GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 114

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 114

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

zien van solidariteit met de Belijdende Kerk. Daarvoor liepen de meningen teveel uiteen en vooral de anti-Barth houding betekende hier een voor velen onoverkomelijke hindernis. Maar evenzeer als aanvankelijke sympathieën in deze kring voor Hitler ook weer niet moeten worden overtrokken - door de AR was toch ook de oprichting van de door de Nazi's sterk bestreden Christlicher Volksdienst krachtig gesteund - moeten we ook niet de invloed onderschatten die er op de duur van de Kerkstrijd op de AR-achterban is uitgegaan. Als bewijs hiervoor citeer ik enkele zinnen uit een vermoedelijk in 1937 gebruikte verkiezingskrant. 'Zij (de NSB, VR) is op het nauwst verwant aan het Duitse Nationaalsocialisme. Dit heeft, zoals gij weet, de macht in Duitsland geheel in handen. Die macht wordt aangewend om Godsdienst en Kerk te onderdrukken. Belijdenispredikanten zijn daar naar de gevangenis gebracht, alleen omdat zij het waagden in de kerk hun gevangen genomen mededienaren des Woords in den gebede te gedenken . . . Vrijheid wordt alleen gegeven (zie naar Duitsland) aan dat Christendom, aan die godsdienst en aan de kerk, welke buigen voor de staatsalmacht en zich gedragen naar de wil van de dictator . . . De NSB wil die almacht doen herleven en haar in handen leggen van de dictator, waardoor het recht wordt vertrapt. Ziet naar Duitsland. Denkt aan Uwe kinderen. Denkt aan de Christelijke Scholen.' En al gaat het hier ook meer om de Nederlandse situatie, in dit protest tegen geestelijke en politieke gelijkschakeling en in de verwijzingen naar de toestanden in Duitsland vinden we - hoe ook nog in aanzet - al de kern van een later verzet, van een zich niet willen buigen voor de dwingelandij van de bezetter. Wat had een sterkere solidariteit van deze groep in de dertiger jaren veel voor de Belijdende Kerk in Duitsland kunnen betekenen. Dat bepaalde groepen in Duitsland hierop hadden gehoopt, staat vast'.

Solidariteit Vooral de laatste opmerking is van belang. Het is vooral het gebrek aan daadwerkelijke solidariteit met de vervolgden (Duitse predikanten, Joden), wat Van Roon heeft geschokt. Gedetailleerd wordt de geschiedenis beschreven van het Comité voor zgn. nietArische Christenen, dat januari 1938 opgevolgd werd door het 'Protestants Hulpcomité voor uitgewekenen om ras of geloof' (voorzitter VU-hoogleraar prof. V. H. Rutgers) en de contacten van deze hulporganisaties met kerkelijke en politieke autoriteiten. 8

In Berlijn was de predikant van de belijdende kerk H. Grüber hun contact. Van Roon: 'Rutgers en Wissing hadden na hun bezoek aan Berlijn eind november 1938 geen enkele illusie meer over het lot van de 'niet-Ariërs' in Duitsland. De notulen van de eerstvolgende vergadering spreken wat dit aangaat, een duidelijke taal. Rutgers wees er op, 'hoe de toestanden in Duitsland ons verbieden enig optimisme te hebben ten aanzien van het toekomstige lot der niet-Ariërs in Duitsland zodat in overleg met andere regeringen inderdaad een grote actie zal moeten worden beoogd. Duitsland zal de ruim een miljoen niet-Ariërs, hetzij goedschiks, hetzij kwaadschiks, doen verdwijnen. Het eerste zal mogelijk zijn wanneer de andere landen de niet-Ariërs van hen afnemen, het tweede zal geschieden wanneer dit niet het geval is.' Dit gaf een grote verantwoordelijkheid. Als het buitenland er niet in zou slagen in een gemeenschappelijke actie de 'niet-Ariërs' uit Duitsland weg te halen, dan zouden deze uitgeroeid worden. Nergens uit de notulen van die vergadering blijkt dat ook maar iemand aan de waarheid van die woorden twijfelde.' Eykman nam het initiatief voor een nationale straatcollecte. "De regering zegde haar steun toe, maar verbood om in de propaganda over 'vervolgden' te spreken. Colijn verklaarde zich op verzoek van Rutgers bereid, de collecte via de radio aan te bevelen.' Latent anti-semitisme noemt Van Roon de afkeuring van prof. K. Dijk van deze collecte in De Bazuin. Giften van niet-Joden waren overbodig, zo schreef deze daar 'het groot-kapitaal voor een niet gering deel in handen der Joden is'. L. de Jong signaleerde dit geluid reeds, dat, naar Van Roon vond, 'gelukkig niet onweersproken bleef.

