GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Hoogleraren ter Synode

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoogleraren ter Synode

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(slot)

Reeds in ons voorlaatste artikel wezen we in dé richting van: in beslissende, laatste handelingen voorlopig „alle hens aan dek", want we hebben elkaar zo hard nodig.

Nu kan men onmiddellijk tegenwerpen: nood of geen nood, moeilijke dan wel gemakkehjke tijden, maar in elk geval (misschien wel: juist als het stormt) alleen de wettig geroepen „hens" aan dek: en alle , .passagiers", die niet bij de bemanning horen, naar hun hut.

Zeker, daar zit veel in. De redenering is simpel, en maakt dus indruk.

AUeen maar: een goedbedoelde raad inwinnen bij mensen, van wie men zélf zegt: die hebben een beetje verstand van schip en vaart, dat is toch niet verboden? Je stuurt, als je bij zware zee op de brug staat van je schip, al de lastige of onnodige passagiers en alle nerveuze juffrouwen van het dek naar de hut terug. Maar als de kapitein onder de passagiers een emeritus collega-kapitein aan boord heeft, doet hij dan onverstandig, als hij hem eens mee laat praten over storm en stormgetij, over loodsdienst en 't stouwen van de vracht? Als zo'n emeritus-kapitein zou zeggen: ik kom zó maar, ongeroepen, naar de kapiteinskamer toe, en i k wil hier commanderen en sturen, laat dan de kapitein-in-dienst hem duidelijk te verstaan geven: naar je hut, passagier: ik ben de kapitein, jij niet. Maar als de gedelegeerde kapitein plus stuurlieden beslissende scheepsraad houden, en dan hun best doen, goedbedoelde raadgevingen van niet-beslissende maar alleen adviserende mee-gediplomeerden van de zeevaartschool bij voorbaat af te s n ij d e n, dan zou de rederij wel eens kunnen vragen, achteraf: was dat wel verstandig, toen het schip door de branding heen moest?

Men wordt gauw misverstaan, ieder krantensohrijver weet daar alles van. Ik haast me dus, aan het *; ? ; R3; , - '? SKgS«? '»f«ffSfjjR!^< " bovenstaande' tóe te voegeh: 'ik zeg helemaal niet, dat ons kerkschip tegenwoordig in een niet gewon© zin „in nood van de baren, is'!, en nog minder, dat er kapiteins in tegenstelling van ondergeschikten op een synode zitten. Ik wil wel eens zeggen, dat er geen synode mij bekend is, waar meer geluiden te beluisteren vielen, tegen welke ik persoonlijk, gegeven hun niet altijd doorzichtige samenhangen, min of m.eer onformuleerbare bezwaren had, dan de Kamper synode; terwijl ik toch door die zelfde synode ongemeen ben gesterkt in het vertrouwen, dat onze kerken veel verbeurde zegeningen ondervinden en , , gedragen" worden door de Helpende Hand. Alsmede: dat ik geen synode ken, waarin meer goeddeels ongrijpbare controversen met veel van mijn eigen naievehjk als gemeengoed aanvaarde gedachten aan het licht traden, dan' de Kamper sjoiode; terwijl ik toch voor mijn ogen heb gezien, dat voor wat ik als naieve overtuiging bij me omdroeg, wel degelijk plaats was, zodra maar iemand ze helder in formule bracht; en er waren er meer dan genoeg, die voor dat in-formule-brengen gereed stonden, en meteen gehoor vonden.

Ik wil wel zeggen: zo iets zegt mij meer dan ik weet niet hoeveel vlotte victories, als die men vroeger zag behaald worden voor allerlei keurige rapporten-metconclusies.

Uit verleden tijden herinner ik me enige synodale rapporten, die met geringe moeite zomaar er dóór kwamen, en die formule gaven aan wat ik zoeven een „naieve" overtuiging ook van mijzelf noemde. Maar de verklaring? Meermalen was ze deze: in de vergadering wilde op dat gunt niemand in publiek conflict. En dus: er werd niet veel geopponeerd, en de andersdenkenden lieten geen wind waaien uit een nietaanwijsbare hoek. Maar in meer dan één geval begreep een enkele toch wel: de zaak is niet ge> -

zond, en deze gem akkelijk behaalde victorie' is geen duit waard; want de ware tegenstanders houden zich stil. Zo iemand begreep dan: waSt zou het een zegen zijn, als zij, die anders denken, dan de rapporteur, het maar eens ronduit, of voor mijn part aarzelend, onzeker, tastend zeiden. Zulke eerlijkheid ware dan een winst.

