestanden zo, dat zulke kerken zi.ch eenvoudig niet bij den Wereldraaö kunnen aansluiten. Daarom mogen onze kerken haar niet alleen laten staan.

Conclusie: iemand kan met zulke leiders iets beginnen, tenzij volkomen duidelijk de standpunten worden afgetekend. Voor wat betreft 1942/44. En vooral voor wat betreft:1944—1951 en vervolgens.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 8 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's