Onder controle Dat was vaker het geval wanneer gezaghebbende stemmen in prot. chr. kring zich te zwak tegen of te pro voor naziDuitsland uitspraken. Het beeld van de jaren dertig, vervolgd in het begin van de bezettingstijd is niet dat van een leiding die moeite had z'n achterban mee te krijgen in de strijd, maar van een leiding, die voortdurend erop uit was om radicaal anti-fascisme in eigen kring onder controle te houden. Factoren, die daarbij meespeelden waren vrees voor het naburige grote Duitsland, een autoritair-conservatieve denkwereld, vrees voor het marxisme, het 'Zeven-Provincien-effect' en de politiek van 'neutralisme' en 'afzijdigheid'. Aan deze laatste verschijnselen wordt in het boek grote aandacht besteed, want van daaruit ziet Van Roon zeer sterke lijnen lopen naar de bezettingstijd.

Proefschrift Al jarenlang houdt de auteur zich met de oorlog bezig. Z'n proefschrift in 1967 handelde over het Duitse verzet (verschenen in zowel een Duitse als Engelse editie); bij Bruna verscheen van hem 'Het Duitse verzet tegen Hitler'. De archivaris van de Ned. Hervormde Kerk dr. J. P. van Dooren spoorde hem aan om de contacten die er geweest zijn tussen leden van deze kerk en de Belijdende Kerk in Duitsland na te gaan. Van Roon (tot VU-magazine): 'Pas als je ermee bezig bent, ontdek je wat je op je hebt geladen. Ik dacht eerst, nou ja, 'n artikeltje of zo. Maar toen merkte ik, al speurend, hoe weinig De Jong aandacht heeft besteed aan het protestantisme en toen kwam ik tot deze probleemstelling. In zekere zin is het een pendant van m'n proefschrift. Daarin wilde ik aantonen dat niet alle Duitsers zwart waren en dit boek toont aan dat lang niet alle Nederlanders wit waren, maar dat moet je wat wetenschappelijker formuleren. Er kan net zo'n boek overigens geschreven worden over het liberale, katholieke of socialistische volksdeel. - Verwacht je veel kritiek? 'Ja er zal natuurlijk ook wel kritiek komen. Als mensen geconfronteerd worden met ontluistering van bij hen levende beelden van situaties en personen, komen ze al gauw met het bezwaar van het 'bevuilen van eigen nest'. Familieleden van mensen die in het boek voor komen, zullen er soms misschien ook wat moeite mee hebben, hoewel ik met verscheidene van hen prettige gesprekken heb gehad en ze erop heb voorbereid. Velen zeiden: Ja, het kan ocic haast niet anders als 't beschreven moet worden. Ik heb niet bevooroordeeld op de materie willen afgaan; het ging mij in hoofdzaak om het vinden van lijnen. Al werkend breek je een heleboel mythen af, haal je onbekende mensen naar v o r " \ die op de achtergrond zijn geraakt en anderen komen op een wat andere plaats terecht. Een van de belangrijkste taker van de historicus is om mythen en werkelijkheid te gaan scheiden. Ik dacht dat het belangrijk was dat er 'n duidelijk beeld van die periode komt en primair zou je misschien moeten zeggen dat voorkennis van ontwikkelingen en waakzaamheid 'n voorsprong blijken te geven bij het intreden van een bepaalde situatie, elders of hier. Als de historicus het als z'n taak ziet het geven van een historische bijdrage tot een inzicht in actuele problematiek, dan is dit 'n sociaal heel relevant onderzoek, lijkt me.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 114

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's