Welnu, die e e r 1 ij k h e i d was er op de Kamper synode, tenzij ik helemaal ontbloot ben van alle mensenkennis.

mensenkennis. Ik noem dus het feit, dat er op sommige pimten schier onformuleerbare bezwaren b-v. van mijn kant tegen sommiger mening waren, en het andere feit, dat er wel enkele haast o n g r ij p b a r e controversen zich deden gevoelen, een zégen. Een winst punt.

Maar ik zeg meteen erbij: de zegen en het winstpunt lagen daarin, dat de één min of meer „naief" sprak, wat hij dacht, en de ander ook. Zolang dat kan in een kerkelijke samenleving goed, , , as boys go"; dat zinnetje herinner ik me van het gymnasium iiit „Little Lord Fauntleroy". Als dat ontbreekt is het mis. Toen b.v. in 1942—'44 sommigen hun in vroeger tijd zo naief voor algemeen-aanvaaird gehouden vaste meningen in formule brachten in welgeformuleerde brieven en adviezen en bezwaren, hielp dat tóen geen steek: men had besloten, een zekere koers te blijven volgen; ook praten-als-Brugman hielp niet meer. De Helpende Hand trok zich terug. En tot op vandaag helpen de helpende handjes in allerlei napleitende krantjes geen steek: ze helpen hoogstens van de wal in de sloot.

Maar juist zulke herumeringen doen ons zeggen: maak in deze tijd geen probleem van, en geen drukte om „de professoren ter synode". We hébben nog de zegen van de naieve gemoedeUjkheid; die zijn we gauwer kwijt dan we willen. We hebben in Kampen (ter synode) met elkaar eerhjk gepraat; persoonhjk ben ik overtuigd: als alle mensen, die met ik weet niet hoeveel papieren-met-doorslag rechts en Unks publieke of niet publieke bezwaarschriften versturen, een paar weken ter synode geweest waren, en als alle afgevaardigden, kapiteins, stuurlieden, ladingmees-'ters, thuis, onder de hun vertrouwde gemeenteleden even voorzichtig, en mild, en bedachtzaam, en „gemoedehjk" waren als in de confrontatie met de synodeleden in Kampen, wel, dan waren we veel gauwer van enkele narigheden, hier en ginder, af, dan nu soms het geval is. Het zal nu misschien even lang moeten duren, als ui de dagen vlak na de afscheiding en vlak na de Doleantie.

Van alles wat gezegd is, blijft dus de hoofdsom: laat in déze tijd geen formalisme de gemoedeUjkheid verbieden, waarmee een bescheiden zeerot-in-ruste in een zware bui zo eens — gel ij k vóór dezen alt ij d werd op prijs gesteld — de brug op kan lopen, en zeggen: ik zou de bemanning raden, zo en zo te koersen.

ik weet niet, of God voor onze kerken nog een periode-van-verkwikking (anapsyxe) in de zin heeft; soms denk ik: nee! Maar — als het nog eens daartoe komt, wel, stuur dan voor mijn part alle proffen naar huis — ze zullen dwaas zijn, als ze dan kwaad worden en misschien zijn ze wel zo bhj als een kind, dat zij fijn op hun kamer mogen blijven. Maar in déze 'tijd? Er zijn in onze kleine kring enige controversen (volkomen begrijpehjk), die het gewenst maken, dat aJlen, die tot beslissende en koersbepalende besluiten geroepen worden, samenwerken met elkaar en contact houden met wie, op wat msinier ook, mee hebben te dienen met goede raad en bijstand. Zolang elk zich houdt binnen de grenzen van eigen bevoegdheid, kan dit voeling houden geen kwaad, doch alleen maar goed. Het voorkomt engelse ziekte.

K-S.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

Hoogleraren ter Synode

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 december 1951

De Reformatie | 8 Pagina's